Samenvatting van hoofdstuk 11 Strafrecht van het gekoppelde boek. In deze samenvatting vindt je alles wat je moet weten voor jouw tentamen/examen van hoofdstuk 11. Incl. genoemde wetsartikelen.
Strafrecht samenvatting hoofdstuk 11
Wettelijke omschrijving verdachte
In de meeste gevallen kan de politie pas echt met het vooronderzoek beginnen
als er een verdachte is.
Art. 27 Sv geeft twee omschrijvingen van het begrip ‘verdachte’. In lid 2 staat
dat de verdachte degene is tegen wie de vervolging is gericht. De vervolging
begint op het moment dat er een rechter bij de zaak wordt betrokken, dat wil
zeggen als de officier van justitie de zaak aan een rechter voorlegt.
Art. 27 lid 1 geeft een andere omschrijving, hierbij wordt het verschil tussen een
‘gewone’ burger en een verdachte bepaalt.
De belangrijkste elementen uit deze omschrijving zijn:
Feiten en omstandigheden
Redelijk vermoeden
Schuld aan enig strafbaar feit.
Feiten en omstandigheden
Het vermoeden dat de verdachte een strafbaar feit heeft gepleegd, ontstaat door
‘feiten en omstandigheden’. Dit wil zeggen dat er concrete aanwijzingen zijn
dat een persoon een strafbaar feit heeft gepleegd.
Dwangmiddelen mogen alleen op verdachten worden toegepast.
Redelijk vermoeden
Het vermoeden dat iemand een strafbaar feit heeft gepleegd, moet redelijk zijn.
‘Redelijk’ wil zeggen dat een gemiddeld mens het verband kan zien tussen de
feiten en omstandigheden en de verdenking.
Schuld aan enig strafbaar feit
‘Schuld’ in art. 27 Sv betekent ‘het gedaan hebben’. ‘Enig strafbaar feit’ wil
zeggen dat de verdenking zich richt op een concreet strafbaar feit.
Rechten van de verdachte
Recht op informatie
Vanaf het moment dat een verdachte wordt aangehouden en naar het
politiebureau wordt overgebracht, heeft hij er recht op om te weten van welk feit
hij wordt verdacht. Dit recht op informatie is opgenomen in het Europees
verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele
vrijheden (EVRM) waarbij ons land zich heeft aangesloten.
Zwijgrecht
Voor ieder verhoor moet de verdacht op zijn zwijgrecht gewezen worden
volgens art. 29 Sv. Daarnaast legt art. 29 Sv de verhorende ambtenaar of rechter
de plicht op om ervoor te zorgen dat de verdachte zijn verklaring in vrijheid kan
afleggen.
Daarnaast geldt meer in het algemeen het uitgangspunt dat de verdachte niet
kan worden gevraagd om mee te werken aan zijn eigen veroordeling.
Identificatieplicht
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller josefinelutje. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.67. You're not tied to anything after your purchase.