100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Interactief recht II antwoorden (Schutgens) $3.21   Add to cart

Answers

Interactief recht II antwoorden (Schutgens)

1 review
 55 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Vragen en antwoorden Interactief Recht (Schutgens), Radboud Universiteit, Bestuurskunde en Politicologie jaar 1

Preview 2 out of 7  pages

  • January 20, 2019
  • 7
  • 2018/2019
  • Answers
  • Unknown

1  review

review-writer-avatar

By: mwvheumen • 5 year ago

avatar-seller
INTERACTIEF HOORCOLLEGE II

Vraag 1
Welke stelling is juist?
a. De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) is een verdrag tussen staten
en daarom juridisch bindend.
b. De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) is een resolute van de
Veiligheidsraad en daarom juridisch bindend.
c. De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) is een resolute van de
Veiligheidsraad en daarom juridisch niet bindend.
d. De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) is een resolute van de Algemene
Vergadering en daarom juridisch bindend.
e. De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) is een resolute van de Algemene
Vergadering en daarom juridisch niet bindend.

Wel verbindend is bijv. EVRM.

Vraag 2
Zie art. 7 Gw (Grondwet). Wat is juist?
a. Dit is een absoluut grondrecht
b. Dit is een sociaal grondrecht (hulpbiedingverplichtng)
c. Dit is een klassiek vrijheidsrecht (onthoudingsverplichtng)= relatee grondrecht
d. Dit is een gelijkheidsrecht

Vraag 3
Frits krijgt een bijstandsuitkering van 700 euro per maand. Hij kan daar niet van rond komen; hij
heef zeker 125 euro per maand meer nodig voor een behoorlijk bestaan. Het bedrag van €g 700 is
echter vastgelegd in de (parlementaire) wet in eormele zin.

a. Kan Frits met succes een beroep doen op artkel 20 lid 1 van de Grondwet om bij de rechter een
hogere bijstandsuitkering van de overheid ae te dwingen?

I. Nee, art. 120 Gw staat daaraan in de weg.
II. Nee, art. 20 lid 1 Gw is geen een ieder verbindende bepaling.
III. Ja, grondrechten zijn in vertcale relates altjd inroepbaar voor de burger.
IV. Ja, weliswaar kan de rechter de wet niet rechtstreeks aan art. 20 Gw toetsen, maar dat
kan wel door een verband te leggen met Frits’ recht op lichamelijke integriteit, art. 11
Gw.

Stel, anders dan voorheen, het bedrag van €g 700 bijstand per maand staat niet in de (parlementaire)
eormele wet, maar wordt vastgesteld bij AMvB (Algemene Maatregel van Bestuur). De Bijstandswet
bevat wel een bepaling die zegt dat een ieder recht heef op bijstand, maar zij bepaalt tevens dat de
hoogte van het bedrag van die bestand bij AMvB wordt vastgesteld.

b. Zijn de volgende stellingen juist oe onjuist?

I. De betrefende AMvB is een zelestandige AMvB in de zin van art. 89 Gw.
Onjuist
II. De betrefende AMvB is vastgesteld door de minister.
Onjuist, want gevormd door koning en ministers.
III. De betrefende AMvB mag wél worden getoetst aan art. 20 lid 1 Gw.

, Juist (alleen eormele wet kan niet worden getoetst)
IV. De betrefende AMvB mag worden getoetst aan art. 12 ESH (Europees Sociaal Handvest).
Onjuist, omdat deze verdragsbepaling niet een ieder verbindend is, want het is een sociaal
grondrecht.

Art. 12 ESH luidt als volgt:
Ten einde de onbelemmerde uitoeeening van het recht op sociale zekerheid te waarborgen,
verplichten de Overeenkomstsluitende Partjen zich :
1. een stelsel van sociale zekerheid in te voeren oe in stand te houden;
2. het stelsel van sociale zekerheid te houden op een bevredigend peil (…)



Vraag 4
Welk van de volgende mensenrechtenverdragen heef de meest verstrekkende invloed gehad op het
geldende recht in Nederland?
a. Het EVRM
b. Het ESH (Europees Sociaal Handvest) (veel sociale grondrechten)
c. De UVRM (geen rechtskracht)
d. Het handvest van de grondrechten van de Europese Unie (gedateerd)

Vraag 5
Welke bewering over de beperkingssystematek van de grondwetelijke grondrechten is juist?
a. Zonder betrokkenheid van de eormele wetgever is beperking van een grondrecht uit de
Nederlandse Grondwet zelden mogelijk. Zie artkel 10
b. De Nederlandse Grondwet bevat geen absolute grondrechten. (wel bijv. artkel 114 verbod op de
doodstrae)
c. De beperkingssystematek van de grondwetelijke grondrechten bevat meer inhoudelijke normen
dan de beperkingssystematek van de grondrechten in het EVRM. (het is juist andersom)
d. In horizontale verhoudingen geldt een strikte beperkingssystematek (juist niet, want de rechter
weegt hier juist ae); in vertcale verhoudingen komt het aan op een aeweging van belangen door de
rechter. (bij vertcale verhoudingen is juist een strikte beperkingssystematek)

Vraag 6
Uit het arrest over de Turkse werkneemster blijkt:
a. Dat de Hoge Raad soms positeve verplichtngen (hulp van de overheid om een klassiek grondrecht
mogelijk te maken) leest in de godsdienstvrijheid.
b. Dat aan de godsdienstvrijheid horizontale werking toekomt in arbeidsverhoudingen.
c. Dat de Hoge Raad de godsdienstvrijheid ziet als een sociaal grondrecht.
D. Dat in arbeidsverhoudingen de contractsvrijheid duidelijk prevaleert boven de godsdienstvrijheid

Vraag 7
Wat is de Algemene wet gelijke behandeling?
a. Een wet die het gelijkheidsbeginsel in veel gevallen van horizontale werking geef.
b. Een wet die het gelijkheidsbeginsel in veel gevallen van vertcale werking geef.
c. Een wet die strekte tot ophefng van de verschillen tussen homo- en heterohuwelijk.
d. Een wet die regelt wanneer de overheid burgers gelijk moet behandelen, en die enkele strikt
geeormuleerde uitzonderingen op dat beginsel geef.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pvlooveren. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (1)
  Add to cart