Hier staan alle hoorcolleges van BS7 en BS8 in. Zo hoef je de hoorcolleges niet meer zelf te kijken. Alles is bijna letterlijk overgenomen van de docent. En dan overzichtelijk neer gezet, zodat het makkelijk te leren is.
Hoorcollege 7.1 ethiek en moreel beraad.......................................................................................................................1
Hoorcollege 7.2 VTV: Oedeem en compressietherapie...................................................................................................4
Hoorcollege 7.3 wet- en regelgeving rondom aansprakelijkheid van zorgverleners.......................................................9
Hoorcollege 7.4 VTV: uitzuigen/verzorgen Tracheostoma............................................................................................13
Hoorcollege 7.5 zingeving en levensbeschouwing........................................................................................................16
Hoorcollege 7.6 VTV: voedingssondes (voorbereidingsclips)........................................................................................20
Deel 1 soorten sondes, materiaal en indicaties.........................................................................................................20
Deel 2 inbrengen neus-maagsonde, vpk aandachtspunten en contra-indicaties......................................................20
Deel 3 complicaties....................................................................................................................................................20
Deel 4 bijzondere situaties en verwijderen van neus-maagsonde.............................................................................21
Hoorcollege 7.7 onderzoek en epidemiologie...............................................................................................................22
Hoorcollege 8.1 ondersteuningsbehoefte en benaderingswijzen.................................................................................27
Hoorcollege 8.2 VTV infuustherapie..............................................................................................................................30
Deel 1 indicaties en contra indicaties........................................................................................................................30
Deel 2 verrichting......................................................................................................................................................30
Deel 3 aandachtspunten en complicaties..................................................................................................................31
Deel 4 bijzondere situaties en weetjes......................................................................................................................31
Deel 5 isotoon, hypertoon en hypotoon....................................................................................................................33
Hoorcollege 8.3 ontwikkelingspsychologie t.a.v. mensen met een verstandelijke beperking.......................................34
Hoorcollege 8.4 kwaliteit van zorg en wetgeving..........................................................................................................40
Hoorcollege 8.5 multidisciplinair samenwerken en continuïteit van zorg.....................................................................45
Clip 1: multidisciplinair samenwerken en continuïteit van zorg................................................................................45
Clip 2 vastlegging en overdracht................................................................................................................................46
Clip 3: teamrollen (van belbin)..................................................................................................................................47
Hoorcollege 8.6 VTV blaaskatheterisatie.......................................................................................................................48
Hoorcollege 7.1 ethiek en moreel beraad
Wat is ethiek?
Je neemt als professional in je werk verschillende houdingen aan. De houding die je aanneemt hangt af van welke
vragen je stelt. Ethiek is ook zo’n ‘houding’
Feitelijke vragen:
- In welk lokaal hebben we vandaag les?
- Hoe vaak mag ik een opdracht herkansen?
Juridische vragen:
- Mag ik delen van een verslag gebruiken voor mijn eigen product als ik het verslag legaal online gekocht heb?
Ethische vragen:
- Mag ik de les missen zonder me af te melden als er geen aanwezigheidsplicht is?
- Moet ik mijn docent informeren als ik vind dat iemand uit mijn groepje zich niet aan de afspraken houdt van
de groepsopdracht?
Wat is het goede om te doen?
Dat vragen we ons af. Dit heeft te maken met onze normen en waarde
- CanMeds-rollen
, - Beroepscode van verpleegkundige en verzorgende
o In relatie tot beroepsuitoefening
Hoe verhoud ik mij tot een patiënt. Welke normen zijn nodig om goede zorg te verlenen?
Respect tonen
Empathisch zijn
o In relatie tot de zorgvrager
Hoe houd je je tot de patiënt?
Hoeveel afstand houd je?
o In relatie tot de samenwerkingspartners
Hoe praat je over je collega’s
o In relatie tot de samenleving
Kan je wel beelden laten zien op tiktok
Hoe praat je met familie over die casus
Niet of wel meegaan met de wensen van de patiënt?
- Waardenconflict
Definitie van Waarden en Normen: waarden gaan over wat je
belangrijk vind, normen over wat je moet doen. Normen is een
gedrags
Waarden:
- Het ideaalbeeld
- Waarden kun je ‘nastreven’
- Algemene termen
- Wat is belangrijk?
Normen:
- Gericht op gedragsregels
- Normen kun je ‘naleven’
- Concrete handeling
- Wat moet ik doen?
Moreel dilemma: als verschillende waarden en/of normen met elkaar botsen
Kenmerken?
1. Er zelf over nadenken helpt je vaak niet verder: je hebt er last van
2. Er moet gekozen worden terwijl beide opties nadelen hebben
3. Beide keuzen doen recht aan een waarde/norm die je belangrijk vind
4. Normen en waarden zijn in het geding: kies je voor het een dan kun het in conflict komen met het ander
Je kan ook in conflict komen met dezelfde waarde, maar verschillende normen. Verschil in het vinden wat respect is
Wat helpt bij een moreel dilemma? Moreel beraad!
Definitie: ‘een gezamenlijke, gestructureerd onderzoeksgesprek over een professionele, morele kwestie’
Redenen om je gezamenlijk te beraden
- Je bent onzeker over de situatie
- Zoveel mogelijk benodigde kennis op 1 plek
- Je weet niet wat je niet weet, daar heb je anderen voor nodig
- Gezamenlijke besluitvorming
Een aantal kenmerken van een moreel beraad:
- Methodisch spreken over goede zorg in deze
specifieke casus
- Reflectie
- Op basis van je eigen ervaring
- Uitstellen van je oordeel !
