100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Week 1 Diabetes mellitus, wat een rotziekte $6.96
Add to cart

Summary

Samenvatting Week 1 Diabetes mellitus, wat een rotziekte

1 review
 79 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvattingen van alle leermiddelen uit week 1

Preview 2 out of 12  pages

  • January 7, 2019
  • 12
  • 2018/2019
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: Verpleegkundestudent2018 • 5 year ago

avatar-seller
Week 1 Diabetes mellitus, wat een rotziekte

Leerboek kinderverpleegkunde
Hoofdstuk 1 Het gezonde kind

1.2 Zuigeling
Na de periode van pasgeborene (0-10) dagen volt de zuigelingenperiode (tot 1 jaar). De
jonge zuigeling, wiens gedrag grotendeels bestaat uit instinctieve uitingen en reflexen, groeit
in een jaar tijd uit tot een peutertje dat zelfstandig rondloopt en tot communicatie in staat is.
Rustige en stabiele ouders zijn goed in staat de baby een basis van vertrouwen mee te
geven.
Per week neemt het gewicht van de zuigeling met gemiddeld 150 gram toe en groeit hij circa
een halve centimeter. Dit maakt dat de zuigeling zijn gewicht verdrievoudigd heeft en dat hij
anderhalf keer zo lang is als bij de geboorte. Doordat de organen groter worden, wordt ook
de omvang van de borstkas toe.
Het maag-darmstelstel is nog niet
volgroeid en is nog niet in staat alles
te resorberen. De speekselafscheiding
is gericht en de baby slijt reflexmatig.
Bovendien komen de eerste tanden
pas door rond de zesde of zevende maand. De dikke darm is nog niet goed in staat het
voedsel in te dikken. Ook worden in de loop van het eerste jaar de botten steeds harder. De
meeste organen moeten ook nog rijpen en de coördinatie tussen deze organen moet zich
nog ontplooien. In het eerste levensjaar is dit duidelijk zichtbaar in het zenuw- en
spierstelsel. De verbetering van de zenuwgeleiding loopt van de schedel naar het staartbeen
en van het centrum naar buiten (mature-theorie). Het jonge kind grijpt voorwerpen vast door
de vingers tegen de handpalm te drukken (vooral reflexmatig). Vanaf ongeveer 9 maanden
gaat het kind voorwerpen vastpakken met de vingers en oefent het eindeloos de
pincetgreep. Vanaf ongeveer 3 maanden kan de zuigeling een bewegend object volgen
vanaf 4 maanden ziet het ook de primaire kleuren. Vanaf 1 jaar kan het kind praten.
Door regelmatig en liefdevol contact krijgt de baby een eerste besef van de mensen om zich
heen. Door het reageren op signalen van de zuigeling ontstaat interactie tussen ouders en
kind. Hierdoor ontwikkelt zich hechtingsgedrag. Het is belangrijk dat de ouders op de
behoefte van het kind reageren, zodat het basisvertrouwen ontstaat. In eerste instantie is de
baby niet kieskeurig in het zoeken van contact. Na ongeveer twee maanden lacht hij niet
meer bij iedereen. Rond de zesde of zevende maand heeft hij zijn vaste verzorgers hard
nodig om zich veilig te kunnen voelen. Het kind wordt eenkennig.
De cognitieve ontwikkeling van een kind ontwikkelt zich vanuit reflexen. Wanneer de rijping
van de hersenen vordert, kunnen handelingen bewust worden en verdwijnen veel reflexen.
Fasetheorie van Piaget:
Sensomotorische fase, 0-24 maanden
 Ontwikkeling van de zintuigen, tasten, voelen, proeven.
 Ontwikkelen van de motoriek
 Ontwikkelen van het geheugen
 Objectpermanentie is in eerste instantie nog niet ontwikkeld. Voor het kind bestaan
objecten niet die zich niet in zijn gezichtsveld bevinden. Aan het einde van deze periode
zijn de kinderen wel instaat tot objectpermanentie, mentaal representeren of symbolisch
denken.
Pre operationele fase, 2-7 jaar
 Ontwikkeling van het taalgebruik
 Ontwikkeling van de motoriek, vooral de fijne motoriek wordt steeds verder
ontwikkeld.

