Alle Hoorcolleges en Kennisclips Inleiding Verbintenissenrecht (VU)!
7 views 0 purchase
Course
Inleiding Verbintenissenrecht
Institution
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Alle uitwerkingen van de hoorcolleges en kennisclips van het van Inleiding Verbintenissenrecht aan de Vrije Universiteit (VU) Amsterdam. Alle weken zijn uitgewerkt (week 1 t/m 7), dus volledig en ook met wetsartikelen!
Week 1 – Inleiding; Verbintenissen, Rechtshandelingen, Overeenkomsten etc.
Verbintenissenrecht is vermogensrecht. Het verbintenissenrecht ziet op de regels die betrekking hebben op de
rechtsverhouding tussen personen onderling.
Een verbintenis is een vermogensrechtelijke rechtsband tussen twee of meer partijen waarbij de ene partij een prestatie
verschuldigd is en de andere partij tot die prestatie gerechtigd is.
Bronnen waaruit een verbintenis voortvloeit (bronnen van verbintenissen):
▪ Overeenkomst (meerzijdige rechtshandeling) = Art. 6:213 e.v. BW
De inhoud bepalen ze zelf
- ‘Echte’ wettelijke (bronnen van) verbintenissen:
▪ Onrechtmatige daad = Art. 6:162 e.v. BW
▪ Zaakwaarneming = Art. 6:198 e.v. BW
Wanneer je de belangen van de eigenaar van een zaak ongevraagd waarneemt, om die zaak te redden of schade
tegen te gaan
▪ Onverschuldigde betaling = Art. 6:203 e.v. BW
Wanneer iemand een prestatie (betaling) verricht jegens een ander zonder dat daartoe een verplichting bestaat. In
zo’n geval moet de verrichte prestatie ongedaan worden gemaakt.
▪ Ongerechtvaardigde verrijking = Art. 6:212 BW
Wanneer iemand ten koste van een ander is verrijkt, terwijl er geen contractuele relatie is en er ook geen sprake is
van onrechtmatige daad. (Dit is vaak de overige categorie)
▪ Tekortkoming in de nakoming van een (andere) verbintenis = Bijv. Art. 6:74 e.v. BW / 6:271 e.v. BW
Een rechtshandeling is wanneer een persoon een handeling verricht met de bedoeling daarmee een bepaald rechtsgevolg tot
stand te brengen. → Art. 3:33 BW; Een rechtshandeling vereist een op een rechtsgevolg gerichte wil die zich door een verklaring
heeft geopenbaard.
Bijv. ; Aanbod en opzegging.
De rechtshandeling is onderdeel van de meeromvattende categorie ‘rechtsfeiten’. Rechtsfeiten is wanneer het objectieve recht
gevolgen toekent aan bepaalde feiten die zich voordoen.
Typen rechtshandelingen:
- Eenzijdig: Door één partij/ persoon
- Gericht: Hebben andere partij bereikt. Gericht tot een partij (aanbod,
aanvaarding, opzegging)
- Ongericht: Niet gericht tot een bepaalde partij (opstellen van testament)
- Meerzijdig: Tussen twee of meer partijen/ personen
- Verbintenis scheppende overeenkomst: Tussen twee of meer partijen/
personen
- Meerzijdig/ wederkerige overeenkomst: Voor uit beide partijen vloeit een verbintenis (koopovereenkomst)
- Eenzijdige overeenkomst: verbintenisscheppende overeenkomst voor maar één partij (schenkingsovereenkomst)
- Geen overeenkomst: Geen verbintenisscheppende overeenkomst (oprichten van een nieuwe rechtspersoon)
,Algemene vereisten voor de totstandkoming van een geldige rechtshandeling → Art. 3:33 BW.
▪ Een op een rechtsgevolg gerichte wil
▪ Die zich door een verklaring heeft geopenbaard
o Art. 3:37 BW: Tenzij anders is bepaald, kunnen verklaringen, met inbegrip van mededelingen, in iedere vorm
geschieden, en kunnen zij in een of meer gedragingen besloten liggen.
▪ De wil en verklaringen moeten wel met elkaar overeenstemmen
• Voor een eenzijdige rechtshandeling geldt ook dat het die persoon moet hebben bereikt (art. 3:37 lid 3 BW =
ontvangsttheorie). Met bereikt wordt bedoelt dat het is ‘ontvangen’ en daar kennis van heeft kunnen nemen. Niet in de
zin van ‘vernemen’.