- Feiten worden besproken, geen aannames
- Groepsonderzoek en niet individu ‘helpen ‘
- Per definitie niet hiërarchisch
- Dialoog/onderzoek in plaats van discussie !
- Proces en product gericht
,Stromingen:
Richt zich op Termen Motto keerzijde
Deugdethiek De eigenschappen Deugd, praktijk, juiste De juiste persoon Een deugd die
die nodig zijn om houding op de juiste plek doorslaat
iets goed te doen
vanuit jouw
professie. Zoals….
Plichtethiek De regel, handelt Deontologie, waarde, Ongeacht de Je ‘moet’ iets ten
vanuit een norm, regel, principe gevolgen kies is dit! koste van al het
wetmatigheid. Het andere
kan als een plicht
voelen om…
Gevolgenethiek De gevolgen en het Utilisme, Het gaat er niet om Gevolgen zijn lastig
nut van het nutsmaximalisatie wat ‘moet’ of ‘altijd in te schatten
handelen. wat is het doet’
gevolg als je….
Zorgethiek De relatie tussen Zorg, De zorgrelatie staat Betrokkenheid is
betrokken mensen. contextgebondenheid, centraal een slechte
Wat is de zorgvraag wederkerigheid raadgever
precies?
Samengevat:
- De ‘waarheid’ bestaat niet bij ethiek
- Ethiek/moreel beraad toepassen helpt om snellere en betere keuzes te maken
- Ethische stromingen kunnen helpen bij het beargumenteren van je keuze bij een dilemma
- Pas de theorie toe in de casus van dhr. De Bruin
, Hoorcollege 7.2 VTV: Oedeem en compressietherapie
Doel: het is belangrijk dat mensen vooral uit vocht bestaan. Voor vrouwen tot 60% en mannen 65%. Veel meer dan
die 5 liter waarvan we van spreken wat in je bloedvaten zit. Het zit vooral in je cellen. In de hersenen is 83 % en ogen
bestaan zelfs voor 95% uit water. Als je 2% vocht afname hebt dan krijg je een dorstprikkel. Van 4% dan flauwte. Bij
7% orgaanschade en bij 10% acute dood optreden. Vocht is belangrijk
Normale vochtinput en vochtoutput
Waar bevindt zich vocht in het lichaam?
- 100% lichaamsvocht
o 64% intracellulaire vocht = in lichaamscellen
o 36% extracellulaire vocht = buiten lichaamscellen
75% Interstitieel vocht = rond de lichaamscellen
25% Plasma = in de bloedvaten
Vocht moet altijd circuleren, anders is het een probleem = oedeem. Cellen moeten gevoed worden
- Relatieve verplaatsing van vloeistoffen: tussen intracellulaire en extracellulaire compartiment
Kan je beïnvloeden met druk van buiten
- Absolute verplaatsing van vloeistoffen: tussen het extracellulaire compartiment en buiten het lichaam (bv.
Infuus)
Het aderstelsel is verantwoordelijk om bloed terug te halen naar het hart. (Blauw). 3 systemen in het lichaam om
ervor te zorgen dat het terug komt
- klepjes in de aderen> als het hart aanzuigt gaan die klepjes openstaan. Als die aan het pompen is sluiten ze
zodat het niet terugzakt. (Aanzuigende werking kan het hart niet alleen en heeft die die klepjes voor nodig)
- Spierpomp fucntie: als je beweegt en je spieren in en uit gaan zorgt dat de vaatjes die ertussen zitten
samengeknepen worden en het naar boven geperst. (vocht vast houden als je weinig beweegt)
- Lymfevatenstelsel: een afvoerend stelsel. Zorgt er voor dat overtollig vocht in lymfehaarvaten word
opgenomen. en word via groteren lymfevaten naar lymfeknopen en lymfeklieren word getransporteerd. Hier
word het gefilterd en gaat via de borstbuis terug de bloedbaan in.
Rechter borstbuis: alleen voor de rechter bovenkant om af te voeren
Borstbuis: linkerkant en ook beide onderkanten
- Wat is oedeem? Ophoping van vocht in extracellulaire ruimte omdat de boedbaan/lymfevaten niet in staat
zijn om het af te voeren
- Waar kan het zich vormen? Heel het lichaam in principe, maar het meest in:
Onderste extremiteiten (benen)
Bovenste extremiteiten (armen) verwijderen lymfeklier in de oksel bij bijvoorbeeld borstkanker
Longen
Buikholte (ascitesvocht) veel bij patiënten met kanker in de alvleesklier of geslachtsdelen van de vrouw. Als dat in
het buikvlies komt. Kan dat ervoor zorgen dat het vocht niet meer weg
- Wat zijn oorzaken van oedeem?
o Insufficiëntie van het aderstelsel
o Insufficiëntie van het lymfevatenstelsel
o Hartfalen (verminderde pompfunctie (zuigfunctie) van het hart)
o Tekort aan eiwitten als gevolg van ondervoeding, nier en/of leverfalen (verstoorde
elektrolytenhuishouding) -> kindjes met dikke buik
Compressietherapie: kan alleen bij perifeer oedeem (in de ledematen) andere vormen moet met diuretica en/of
drainage
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller SophiedeGraaf1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.30. You're not tied to anything after your purchase.