Interactief recht I antwoorden (Schutgens), Inleiding Recht en Bestuursrecht, vragen en antwoorden, Bestuurskunde en Politicologie jaar 1, Radboud Universiteit
NB Bestudeer svp de per college opgegeven stof uit het boek; hoorcollegeaantekeningen alléén
zullen niet volstaan om alle vragen te kunnen beantwoorden.
1. Tussen recht enerzijds, en moraal/fatsoen/religie anderzijds bestaat een essentile
overeenkomst en een essenteel verschil. Wat is juist?
a. In beide gevallen gaat het om normateve kennisgebieden, de wijze waarop het individu
daaraan is gebonden verschilt.
Dit zijn normateve kennisgebieden omdat ze voorschrijven hoe je je zou moeten gedragen.
Ze schrijven normen voor. Recht is afdwingbaar en het moraal is dat niet.
2. Een veelgehoord bezwaar tegen het natuurrecht is dat een ruimhartge aanvaarding en een
frequente toepassing van natuurrechtelijke regels de scheiding tussen recht en moraal op losse
schroeven zet. Verklaar waarom.
Het risico als natuurrecht ruimhartg zou worden aanvaard dan zouden recht en moraal door elkaar
gaan lopen. Morele overtuigingen horen niet bij natuurrecht.
3. Welke uitspraak over het natuurrecht is juist?
a. Het natuurrecht geef, anders dan het positeve recht, een inhoudelijk criterium om de
geldigheid van het recht aan te toetsen.
Het is een extra toetsingskader waaraan het positeve recht getoetst kan worden. Het
Unierecht stat niet boven het natuurrecht, omdat dat een soort morele notes zijn hoe we
ons moeten gedragen en deze staan boven alles.
4. Wat is het duidelijkste voorbeeld van een natuurrechtelijke uitspraak?
e. Onteigening van de bezitngen van een groep burgers omdat zij tot een bepaald ras
behoren is altjd ongeldig, wat de wet daar ook over zegt. Het is in alle omstandigheden
in strijd met de menselijke waardigheid.
Boven het positeve naterecht kwam het natuurrecht te staan.
5. a. Tot 1963 omschreef de Wet op de Rechterlijke Organisate de taak van onze hoogste
rechter, de Hoge Raad, als volgt:
“De Hoge Raad vernietgg handelingen, arresgen, vonnissen en beschikkingen:
(…)
(b) wegens schending van de weg (…)”
In 1963 werd die bepaling gewijzigd. Sindsdien luidt zij:
“De Hoge Raad vernietgg handelingen, arresgen, vonnissen en beschikkingen:
(…)
(b) wegens schending van heg rechg (…)”
, Leg nauwkeurig uit, in welk opzicht de bevoegdheid van de Hoge Raad door deze
wetswijziging is veranderd.
Onder recht vallen ook alle ongeschreven rechtsbronnen (jurisprudente en gewoonterecht).
6. Geef aan of er sprake is van privaat- of publiekrechtelijk handelen.
De gemeente Nijmegen:
a. onteigent een strook akkerland ter verbreding van een daaraan gelegen weg;
Publiek, want het is iets wat alleen kan gebeuren tussen de burger en de overheid.
b. verleent discotheekhouder A. voor Koninginnedag toestemming om op zijn eigen
parkeerterrein tot twee uur ‘s nachts luide muziek te draaien;
Publiek: burger-overheid, want gaat om een vergunning.
c. verhoogt het tarief van de hondenbelastng.
Publiek
d. verpacht een perceel bosgrond aan de gemeente Groesbeek;
Privaat, want burger kan ook grond verpachten
LET BIJ DEZE VRAGEN OP ACTOREN (BURGER-BURGER, BURGER-OVERHEID, OVERHEID-OVERHEID)
EN OF HET OOK TUSSEN BURGERS KAN (ZIE D)
7. Van welk type overheidstaak in de zin van Montesquieus Trias politca is bij de onderstaande
overheidshandelingen sprake?
a. Het verhogen van de BTW op de toegangskaartjes voor klassieke concerten.
Wetgevende macht, omdat de overheid de BTW tarieven vaststelt met een wet
b. Het vaststellen van een aanslag van de inkomstenbelastng.
Bestuurlijke macht/ uitvoerende macht, belastngaanslag wordt hiermee uitgevoerd. Dit is
een beschikking.
c. De aanleg van een dijk.
Uitvoerende macht
d. De benoeming van een rechter.
Uitvoerende macht, want deze wordt niet democratsch gekozen, is een koninklijk besluit.
Benoemen is altjd uitvoerend!
e. Het afwijzen van een vordering tot schadevergoeding voor een aanrijding.
Rechtelijke macht
8. In de Nederlandse Grondwet is geen volledige machtenscheiding doorgevoerd. Hieronder
worden een aantal rechgmatge, in Nederland vaak voorkomende overheidshandelingen
genoemd. In welke gevallen is er geen sprake van zuivere machtenscheiding?
a. Het weigeren van een demonstratevergunning door de burgemeester van Leeuwarden aan
de vereniging “Voor zinvol straatgeweld”.
Wel machtenscheiding, omdat burgemeester uitvoerende macht heef en hij doet een beschikking,
wat ook uitvoerend is.
b. Een besluit van de regering om een rookverbod in horecagelegenheden in te stellen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller pvlooveren. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.