Let op de risico-correcties in het vervolg van art. 3:37 lid 3 BW. (ter bescherming van de eerste partij)
- Art. 3:37 lid 5 BW: Oplossing voor het geval dat de eerste partij spijt heeft van de verklaring. De verklaring kan hij dan
intrekken. De intrekkingsverklaring moet de tweede partij dan wel hebben bereikt gelijktijdig met of eerder dan de
oorspronkelijke verklaring. (Dit is dus anders dan herroeping, bij herroeping is er namelijk al een aanbod tot stand
gekomen.) Bij intrekking voorkom je dat er een aanbod tot stand komt.
Aanvullende vereisten voor een meerzijdige rechtshandeling (in het bijzonder de verbintenis scheppende overeenkomst): Art.
6:217 BW;
• Aanbod
• Aanvaarding
• Wilsovereenstemming uit de met elkaar overeenstemmende verklaring (partijen hebben zelfde verklaring)
----------
Specifieke vereisten voor een geldig aanbod:
In eerste instantie moet een aanbod voldoen aan de algemene vereisten voor de rechtshandeling ‘aanbod’
•
Aanvullende:
• Aanbod met het oog op een juridische niet-bindende afspraak
• Aanbod bevat (nog) niet de voornaamste elementen van de inhoud van een eventueel te sluiten overeenkomst
> Precontractuele onderhandelingen
• Advertenties;
o Aanbod van soortzaken door een onderneming
o Aanbod van een individueel bepaalde zaak (of andere prestatie) door een particulier
→ Arrest (Hofland/Hennis) HR 10 april 1981, NJ 1981/1532
, …
Dus: Er is hier in beginsel sprake van een uitnodiging om in onderhandeling te treden, en niet sprake van een
juridisch aanbod. Een aanvaarding leidt dus niet tot een overeenkomst. Vereisten hierbij:
> Individueel bepaalde zaak
> Advertentie
> In beginsel/ uitzondering?
o Mogelijk is het aanbod inmiddels vervallen, door;
- Tijdsverloop: Mondeling en schriftelijk (art. 6:221 lid 1 BW) & Termijn (art. 6:219 lid 1 BW)
- Verwerping (art. 6:221 lid 2 BW), of met inbegrip van een afwijkende aanvaarding (art. 6:225 lid 1 BW)
- Herroeping (art. 6:219 BW)
Je kan je aanbod herroepen.
Uitzondering 1: Tenzij er een termijn is bepaald of de onherroepelijkheid ervan op andere wijze uit het aanbod volgt (art. 6:219
lid 1 BW)
Uitzondering 2: Tenzij er al is aanvaard of aanvaarding is verzonden (art. 6:219 lid 2 BW)
Probleemgeval: een met de verklaring overeenstemmende wil ontbreekt.
Er is hier wat anders verklaard, dan dat er bedoelt werd.
(Eenzijdig:) A kan zich in beginsel beroepen op de ongeldigheid van de rechtshandeling. A is dan niet aan zijn verklaring
verbonden. A moet dan wel aannemelijk moeten kunnen maken dat er sprake is van een discrepantie tussen zijn wil en
verklaring (bijv. door te wijzen op het nadeel dat A zal lijden wanneer B hem aan zijn wilsverklaring houdt). Echter is in ons recht
dit argument niet doorslaggevend. Er moet namelijk ook met het belang van B rekening gehouden worden.
Het is hierbij ook denkbaar dat B mogelijk te goeder trouw was toen B ervan uitging dat A verklaarde overeenkomstig diens wil.
B kan proberen bescherming te ontlenen aan art. 3:35 BW. Als die bescherming opgaat, betekent dat dat er alsnog een geldige
rechtshandeling tot stand gekomen is.
Of B ter goede trouw is wordt gekwalificeerd door art. 3:11 BW. Als B gerechtvaardigd mocht vertrouwen is er een geldige
rechtshandeling tot stand gekomen door het vertrouwen van B. (Uit art. 3:11 BW volgt er ook een onderzoeksplicht!)
→ Arrest (Westhoff/Spronsen) HR 12 september 1986, NJ 1987/267
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FNR. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.75. You're not tied to anything after your purchase.