Inhoud
Hoofdstuk 1 Maatschappelijk verantwoord ondernemen......................................................................3
1.1 MVO als dé manier van ondernemen...........................................................................................3
1.2 afakening van het begrip MVO...................................................................................................3
1.3 impact van MVO-beleid op het bedrijf.........................................................................................3
1.4 Achtergronden van het duurzaamheidsdenken...........................................................................5
1.5 Ondernemerschap........................................................................................................................5
1.6 Motvate om te investeren in duurzaamheid...............................................................................5
Hoofdstuk 2 overheidsinvloed op MVO-beleid.......................................................................................5
2.1 Onderlinge afankelijkheid van overheid en bedrijfsleven...........................................................5
2.2 Koersbepalende rol van de overheid............................................................................................6
2.3 Functes van de overheid in MVO.................................................................................................7
2.4 Verwevenheid van economieën...................................................................................................7
2.5 Convenanten en gedragscodes.....................................................................................................8
2.6 Publiek-private samenwerking.....................................................................................................8
Hoofdstuk 3 MVO-beleid op stakeholders afstemmen...........................................................................8
3.1 De organisate en haar omgeving.................................................................................................8
3.2 Soorten stakeholders....................................................................................................................9
3.3 Relate met de stakeholders.........................................................................................................9
Hoofdstuk 4 MVO opnemen in de strategie.........................................................................................13
4.1 Voorbeelden van bedrijven met een MVO-strategie..................................................................13
4.2 Strategische keuze voor de organisate......................................................................................13
4.3 Waardecreate............................................................................................................................13
4.4 Basisstrategieën..........................................................................................................................14
4.5 Strategie-implementateprocessen.............................................................................................15
4.6 Kenmerken van de organisate met een MVO-strategie.............................................................16
Hoofdstuk 5 Strategische rol van de MVO-ondernemer.......................................................................16
5.1 MVO en het midden- en kleinbedrijf..........................................................................................16
5.2 MVO-ondernemer......................................................................................................................16
5.3 MKB ondernemers in aantallen..................................................................................................16
5.4 Duurzaam ondernemen meetbaar maken..................................................................................17
5.5 Kenmerken van de MVO-ondernemer........................................................................................17
5.6 Succes en falen van MVO-ondernemers.....................................................................................20
Hoofdstuk 6 MVO-organisate inrichten...............................................................................................20
6.1 MVO-innovate...........................................................................................................................20
1
, 6.2 Duurzame waarde van het product of het bedrijfsmodel...........................................................20
6.3 Duurzaamheid inbrengen in de organisate................................................................................21
Hoofdstuk 7 MVO-producten en –diensten ontwikkelen.....................................................................22
7.1 Duurzaamheid van producten en diensten verhogen.................................................................22
7.2 Duurzaamheidskennis creëren en delen.....................................................................................22
7.3 Technologische methoden om producten en diensten te verduurzamen..................................23
7.4 Methoden om duurzame producten en diensten te ontwerpen................................................23
7.5 Aansluiten bij de duurzame consument.....................................................................................24
Hoofdstuk 8 MVO-communicatebeleid vormgeven............................................................................25
8.1 werken aan het MVO-imago.......................................................................................................25
8.2 MVO-communicatebeleid vormgeven.......................................................................................25
8.3 Verschil tussen MVO imago en realiteit......................................................................................25
Hoofdstuk 9 MVO-labels gebruiken......................................................................................................26
9.1 Symbolische functe van een label..............................................................................................26
9.2 Standaarden en richtlijnen voor MVO........................................................................................26
9.3 MVO-labels voor organisates.....................................................................................................26
9.4 MVO-labels voor producten.......................................................................................................27
2
,Hoofdstuk 1 Maatschappelijk verantwoord ondernemen
1.1 MVO als dé manier van ondernemen
MVO is belangrijk voor zowel proft als non-proftorganisates.
