B2B infectie- en immuunziekte
Week 6
HC.1 immunologische tolerantie en auto-immuunziekten
Het lichaam reageert op lichaamsvreemde dingen, waardoor de afweer wordt geactiveerd, als dit niet
werkt is er een infectie.
Het lichaam moet lichaamseigen dingen herkennen en tolereren als ze dat niet doen ontstaat er een
auto-immunziekte
Tolerantie = het gecontroleerd niet-reageren van lymfocyten op auto-antigenen, waartegen potentieel
een reactie kan plaatsvinden. Het is dus antigeen specifiek en get gaat om het adaptieve
immuunsysteem
2 belangrijke mechanismen voor het induceren van
tolerantie:
- Centrale tolerantie inductie: klonale deletie
o Verwijderen van potentieel
autoreactueve T en B cellen. Gebeurt in
primaire lymfoide organen tijdens het
uitrijpingsproces (beenmerg & thymus)
o T-lymfocyt selectie en deletie in de
thymus:
Geen interactie MHC-TCR:
apoptose
Te sterke interactie: apoptose
Positieve selectie: cortex ,
zwakke interactie MHC-TCR
Negatieve selectie: medulla, DC
presenteert autoantigenen als er
geen herkenning is gaan ze door
naar cirkulatie anders apoptose
- Perifere tolerantie inductie: suppressie anergie
o Verwijderen van autoreactieve T en B
cellen die toch in d eperifereie terecht
gekomen zijn. Vindt plaats in secundaire
lymfoide organen en spelen meerdere
emchanismen een rol zoals anergie en suppressie
o Anergie
Als ze de centrale tolerantie
hebben doorstaan en cellen in
periferie belanden die reageren
op eigen lichaamscellen. Dan
worden deze cellen
geïnactiveerd og in bedwang
gehouden ook wel: klonale
anergie of suppressie
, T-cellen worden geactiveerd dmv de 3 signalen: Agpeptide binding, co
stimulatie en interleukines zorgen voor differentiatie. Alleen bij 1 e signaal is
er anergie
Suppressie vindt plaats door ontwikkeling van T reg cellen.
IL2 receptor op T reg, vangt IL2 weg wat de groeifactor is voor
ontwikkeling van gedifferentieerde Th cellen
CTLA4 remt de T cel
Anti-inflammatoire IL en factoren
Granzyme
Mogelijke doorbraak van tolerantie
- Polyclonale actievatie :: Ag en T-lymfocyt onafhankelijke activatie van B-lymfocyten door
EBV
- Activatie door superantigenen: s. aureus infectie Ag onafhankelijk activatie van Tlymfo’s
- Moleculaire mimcri: kruisreactie tussen Ag MO en gelijkend autoantigeen
- Bystander activatie: mede activatie autoreactieve lymfocyten tijdens infectie
- Vrijkomen van afgeschermde auto antigenen: immune priviliged sites sympathische
oftalmopathie (oog trauma)
- Productie van neo-antigenen: immuunstimulerende posttranslationele modificatie of
haptensiatie
- Verlies/afwezighedi van T-cellen: defect in Treg: IPEX syndroom
Ipex syndroom
- Immuundysregulatie
- Polyendocrinopathie
- FOXP3 mutatie: defect in Treg orgaanspecifieke en systemische auto-immuunziekte
Guillain-barré syndroom
- Postinfectieuze autoimmuun-polyneuropathie
- Snel progressieve verlamming armen en benen
- Ontstaat bij 1 op 2000-5000 infecties
- Vaak door campylobacter bacterie antistoffen zenuwbeschadiging
- Dit komt dan door bepaalde sotffen in het antistof die binden aan de ganglioside in eht
zenuwstelsel
Moleculaire mimcri
HC.2 IMMUNOTHERAPIE – BIOLOGICALS
Verschillende bekende biologicals
Insuline
Een biological is een biologisch geneesmiddel waarvan de werkzame stof vervaardigd is dor of
afkomstig is van een levend organisme. Insuline is een eiwit bestaande uit aminozuren. Als daar iets
aan veranderd wordt noemt men het een analoog. biosimilar
,Groeihormoon
rond 11980 is er begonnenm met het vervormen van DNA materiaal ipv uit dierlijk materiaal.
Groeihormoon is een biological die voor groeihormoon deficiente patienten een belangrijke rol speelt.
Een plasmide wordt tegenwoordig gebruikt om groeihormoon te verkrijgen. Vroeger werd het uit
doden gehaald wat zorgte voor prionen ziekten. Plasmide is een deel van een bacterie.
Verschillende medicijnen varianten
Naast traditionele medicjinen zijn er dus biologicals en biosimilars, maar ook zijn er plasma
producten. Eiwitten afkomstig uit donor mensen.
Targerts
biologicals zijn gericht tegen verschillende biologicals:
- Antistoffen tegen cytokinen
- Antistoffen tegen cellen \
- Antistoffen tegen
immuunreacties
De neonatale Fc-receptor laat
IgG door d eplacenta paseren
van moeder naar kind. De
halfwaarde tijd van IgG blijft
zo langer.
Deze moet je kennen!!!!
HC.3 immunologische nierziekten en nefrologische manifestaties
Gekeken maar geen aantekeningen bij gemaakt 😊
, HC.4 functie en anatomie van het oog
Bekijken een fiflmpje van een oogoperatie. Zon
3-4 mm van de irirs vnadaan kan je veilige
trocars in het oog zetten waardoor je kan werken.
Belangrijk om het oog vochtig te houden. Patient
is wakker en kan het oog nog bewegen.
Dit is een staar operatie maar ok waar achter op
het netvlies nog wat gedaan wordt omdat deze
los zat.
De lens zit vast aan de corpus colliares? En die
zorgt voor accommodatie van het oog.
De lens zit in een vlies.
Miope, emotrope en nog een soort troop = bijziend , verziend
Bijziend= oog is langer dan normaal de as is anders afgesteld : miope negatieve lens nodig
Verzien = hypometrope mesnen hebben een kortere as, hebben een positieve lens nodig.
Er zijn veel subspecialismes in het zijn van een oogarts specialist.
Klieren van meiboom = olie die in de tranen komen.
Canalis opticus = het belangrijkste gaatje met de nervussen die het oog kunnen laten kijken a.
opthalmica en de nervus opticus
Ander eopening zorgt voor de beweging van het oog = fissura orbitalis inferior
Oog bediening is 6 oogspierren
- 4 recht:
- 2 schuin
Innervatie voornamelijk door nercus oculomotorius superior, medialis, inferior en obl. Inferior
Overig door n. abducens lateralis en n.trochlearis obl superior
Vascularisatie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tatumkoek. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.64. You're not tied to anything after your purchase.