Samenvatting maatschappijleer hoofdstuk 4 en 1.1 vwo 4
9 views 0 purchase
Course
Maatschappijleer
Level
VWO / Gymnasium
Book
Thema\'s Maatschappijleer vwo lesboek
Ik heb een samenvatting gemaakt van de belangrijkste punten uit hoofdstuk 4. Tijdens het leren van deze samenvatting zou Ik het boek er wel bij houden.
Ik moest paragraaf 1.1 ook kennen voor mijn toets dus die zit er ook nog bij.
PARAGRAAF 1.1
Maatschappelijk vraagstuk (drie kenmerken)
Bij maatschappijleer leer je om complexe maatschappelijke vraagstukken te bestuderen en beter te
begrijpen. Men spreekt van een maatschappelijk vraagstuk wanneer:
1. Grote groepen in de samenleving de gevolgen ervan ondervinden
Het zijn grootschalige vraagstukken = macroniveau
De gevolgen zijn individueel niveau merkbaar = microniveau
Voorbeelden:
Toestroom van vluchtelingen
Klimaatcrisis
Economische crisis
Kinderarbeid
2. Er sprake is van tegengestelde belangen en visies
Dus, verschillende visies op de oorzaken en de gewenste aanpak van het probleem. Betrokkenen
hebben tegengestelde belangen.
3. Een gemeenschappelijke aanpak nodig is waarbij de overheid vaak een rol heeft.
Bijvoorbeeld de maatregelen tijdens de coronapandemie
De afwegingen en keuzes liggen vooral bij politici en overheid. Ze komen bij de keuze voor een
bepaalde wet of regel vaak met een compromis. Een compromis is een overeenkomst waarbij alle
partijen iets toegeven.
De overheid (= bestuurders, volksvertegenwoordigers en ambtenaren) is verantwoordelijk voor het
opstellen, de uitvoering en de naleving van alle wetten.
Dilemma
Dilemma: lastige keuze uit twee of meer alternatieven die allemaal duidelijke nadelen hebben.
Automobilisten willen bijvoorbeeld meer wegen omdat er veel files zijn, maar kunnen tegelijkertijd ook tegen
meer wegen zijn omdat ze de natuur willen behouden
Waarden en normen
Waarden: uitgangspunten of principes die mensen belangrijk vinden in hun leven en die ze daarom
willen nastreven.
Voorbeeld waarde vrijheid: leeftijdsgrens alcohol verlagen
Voorbeeld waarde gezondheid: alcoholgebruik verbieden
Sommige waarden horen typisch bij bepaalde groepen en politieke of levensbeschouwelijke visies.
Levensbeschouwelijke visies verwijzen naar de manier waarop mensen de wereld zien en betekenis geven
aan hun bestaan. Er zijn talloze levensbeschouwelijke stromingen, variërend van religieuze overtuigingen tot
seculiere filosofieën.
Normen: regels over hoe je je op grond van een bepaalde waarde behoort te gedragen.
Bij de waarde eerlijkheid volgt bijvoorbeeld de norm Dat je de waarheid spreekt en dat je dat ook van
anderen verwacht.
Normen (regels) kunnen ook worden door bijvoorbeeld een werkgeven opgesteld. Wettelijke regels zijn ook
normen.
, Belangen, belangentegenstellingen
Belang is het voordeel dat iemand ergens bij heeft.
Een belang kan materieel en immaterieel zijn.
Immaterieel: schone lucht, goed onderwijs, gezond voedsel, vrijheid van onderwijs
Belangtegenstellingen kunnen ontstaan uit verschillen in levensovertuiging, ideologie of
maatschappelijke positie
Iemand met veel geld vindt een hogere belasting op vermogen waarschijnlijk erger dan iemand met weinig
geld.
Macht (formele en informele macht, machtsmiddelen)
Bij het vaststellen van regels en het maken van afspraken heb je te maken met macht.
Macht is het vermogen om het gedrag of het denken van anderen te beïnvloeden, desnoods met
dwang.
Voorbeelden van formele macht of formeel gezag:
Macht van docenten en directie op school
Macht van een burgemeester om een voetbalwedstrijd te verbieden
Formele macht of formeel gezag noemen we ook wel geïnstitutionaliseerde machtsuitoefening.
Geïnstitutionaliseerd = formeel vastgelegd, georganiseerd of ingesteld in een samenleving, vaak via
formele instellingen, regels of structuren.
Bij informele macht beïnvloeden mensen elkaar zonder een formeel systeem van regels en sancties.
Bijvoorbeeld binnen een vriendengroep.
De manier waarop iemand het gedrag en denken van anderen kan beïnvloeden heeft te maken met de
machtsbronnen die hij tot zijn beschikking heeft.
Voorbeelden: geld, functie, beroep, kennis, overtuigingskracht, aanzien, geweld, aantal. Een arts heeft
bijvoorbeeld machtsbronnen vanwege zijn beroep en vanwege zijn kennis. Een journalist kan veel mensen
(aantal) bereiken
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller marielouisesteijn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.48. You're not tied to anything after your purchase.