Organisates worden steeds meer beoordeeld op MVO door klanten, werknemers, banken en
overheden.
Koplopers: De koplopers hebben van MVO hun kernactviteit gemaakt
Peloton: Deze organisates hebben een aantal aspecten van MVO doorgevoerd in de bedrijfsvorming
Achterblijvers: Voor hen is MVO niet van belang, zij doen er niet of nauwelijks aan
1.2 afbakening van het begrip MVO
Maatschappelijk verantwoord ondernemen: Het leiden van een commerciële of niet winstgedreven
organisate door het maken van vrijwillige, gebalanceerde keuzes tussen de economische aspecten,
sociale aspecten en ecologische aspecten van de bedrijfsvoering.
Naast MVO zijn er meer vergelijkbare begrippen in de omloop:
Sociaal ondernemen: Ondernemingen die maatschappelijke misstanden uit de weg ruimen.
Maatschappelijk betrokken ondernemen: Het vrijwillig investeren van expertse, menskracht,
faciliteiten, en netwerken in de (lokale) samenleving.
Duurzaam ondernemen: Het besteden van aandacht aan milieu en samenleving door een bedrijf dat
daarnaast omzet en winstdoelstellingen nastreef
1.3 impact van MVO-beleid op het bedrijf
Kenmerken van MVO binnen het bedrijf:
Vrijwilligheid: Het is een eigen keuze om aan MVO te doen. Hierdoor kan een bedrijf zicht positef
onderscheiden met de rest (beyond compliance: verder dan verplichtngen). Bedrijven kunnen er
voor kiezen om samen met andere bedrijven een gedragscode op te leggen (ISO richtlijnen).
Commerciële of niet-winstgedreven organisate: Het besturend orgaan neemt de beslissingen ten
aanzien van MVO, hun worden hierbij beïnvloed door hun omgeving.
Gebalanceerde keuzes: De keuzes die de bedrijfsleiding maakt moeten aansluiten bij de doelstelling
van het bedrijf. Hiermee maken de keuzes deel uit van de strategie.
Met balanceren wordt gedoeld op het maken van een afweging tussen de economische, sociale en
ecologische aspecten. Keuze kunnen positef uitpakken voor het ene aspect en negatef voor het
andere aspect.
Keuzes met tegenstrijdige uitkomsten:
o Goedkope producten halen uit landen waar geproduceerd wordt met kinderarbeid.
o Langzamere mensen met een beperking in dienst nemen.
o Dure luchtilters installeren voor minder uitstoot en minder stankoverlast voor de
omwonenden.
o Er worden snellere machines aangeschaf, maar deze verbruiken wel meer stroom.
3
,Economische, sociale en ecologische aspecten van de bedrijfsvoering: MVO houdt in dat de
onderneming zich naast de economische aspecten van de bedrijfsvoering ook verantwoordelijk stelt
voor de sociale en ecologische aspecten van de bedrijfsvoering.
Economische aspecten: Winstgevendheid, groei, contnuïteit, arbeidsproductviteit
Sociale aspecten: Werknemers, omwonenden
Ecologische aspecten: De impact op het milieu, afvalscheiding, niet werken met gevaarlijke stofen
Het MVO gehalte binnen een organisate kan gemeten worden door middel van
duurzaamheidsindicatoren. Hierdoor krijgt een bedrijf een duidelijk beeld van de
duurzaamheidsprestates. Belangrijk hierbij is dat er met dezelfde maat wordt gemeten bijvoorbeeld
gemiddelde werktjden, aantal ongelukken op de werkvloer, aantal vergaderingen voor
belanghebbende, aantal kilo CO2 uitstoot.
Soms is het voor de ondernemer moeilijk om keuzes te maken om iedereen tevreden te stellen. Is
het bijvoorbeeld geaccepteerd om een invalide werknemer te ontslaan. Als je naar het economische
belang bekijkt is het slim om deze werknemer te ontslaan, maar voor het sociale aspect niet. Wat
vinden aandeelhouders en de andere werknemers hier bijvoorbeeld van?
