100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Hoorcollege samenvatting Methodologie 2 Vrije Universiteit Amsterdam $8.86   Add to cart

Class notes

Hoorcollege samenvatting Methodologie 2 Vrije Universiteit Amsterdam

 10 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

In dit document vind je alle hoorcolleges uitgewerkt van alle weken.

Preview 3 out of 23  pages

  • April 8, 2024
  • 23
  • 2020/2021
  • Class notes
  • Heslenfeld
  • All classes
avatar-seller
Methodologie 2 | periode 5 & 6 | 2020

Week 1

Wetenschap
Waarom wetenschap:
- Gefundeerde uitspraken over menselijk gedrag
- Wetenschap = kennis verzamelen
- Theorie = kennis organiseren
- Onderzoek = kennis genereren
- Toepassing = kennis gebruiken

De vier doelen van wetenschap:
1. Beschrijven
- Definieer het fenomeen
- Differentieer tussen fenomenen
- Beschrijf een fenomeen
- Beschrijf relatie tussen fenomenen
2. Begrijpen
- Bepalen waarom iets gebeurd
- Begint vaak met hypothese
- Causaliteit (iets willen veranderen, eerst reden achterhalen)
- John Stuart Mill drie criteria: covariation, time precendence, no alternative
explanation
3. Voorspellen
- Toegepast
- Onderzoek
4. Controleren
- Kun/mag je gedrag controleren?

De vier waarden van wetenschap:
- Empirisch: gebaseerd op feiten en niet gebaseerd op ideologie
- Sceptisch: bevraag bestaande kennis en neem niets voor waar aan
- Voorlopig: alle kennis verandert en wat is dan ‘waar’?
- Openbaar: uitkomsten en methoden van onderzoek

Plaats in de filosofie: kennisleer, kentheorie, epistemologie
Logische positivisme vs. humanisme

Theorie
Theorie = verzameling uitspraken over relaties tussen verbanden
1. Aannames
- Vaak impliciet: we nemen ze voor waar aan en toetsen niet
- Vaak paradigmatisch: aanname binnen het onderzoekgebied, is domein-
specifiek
2. Hypothetische constructen
- Niet direct observeerbaar
- Abstract
- Uni-dimensioneel: of het een of het ander
- Multi-dimensioneel: aspecten zijn ongecorreleerd, ongerelateerd aan elkaar
- Multi-faceted: construct met meerdere facetten, zijn vaak gecorreleerd
3. Definities

, Methodologie 2 | periode 5 & 6 | 2020

- Narratief: als in woordenboek
- Operationeel: concreet maken aan de hand van vragenlijsten
4. Proposities
- Relaties tussen de begrippen
- Beschrijven abstracte relaties
- Worden niet direct getoetst

Wij kunnen toetsen: hypothesen omtrent operationele definities: verklarende/
respons/mediërende/modererende variabele. Proposities beschrijven relaties tussen
abstracte concepten (hypothetische constructen) en hypothesen beschrijven relaties
tussen concrete representaties van abstractie concepten (operationele definities).

Kenmerken van theorie: scope (bereik) en specificiteit (precisie).

Doelen van theorie: organiseren kennis, vergroten kennis (verbeteren/link/
convergence) en steun van gedrag/oplossingen (toepassingen.

Criteria theorie:
- Logisch consistent: theorie mag zichzelf niet tegenspreken
- Falsifieerbaar: je moet de theorie kunnen verwerpen
- In overeenstemming met data
- Consistent met andere theorieën
- Helder, zuinig, bruikbaar, vruchtbaar.
- Theoretisch en empirisch

Onderzoek
Empirisch onderzoek: algemeen idee, toetsbare hypothese, onderzoeksstrategie,
dataverzameling, data-analyse, communicatie en verslag.

Criteria goed onderzoek:
- Construct validiteit: meten wat je wil meten en goed geoperationaliseerd?
- Interne validiteit: alternatieve verklaring
- Statistische validiteit: deugd de toetsing?
- Externe validiteit: uitkomsten generaliseerbaar?

Fundamenteel onderzoek: toetst theorie en proposities, generaliseerbaar ‘broad
scope’.
Toegepast onderzoek: zoekt oplossing voor concreet probleem, vaak natuurlijke
setting, niet generaliseerbaar ‘narrow scope’.
Evaluation research: meet de impact van sociale interventies en programma’s,
toegepast; voor- en nametingen.
Action research: theorie, toepassing evaluatie.
Kwantitatief: gegeven zijn getallen, toetsbaar, vaak experimenteel, interne validiteit.
Kwalitatief: gegeven zijn beschrijvingen, antwoorden interviews, vaak niet-
experimenteel onderzoek, ecologische validiteit, begrijpen van gedrag.

, Methodologie 2 | periode 5 & 6 | 2020

Week 2

Onderzoeksstrategieën
Experimenteel
- Causaliteit, oorzaak en gevolg
- Gecontroleerde manipulatie, rest constant. Voorbeeld effect caffeine, alles
constant behalve de caffeine. Dit stelt je in staat te praten over causaliteit
- Kan alternatieve verklaringen uitsluiten
- Hoge mate van controle: manipulatie, procedure, etc. Maar: vaak kunstmatige
setting (dat is nodig vanwege de controle)
- Alleen wat je kan en mag manipuleren
- Geen persoonlijkheidsvariabele
- Geen ziektes. Mag je natuurlijk niet manipuleren. Ook geen organisaties bijv.

Case study
- Uitgebreide, diepgaande examinatie van 1 case
- Vaak langdurig, alle gedragingen ipv responsvariabele. Je kijkt naar het hele
gedrag van een persoon.
- Beschrijvend of hypothese toetsend
- Natuurlijke setting
- Ook zeldzame fenomenen, ziektes. Maar: geen controle
- Geen causaliteit
- Geen generaliseerbaarheid
- Researcher bias (proefleider verwachtingen)
- Nomothetic

Correlationeel:
- Relaties tussen variabelen over veel cases heen
- Als je niet kan of mag manipuleren: ‘passief onderzoek’
- Correlatie-coëfficiënt: mate, richting, significantie van relatie
- Geen covariantie, geen causaliteit!
- Generaliseerbaar
- Actuarial prediction, maar: geen causaliteit
- Geen time precedence
- Geen alternatieve verklaringen
- Geen volgorde, reverse causation
- Geen alternatieve verklaringen
- Derde variabele probleem

Experimenteel
- Aselecte toewijzing
- Gecontroleerde manipulatie, kunstmatig
Quasi-experimenteel
- Natuurlijke indeling, bestaande groepen
- Kies experimentele vs. controle groep
Non-experimenteel
- Als je niet kan indelen of manipuleren
- Observationele designs

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller orthopedagogiekstudentleerkracht. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.86. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

79202 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.86
  • (0)
  Add to cart