Meten in de psychologie
Een definitie van meten in de psychologie: meten is het – volgens regels - toekennen
van symbolen (numerals) aan individuen zodat de symbolen de psychologische
eigenschap van het individu weergeeft. Toekenning gaat aan de hand van een test
procedure. Bijv. het afnemen van een vragenlijst.
Psychometrie is de wetenschap van de eigenschappen van psychologische tests
(niet per se een “paper and pencil” vragenlijst).
Laat je het adjectivum “psychologische” weg, dan heb je een algemene definitie van
meten. Van toepassing op het eigenschap extraversie en gewicht.
Echter zijn zijn belangrijke verschillen, het volgende gaat op voor gewicht:
1. Gewicht is geen psychologische variabele.
2. De meet procedure van de weegschaal is gebaseerd op natuurkundige
theorie.
3. a) In principe kan de procedure metingen opleveren die 99.9999%
betrouwbaar zijn.
b) Ik kan ZIEN dan sommige objecten meer wegen dan andere (kind van 6 vs
kind van 12).
c) Gewicht meet ik op een ratio schaal met een absoluut nulpunt.
Latente variabelen
Psychologische variabelen (constructen) zijn “latente variabelen” of “latente trekken”
(“latent traits”). Latent = niet observeerbaar.
Het meten van psychological variabelen gaat a.d.h.v. de meting van observeerbaar
gedrag. We relateren observeerbaar gedrag aan (niet-observeerbare)
psychologische variabelen. Het gaat over de relatie tussen observeerbare
variabelen, zoals vragen in een test of items en niet-observeerbare variabelen, zoals
depressie.
Hiervoor hebben we nodig: 1) psychologische theorie; 2) begrip causaliteit; 3)
statistiek; en 4) een grafische representation van de relatie tussen de observeerbare
variabelen en de psychologische variabelen (paddiagram).
Paddiagram: de latente (psychologische) variabele.
De latente variabele wordt altijd weergegeven in een cirkel.
,Bijv: zichtbaar maken van de latente variabele. Een indicatie van alcoholverslaving
maken door middel van items. Het hoeft niet altijd een vragenlijst te zijn overigens.
Item responses zijn observeerbaar (weergegeven in vierkanten).
Vormen: self-report, gedragsmaten, beoordelingen (door beoordelaars).
Metingen zijn onderhevig aan de meetfout
Itemsresponses zijn gerelateerd aan latente variabele. Een pijl geeft de causale
relatie weer.
Error: items responses zijn gerelateerd aan de latente variabele, maar er is altijd
error (de relatie is nooit 1-op-1).
Bijvoorbeeld; een test met drie items afhankelijk van een latente variabele. B1, B2,
B3 zijn parameters, B1=0 betekend geen relatie
Rol van statistiek, theorie, causaliteit.
Waarom hebben we statistiek nodig?
1 Psychometrische analyse
= analyse van individuele verschillen in item responses. We hebben statistiek dus
nodig om deze verschillen uit te drukken.
Latente variabele: variantie, standaard deviatie.
Geobserveerde variabelen: variantie, standaard deviatie, gemiddelde kans.
2 Relatie tussen latente en geobserveerde variabelen
Regressiemodel en correlatie.
Lineaire regressie model: yi = b0 + b1*xi + ei {ook wel: yi = a + b*xi + ei }
Item1i = b0 + b1*LVi + error1i
,Lineair regressie: y is continu verdeeld.
Logistische regressie: y is binair or dichotoom (dwz. 0 /1 gescoord).
3 Samenhang tussen variabelen
Pearson product moment correlatiecoëfficiënt:
lineaire relatie tussen variabelen.
Correlatie matrix (van de items)
De items zijn gecorreleerd omdat ze dezelfde latente
variabele hebben, ze meten hetzelfde construct.
Daarom is er verband. Dit legt structuur op de
correlatiematrix. Ze hebben dezelfde latente variabele
ten grondslag.
Psychologische theorie
- Wat zijn de relevante variabelen, wat stellen ze voor?
- Wat zijn relevante observeerbare variabelen?
Bijv. Persoonlijkheid. Big 5 theorie: N, E, A, O, C
Wat zijn relevante observeerbare variabelen als we Extraversie willen meten a.d.h.v.
items in een vragenlijst? Wat zijn relevante items? Antwoord: Psychologische theorie,
deze schrijft voor wat de relevant variabelen zijn.
Psychologische theorie en statistiek
Hoe zijn de relevante psychologische variabelen verdeeld / wat is het meetniveau?
Antwoord: theorie.
Bijv: Piaget’s ontwikkelingsstadia, werkgeheugen en depressie. Theorie rondom deze
psychologische variabelen zal mij vertellen wat het meetniveau/meetschaal is.
Theorie kan iets zeggen over de verdeling.
Depressie:
- Continue variabele (bijv. normaal verdeeld)
- Dichotoom met latente klassen (major depression vs. normaal)
- Discreet en ordinal (major depression, dysthymia, normaal)
Cognitieve ontwikkeling: latente klassen van Piaget (pre-operational vs. concrete
operational vs. formal operational) = nominale variabele.
, Causaliteit I: latente variabele en causale relatie
Latente variabele = (observeerbaar) item, heeft een causale relatie.
Bijv: als iemand depressief is, veroorzaakt het dat iemand op een item “ja” antwoord.
Dat is de causale relatie. Dat iemand goede rekenvaardigheden heeft, veroorzaakt
dat ik een 10 haal op mijn rekentoets. Dit is een belangrijke aanname.
Causaal model: de item responses zijn direct en causaal afhankelijk van de latente
variabele. Dit zijn reflectieve items. Weerspiegelen/reflecteren de latente variabele.
Ook wel reflectieve indicatoren genoemd. Reflectiviteit is tevens een theoretische
aanname.
Bijv: reflectieve items in een diagnostische test, influenza.
Als je besmet bent met influenza veroorzaakt dat de volgende symptomen: verstopte
neus (j/n), zere keel, hoest, hoofdpijn, niesen, koorts, algehele malaise.
Deze items zijn reflectief, ze weerspiegelen het feit dat je een virusinfectie hebt. De
virusinfectie veroorzaakt de symptomen. Influenza veroorzaakt de symptomen.
Niet alle items zijn reflectief!
Bijv: APGAR score bij pasgeboren kinderen. De APGAR score is een score tussen 0
and 10 dat de gezondheid zegt. Het is gebaseerd op 5 formatieve items. Ze vormen
een score.
Bij influenza verhoogde dat de kans dat ik ja zou antwoorden. Nu tellen we de score
van de items bij elkaar op voor een handige samenvatting voor een klinische
beslissing. Vraag die je jezelf kan stellen; het kind heeft een blauw voorkomen, is dat
het gevolg van een lage APGAR-score? Een verkouden persoon heeft koorts, is dat
het gevolg van influenza?
Reflectief of formatief?
SES: SES is hoog, veroorzaakt dat het feit dat ik veel geld verdien? Nee. Formatief.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller orthopedagogiekstudentleerkracht. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.45. You're not tied to anything after your purchase.