4
,1.4 Achtergronden van het duurzaamheidsdenken
Mijlpalen in de ontstaansgeschiedenis van MVO:
1972: Bezorgdheid werd geuit over de vervuiling en uitputng van natuurlijke grondstofen
1987: De zorg werd geuit op basis van ecologie, sociale en economische aspecten
1997:Organisate opgericht die pleit voor duurzaamheidsrapportages
1997: Duurzame kapitalisme met respect voor People, Planet en Proft
2002: Cradle to Cradle: Afval als nieuwe grondstof
1.5 Ondernemerschap
Ondernemeschap: Het creëren, ontdekken en exploiteren van waardetoevoegende kansen
Creëren: van niets naar iets, cradle to cradle.
Ontdekken: Iets nieuws creëren uit de mogelijkheden die er al zijn, cradle to cradle: een feecetrui
maken uit het restproduct van frisdrankfessen.
Exploiteren: Het idee omzeten naar iets van waarde. CO2 moet teruggedrongen worden ->
zonnepanelen op daken van woning plaatsen.
Waarde toevoegen: Economisch, sociaal of ecologisch. Op de lange termijn van het bedrijf.
Kansen: Hierbij gaat het om het vermogen van een ondernemer om kansen aan te pakken en te
benuten.
1.6 Motivatie om te investeren in duurzaamheid
Een vaak gestelde vraag is waarom een onderneming aan MVO doet. In dit verband kan worden
gewezen op intrinsieke motvate versus extrinsieke motvate. De intrinsieke motvate komt vanuit
het bedrijf zelf de leider van het bedrijf kiest er zelf voor om aan MVO te doen, al dan niet in overleg
met de werknemers. De extrinsieke motvate komt vanuit de externe omgeving van het bedrijf. Een
of meerder stakeholders zeten het bedrijf ertoe om (meer) MVO gericht te opereren.
Hoofdstuk 2 overheidsinvloed op MVO-beleid
2.1 Onderlinge afhankelijkheid van overheid en bedrijfsleven
De overheid stmuleert en moedigt organisates aan om zicht op MVO te richten en consumenten
proberen te bewegen tot duurzamer aankopen en gedrag.
MVO levert een concurrentevoordeel op.
Overheidsmaatregelen: Het verbod op de gloeilamp
Welvarende en hoog ontwikkelde landen hebben een natonaal milieubeleid, sociaal beleid en een
beleid gericht op duurzame ontwikkelingen. In Nederland staat dit in artkel 21 van de grondwet.
Landen die minder ontwikkeld zijn en werken onder het moto eerst economische welvaart en dan
zien we verder.
Traditonele economieën gericht op economische groei ontwikkelen zicht steeds meer naar
duurzame economieën.
5
,2.2 Koersbepalende rol van de overheid
Brundtland-rapport:
Een ontwikkeling die tegemoetkomt aan de noden van het heden, zonder de mogelijkheden van
toekomstge generates om in hun behoefen te voorzien in het gedrang te brengen.
