1. Algemene introductie over diversiteit
1a. De student kan uitleggen wat (super)diversiteit inhoud en welke betekenis het heeft voor
professionals.
- Diversiteit wil zeggen dat er verschil is tussen mensen (bijvoorbeeld afkomst of
sociaaleconomische status) als je zegt dat er diversiteit binnen diversiteit is wil dit zeggen dat
iemand zegt ik kom uit België en ik heb een sociaal goed leven. Omdat er steeds meer
verschil is in mensen spreken we van superdiversiteit (omdat mensen niet met 1 aspect zijn
te onderscheiden)
- het gaat niet meer alleen over de verscheidenheid aan afkomst, maar dat er een grote
diversiteit binnen de diversiteit
1b. De student kent de betekenis en werking van de verschillende aspecten van Beeldvorming
(Normativiteit, attitude, socialisatie, identiteit, stereotypen, vooroordelen, discriminatie).
- Normativiteit = dan ook jouw norm, jouw waarheid, tot norm verheffen voor anderen.
- Attitude = letterlijk houding. Vandaaruit generaliserende positieve of juist negatieve houding
van een bepaald soort mensen instellingen etc.
- Socialisatie = Proces waarmee een persoon zich de gedragingen eigen maakt die in een
bepaalde gemeenschap passend worden gevonden voor iemand van zijn of haar leeftijd,
sekse en maatschappelijke positie. Dit is inclusief de internalisatie van de waarden van die
gemeenschap. Gesocialiseerd raken is het resultaat van opvoedings- en
identificatieprocessen
- Identiteit= staat niet in het boek, maar je kan er van uit gaan dat de identiteit die je hebt en
degene die je bent meespeelt in de beeldvorming die je hebt over een ander
- Stereotype = Een stereotype is een overdreven beeld van een groep mensen dat vaak niet
(volledig) overeenkomt met de werkelijkheid. Het is vaak een vooroordeel of negatief
denkbeeld en wordt vaak gebruik als rechtvaardiging van bepaalde discriminerende acties.
- Vooroordelen = Waarneming van gedrag of persoonlijkheid van anderen wordt gekleurd
door vooropgezette verwachtingen van dat gedrag, op grond van het uiterlijk, de sekse, de
leeftijd, de sociale klasse, de etnische groep waartoe die ander behoort. Vooroordelen
kunnen gevormd zijn door eigen positieve of negatieve ervaringen met leden van zulke
groepen.
- Discriminatie Het maken van onderscheid tussen personen of groepen zonder dat daarvoor
een gerechtvaardigde reden bestaat. In het Handvest van de Verenigde Naties wordt het
verbonden op grond van ras, geslacht, taal of godsdienst.
1c. De student kent de werking van het hebben van een referentiekader.
De verschillende beelden/verwachtingen die we hebben. We hebben een bepaalde kijk op de ander.
Onze bril is soms zo vanzelfsprekend. Hoort bij wie je bent, dat het heel moeilijk is om die te
onderzoeken. Vanuit je referentiekader ontmoet je de ander en de wereld en geef je daar betekenis
aan en/of oordeel.
1d. De student weet wat de link is tussen socialisatie en constructivisme.
, Het sociaal constructivisme = mensen construeren hun eigen (sociale) werkelijkheid door te
interacteren met medemensen. Er is niet één waarheid, maar er zijn er vele naast elkaar. De
subjectiviteit van menselijke waarneming en oordelen wordt tot uitgangspunt genomen. Niet dat er
geen gemeenschappelijke betekenisconstructie mogelijk is, deze is echt niet vanzelfsprekend.
Mensen gaan in de omgang met de werkelijkheid vooral af op de interpretatie ervan in en door de
(sub)cultuur waar zij deel van uit maken. Belangrijke anderen bepalen in belangrijke mate hoe wij de
werkelijkheid ervaren en hoe wij ons zelf zien.
1e. De student weet hoe diversiteit invloed heeft op insluiting en uitsluiting van personen en/of
groepen.
Om met elkaar te kunnen leven en elkaar te duiden maken we onderscheid. Onderscheid is pas
mogelijk als er grenzen worden gecreëerd. Door grenzen laat iets zich bespreekbaar maken. Grenzen
sluiten dus zowel in als uit. Elke waarnemer maakt eigen grenzen en velen ervan zijn
gemeenschappelijk.
1f. De student kent de rol die media en journalistiek (bewust of onbewust) spelen op het gebied
van beeldvorming en ook dat het werkveld van de professional beïnvloedt.
Hierover staat geen directe informatie over in de literatuur. Maar is wel besproken tijdens de IC,
denk hierbij aan het tv programma Jinek en Pauw en Witteman, dit zijn de serieuzere journalistieke
tv programma’s die overwegend links zijn in hun denken en verbale communicatie tijdens de
uitzendingen. Bewust of onbewust word hiermee je aangestoken.
Hieronder een link die weergeeft waarover dit onderwerp gaat.
https://www.rtlnieuws.nl/editienl/artikel/4626271/mats-verzet-zich-op-instagram-tegen-linkse-
indoctrinatie-onderwijs
1g. De student kent de betekenis van de begrippen Sociaal Kapitaal, Bonding en Bridging.
Sociaal kapitaal
Verwijst naar de sociale netwerken van individuen en al de hulpbronnen die ze via deze netwerken
kunnen mobiliseren. Sociaal kapitaal is niet alleen belangrijk voor de sociale cohesie van de
samenleving maar is ook economisch waardevol voor de economie en het individu.
Bonding
Bonding is het vormen van sterke banden tussen mensen van dezelfde gemeenschap of achtergrond,
bijvoorbeeld binnen een familie het gaat daarbij om mensen met een gemeenschappelijke
achtergrond of gemeenschappelijke belangen.
Bridging
Bridging is sociale contacten opbouwen met andere groepen die niet hetzelfde zijn als jouw groep.
Het heeft als doel bruggen te bouwen en verbinding te maken met andere leefgemeenschappen
1h. De student kent de betekenis van intersecionaliteit.
Intersecionaliteit is de samenhang tussen maatschappelijke ordeningsprincipes (vrouw / man,
etniciteit, klasse, seksuele identiteit, religie… levensfase)
In het boek word dit kenbaar gemaakt door te zeggen je bent niet alleen man of vrouw maar je bent
ook meer dan dat. Je bent bijvoorbeeld een witte homoman met een hoge klasse status.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller xxxj. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.62. You're not tied to anything after your purchase.