Schuld = een verbintenis die door de schuldenaar niet of nog niet is nagekomen.
Schuldenaar = iemand die schulden heeft
Openstaande schuld = we hebben iets afgesproken, maar het is nog niet
geregeld.
Een verantwoording = schuldeiser zegt dat je nog iets moet aan hem en je dit
niet wil geven. Hij schakelt een tussenpersoon in (rechter)
Hoofdstuk 2: schulden uit overeenkomsten – een
situering
1. contract
Verbintenis = een juridische relatie om iets te doen, te geven, te laten. (vb.
huwelijk)
Contract = een overeenkomst waarbij een of meer personen zich jegens een of
meer andere verbinden iets te geven, te doen of niet te doen.
= op soevereine manier, dus enkel de rechter kan beslissen of je het met
volle wil deed.
2. overeenkomsten
Overeenkomst = samentrekken van de wil van de partijen
Vb. huwelijk = zowel verbintenis, als contract, als overeenkomst
Eenzijdige overeenkomst = wanneer slechts een der partijen rechten
verkrijgt vb. adoptie, eovrkenning kind
Wederkerige overeenkomst = wanneer het voor beide partijen een
schuld, respectievelijk een schuldvordering doet ontstaan, wijzigt of teniet
doen Vb koop-verkoop
,Schuldvordering = laten weten dat de andere partij schuld aan jou heeft (vb.
brief/email)
3. Contractuele aansprakelijkheid
= wie zich niet of slecht aan de afspraken houdt, kan hierop worden
aangesproken of afgerekend
La convention fait la loi des parties = “alle overeenkomsten die wettig zijn
aangegaan, strekken degenen die deze hebben aangegaan, tot wet.
= wat je hebt afgesproken, moet je doen. Het is zo’n sterk verbond dat niemand
daar iets tegen kan inbrengen.
! wanneer iemand de verbintenis niet nakomt, kan de schuldeiser een
schadevergoeding vragen.
! als ik iemand moet betalen kan de schuldeiser een schadevergoeding vragen =
wettelijke intrest
ENAC = als ik iets beloof en ik doe dit niet, mag de andere zeggen dat hij dat ook
niet doet (vb. huisbaas herstelt kapot dak niet, huurder kan een stuk van de huur
achterhouden tot het dak weer gemaakt is.)
4. Bewijs van overeenkomsten
Alles wat in een overeenkomst besproken wordt moet op papier gezet worden.
Wanneer dit niet gedaan wordt en een van de 2 partijen komt de overeenkomst
niet na, heeft de andere partij geen bewijs van de overeenkomst.
5. Het schriftelijk bewijs van overeenkomsten
Getuige = ik was erbij en heb het gezien = in recht heel belangrijk
Bij bedragen van minder dan 375 euro is een getuige een geldig bewijs om
dit geld van de andere partij af te dwingen.
Is dit bedrag meer als 375 euro moet dit op papier staan, want dan geldt
een getuige niet. Op papier gezet door NOTARIS!!! Als dit niet op
papier staat moet de andere partij dit geld niet terugbetalen.
Bewijsrecht zie schema cursus p 9 -12
Geldige handtekening=
, Voornaam mag gedeeltelijk of zelfs niet
Naam mag gedeeltelijk
Paraaf = niet voldoende
! mail kan ook bewijs zijn
! de taal van een contract niet kennen is geen excuus om je niet aan de regels te
houden
Schuldbekentenis = ik zeg een schuld te hebben bij iemand
Hoofdstuk 3: schulden uit “verbintenissen buiten
overeenkomst”
= vb. je doet per ongeluk iets kapot in een winkel
Je hebt niets afgesproken
1. Oneigenlijke contracten:
= vrijwillige daden van de mens, waaruit een verbintenis ontstaat jegens een
derde, soms een wederzijdse verbintenis.
a) Zaakwaarneming:
= je zorgt voor iets van iemand anders, wanneer die afwezig is. Vb
babystitten
b) Onverschuldigde betaling:
Voorwaarden:
Er is betaling geweest of er moet minstens een materiele daad geweest
zijn die nog betaald moet worden
Betaling is niet verschuldigd = had niet moeten gebeuren
Diegene die betaalde moet de bedoeling gehad hebben een verschuldigde
betaling te doen
Kan niet teruggevorderd worden
c) Verrijking zonder oorzaak
= iemand is verarmt en iemand is verrijkt, maar er is geen oorzaak .vb
renovaties in het huis van een vriend
Kan teruggevraagd worden aan rechter
Lastgeving = je geeft op voorhand een last aan iemand. Vb je neemt een
advocaat, je geeft hem dus een last
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mariekebeyens01. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.47. You're not tied to anything after your purchase.