het Natonaal milieubeleidsplan (NMP1) bestaat uit 3 beleidslijnen:
Beleidslijn 1: Integraal ketenbeheer
o Besparing in het gebruik van maagdelijke grondstofen
o Gebruik van vernieuwbare grondstofen
o Gebruik van gerecyclede materialen
o Binnen de perken blijven met de hoeveelheid afval
Beleidslijn 2: Energie-extensivering
o Het verminderen van het energieverbruik uit eindige energiebronnen
o Het toenemend gebruiken van oneindige energiebronnen
o Het verminderen van de energiebehoefe
o Het efciënt gebruiken van energie
Beleidslijn 3: Kwaliteitsbevordering
o Verdubbeling van de tjd dat grondstofen, kapitaalgoederen en producten in de
economische producte- en consumptecyclus blijven
o Gebruikte producten als grondstof voor nieuwe producten gebruiken
Aandachtsgebieden voor duurzame ontwikkeling in het NMP1:
o Klimaatsverandering
o Verzuring van de atmosfeer
o Verdroging van oppervlakte en bodem
o Aantastng van biodiversiteit
o Verandering van stofringlopen
o Uitputng van grondstofronnen
o Uitputng van eindige energiebronnen
Aanvullende beleidslijnen in het NMP3 uit 1998:
o Efciënter gebruik van het milieu
6
, o Gericht gebruikmaken van wetenschap en technologie voor milieuvraagstukken
o Geven van een centrale posite aan de kwaliteit van de omgeving
o Vergroten van de integrate van het milieubeleid in de maatschappij
o Milieukosten meewegen in de prijzen van producten
o Verbeteren van de handhaving van milieuwet- en regelgeving
Actueel beleid: Gelijktjdig stmuleren van ecologische, economische en sociale aspecten
o Groene groei economie
o Energie besparen
o Energie winnen
o Duurzame gebiedsontwikkeling
o Duurzame bereikbaarheid
o Circulaire economie
o Ruimte en duurzaamheid
Industriële economie: Grondstofen winnen uit de aarde, bedrijven worden gestart voor de winst. Er
wordt niet gekeken naar de impact op de mens of het milieu. (negateve externaliteiten)
Restaurerende economie: Tegenovergestelde van de industriële economie. Kreten als afval is
voedsel, de zon levert grats en diversiteit is de norm passen hier goed bij. (Positeve externaliteiten)
2.3 Functies van de overheid in MVO
Wet- en regelgeving word gebruikt om MVO te stmuleren. De overheid kan stmuleren doormiddel
van subsidies te gegeven en strafen doormiddel van boetes.
2.4 Verwevenheid van economieën
Oplossingen duurzaamheidsprobleem:
o Het aantal mensen op aarde verlagen en de consumpte van mensen verlagen
o De technologie waarmee we welvaart creëren fundamenteel aan te passen
7
, 2.5 Convenanten en gedragscodes
Convenant: Vrijwillige gedragsovereenkomst tussen de overheid en een aantal bedrijven, waarin zij
overeenkomen dat de bedrijven een aantal gedragsregels na zullen leven en de overheid hen daarin
zal faciliteren.
Gedragscode: Vrijwillig en zelfstandig duurzaam gedrag van een bedrijf, waarbij de overheid geen
noodzakelijke ondersteuner is zoals bij het convenant.
2.6 Publiek-private samenwerking
De publiek-private samenwerking is een samenwerking waarbij overheid, proft en non-proft
organisates, en MVO-promotende organisates partnerschappen aangaan.
MVO koploper: Wil innoveren in MVO, veel MVO kennis, zijn realistsch
MVO achterblijvers: Geen interesse in MVO, risicomijdend, gericht op korte termijn succes
Diverse rollen voor MVO promotende organisates:
Beschermer: Samenwerking, publiek-privaat, WNF en MVO Nederland
Protesteerder: Geen samenwerking, wil onafankelijk zijn, protesteert, Greenpeace
Veranderaars: Geen samenwerking, wil onafankelijk zijn, protesteert d.m.v. alternateven Friends of
the Earth
Onderzoekers: Geen samenwerking, wil onafankelijk zijn, voert acte d.m.v. onderzoek, Human
Rights Watch
Hoofdstuk 3 MVO-beleid op stakeholders afstemmen
3.1 De organisatie en haar omgeving
Een onderneming maakt deel uit van een omgeving
Omgeving: het geheel van partjen rondom de onderneming en het geheel van situates die ontstaan
met deze partjen en die invloed uitoefenen op de onderneming.
Stakeholder: een groep of individu met een bepaald belang in een organisate die invloed kan
uitoefenen of beïnvloedt kan worden door het functoneren van de organisate.
8
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Dirk31. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.35. You're not tied to anything after your purchase.