100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Praktisch bedrijfsrecht, - J.W.J. Fiers en L. van Oosterhout, Praktisch bedrijfsrecht (derde druk), hoofdstuk 1, hoofdstuk 3 (3.1, 3.2, 3.5 en 3.6), hoofdstuk 4 (4.1 en 4.3), hoofdstuk 5, hoofdstuk 6, hoofdstuk 10 $3.20
Add to cart

Summary

Samenvatting Praktisch bedrijfsrecht, - J.W.J. Fiers en L. van Oosterhout, Praktisch bedrijfsrecht (derde druk), hoofdstuk 1, hoofdstuk 3 (3.1, 3.2, 3.5 en 3.6), hoofdstuk 4 (4.1 en 4.3), hoofdstuk 5, hoofdstuk 6, hoofdstuk 10

2 reviews
 104 views  7 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

handige samenvatting. J.W.J. Fiers en L. van Oosterhout, Praktisch bedrijfsrecht (derde druk), hoofdstuk 1, hoofdstuk 3 (3.1, 3.2, 3.5 en 3.6), hoofdstuk 4 (4.1 en 4.3), hoofdstuk 5, hoofdstuk 6, hoofdstuk 10

Preview 2 out of 14  pages

  • Yes
  • January 8, 2019
  • 14
  • 2018/2019
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: stanhermans • 4 year ago

review-writer-avatar

By: brandonkayihura • 5 year ago

avatar-seller
Hoofdstuk 1

• Rechtspersoon: is een zelfstandig juridisch orgaan. Dat betekent dat een
rechtspersoon net als een natuurlijk persoon verplichtngen kan aangaan (art. 2:5
BW). De rechtspersoon zelf kan overeenkomsten sluiten, mensen in dienst nemen,
een pand huren etc. De klant die een product koopt bij de rechtspersoon, heef een
overeenkomst met de rechtspersoon. En dus niet met de directeur, winkelbediende,
of aandeelhouder etc.  als bedrijf besluit om niks te betalen kan ze nergens anders
terecht.
• Geen rechtspersoonlijkheid: handelt de klant met een ondernemer die niet voor
rechtspersoonlijkheid heef gekozen, dan zijn de verplichtngen niet door het bedrijf
aangegaan, maar door de ondernemer zelf. De ondernemer en de onderneming
worden gezien als 1 geheel. Een contract wordt in dit geval gesloten met de mensen
achter de onderneming. Komt die onderneming zijn verplichtngen niet na, dan heef
dat voor de schuldeisende klant een voordeel. Hij heef namelijk de mogelijkheid om
ook de privébezitngen van de ondernemer aan te spreken. Art 2:3 BW geef een
limitateve opsomming van de rechtspersonen in het privaatrecht. (zelfs de partner
waarmee je getrouwd ben is in gevaar met zijn/ haar privévermogen)
• Kortom: bij geen rechtspersoon, kan je eisen om bijvoorbeeld uiteindelijk toch je
reiskostenvergoeding te ontvangen (privé aansprakelijk stellen). Bij rechtspersoon
kan dit niet doordat je een overeenkomst hebt met de rechtspersoon zelf.

• Eenmanszaak: 1 eigenaar, geen rechtspersoonlijkheid (aansprakelijk met gehele
privévermogen. Eenmanszaak beginnen = niet lastg, alleen inschrijven in kamer van
koophandel. Worden actviteiten ondernemen, om daar op een later stadium
voordeel mee te bereiken  winst wordt onderling verdeeld.
• Personenvennootschappen:
1: maatschap
- makkelijk om te starten  kamer van koophandel. Het is een overeenkomst tussen
2 of meerdere personen (kan dus nooit door een individueel persoon) IS EEN BEROEP
2: vennootschap onder frma (vof)
Is een maatschap voor de uitoefening van een bedrijf
3: commanditaire vennootschap (cv)

• Handelingen die geen beheersdaad zijn, worden beschikkingsdaad genoemd.
• Overeenkomsten vof en maatschap
1. Sluiten van een samenwerkingsovereenkomst tussen meerdere vennoten
2. Persoonlijke gegevens van de vennoten moeten worden ingeschrevenen he
handelsregister.

• Naast deze overeenkomsten is er ook een aantal verschillen tussen maatschap en
vof:
1. Bij een vof gaat het om een bedrijf en niet om een beroep
2. De vof heef een afgescheiden vermogen
3. De vennoten zijn, in beginsel, allemaal in het geheel aansprakelijk voor
handelingen van een van de vennoten.

, • Kapitaalvennootschappen
1. Bv
- ook individueel persoon kan het oprichten
- niet zomaar toegankelijk voor derden, want de aandelen staan op naam en niet
vrij overdraagbaar
- lastg overdraagbaar  startkapitaal 0,01 eurocent, geen verklaring van ofcier
van justte meer nodig, bij notaris heb je een akte nodig
- De toekomstge bv noemt men dan ook wel i.o. en dat staat voor bv in
oprichtng.
- Het voordeel is dat de ondernemers meteen aan de slag kunnen, het nadeel is
dat ze dit doen op eigen risico  zolang er in het handelsregister i.o. staat (art:
2:203 BW).
- niemand kan zomaar aandelen kopen van een bv (kan alleen via een akte via de
notaris)
- rechtspersoon

2. Nv
- rechtspersoon

• Kortom de overeenkomsten (nv en bv):
1. Rechtspersoon
2. Gefnancierd door aandeelhouders
3. Bestuurd door directe
4. Gecontroleerd door Raad van Commissarissen

• De verschillen tussen de nv en bv ziten hem in de volgende kenmerken:
1. In de bv staan de aandelen op naam. Dit houdt in dat persoonlijke
gegevens van de aandeelhouder bekend zijn bij de vennootschap en
dat die ook bijgehouden worden. In een nv kan er ook sprake zijn van
aandelen aan toonder. Daarvoor geldt dat degene die de aandelen bij
zich heef en ze kan tonen, ook meteen eigenaar is van die aandelen.
De nv weet niet altjd wie de eigen aandeelhouders zijn.
Bv = aandelen op naam, nv: aandeelhouders soms onbekend
2. Iets wat hier mee te maken heef: de overdraagbaarheid van de
aandelen is makkelijker bij de nv dan bij de bv. Vanwege het besloten
karakter van de bv, met alleen aandelen op naam en eventueel een
blokkeringsregeling, zijn aandelen in een bv niet vrij verhandelbaar.
Aandelen in de nv zijn wel vrij overdraagbaar (artkel: 2:44 BW).,
bijvoorbeeld op de Nederlandse beurs op het Damrak in Amsterdam.
Bv= niet gemakkelijk overdraagbaar, nv= wel
3. Overdracht van aandelen aan toonder hoef dan ook niet via de notaris
te lopen, maar gebeurt door middel van bezitngsverschafng.
Het minimale startkapitaal van de nv bedraagt 45.000 euro. Bij de bv:
0,01 eurocent.
Bv= startkapitaal 0,01 eurocent, nv = 45000 euro
4. Bij de nv is voor de oprichtng een bank-of accounts verklaring nodig.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller R1998. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

55628 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.20  7x  sold
  • (2)
Add to cart
Added