,  Ontwikkeling van het ik, egocentrisme. Het kind leert dat het een eigen persoon is,
een eigen ik heeft
 Animisme. Levenloze dingen worden als kind als levend gezien.
 Het denken is in het begin van deze periode nog gekenmerkt door egocentrisme en
centratie, het zich slechts op een ding tegelijk kunnen richten.
Concreet operationele fase, 7-12 jaar
 Ontwikkeling van reversibiliteit. Het begrip dat je een proces in gedachten kunt
omdraaien.
 Ontwikkeling van decentratie. Het feit dat je, je op meerdere aspecten tegelijk kunt
richten.
 Ontwikkeling van de logica. De relatie begrijpen tussen tijd, afstand en snelheid.
Formeel operationele fase, vanaf 12 jaar
 Het denken kom los van het concrete.
 Leren logisch te denken, het leren verbanden te maken en hieruit conclusies te
trekken


1.3 Peuter
De peuterperiode loopt van 1 tot 4 jaar. In deze jaren zal het nog afhankelijke kind zich
ontwikkelen tot een zelfstandig denkend individu dat zelf keuzes wil maken. De peuterleeftijd
staat in het teken van het verwerven van autonomie. Aan de ouders de taak om een balans
te vinden tussen regels stellen en afremmen enerzijds en stimuleren en veiligheid bieden
anderzijds. Verloopt dit proces goed dat wint het kind aan vertrouwen en zal het steeds
zelfstandiger durven zijn.
De peuter neemt toe van 73 cm tot 110 cm. Het gewicht neemt toe van ongeveer 10
kilogram tot 17 kilogram. Niet alle lichaamsdelen groeien even hard; de ledematen blijven
nog wat achter ten opzichte van de rest. De hart- en ademhalingsfrequentie nemen af
doordat het volume van het hart en de longen toeneemt. De ademfrequentie ligt op ongeveer
25 keer per minuut en de hartslag op 100 tot 110 slagen per minuut. De peuter is goed in
staat tot kauwen en slikken en kan dus met de pot mee-eten. De peuter wordt tussen het
tweede en het vierde jaar zindelijk. Dit komt mede door de rijping van het zenuwstelsel. Hij
steekt niet meer alles in zijn mond maar probeert ermee te spelen. Dit lukt steeds beter.
Vooral de fijne motoriek wordt ontwikkeld in de peuterfase.
De peuter probeert zelfstandigheid te verweven. De jonge peuter probeert zich los te maken
van de ouder door de grote wereld in te stappen. Dit vindt hij wel eng en regelmatig keert hij
terug naar de veilige ouder voor een knuffel, om daarna het exploreren van de omgeving
weer op te pakken. Hij houdt van gezelligheid en brabbelt hele verhalen. Peuters spelen niet
met elkaar maar naast elkaar. Op vele terreinen zal de peuter zijn eigen wil willen testen en
de grenzen hiervan aftasten. Als de ouders in stat zijn de peuter te leren dat hij plezier kan
beleven aan het alles zelf doen en hem dus niet steeds corrigeren, zal de peuter zich
identificeren met de ouders. Hij weet waar hij aan toe is en voelt zich veilig. Maar een peuter
heeft hierin wel duidelijke kaders nodig. De ontwikkeling van het limbische systeem met de
prefrontale cortex heeft nog een lange weg te gaan. Dit systeem zorgt voor de
informatieverwerking, de emotieregulatie en de impulsbeheersing. Hierdoor kan de jonge
peuter niet omgaan met emoties en is de oudere peuter nog niet in staat om keuzes te
maken. Naar het vierde jaar toe begint de peuter deze zaken beter te beheersen.
Door alle ervaringen met het spelen leert de peuter afstand te nemen tot zijn omgeving.
Deze omgeving valt niet met hem samen, maar is anders.
Het kind beseft dat er een vaste volgorde is voor dingen, maar ziet geen logische
samenhang. Vaak legt het kind een verband tussen gebeurtenissen die in dezelfde periode
plaatsvinden. Zo kan de peuter denken dat de pijn in zijn buik komt doordat hij gisteren zo
stout was en zijn ouders hem daarom naar het ziekenhuis gebracht hebben.
Het kind ziet zichzelf als middelpunt van de wereld. Het denken is nog erg egocentrisch. De
peuter gaat geleidelijk aan snappen wat goed en fout is. Vanuit emotionele identificatie met

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meikedommerholt. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50064 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.96
  • (1)
Add to cart
Added