Deze samenvatting bevat alle informatie die nodig is voor het tentamen Gerontologie. Alle bijeenkomsten zijn samengevat (1. demografie van de ouderen, 2. biologische, anatomische en fysiologische veranderingen en fysieke testen bij ouderen, 3. theorieën van veroudering en criteria voor het bepalen...
Casus
De Heer Mantou is een 72 jarige man met een Joods/Indische achtergrond. Meneer heef
een lengte van 1 m 76 en een gewicht van 55 kilo.
Hij is weduwnaar en woont in een aanleunwoning. In verband met een onstabiele angina
pectoris bij coronair lijden, heef meneer zes maanden geleden een bypassoperate
ondergaan. Sindsdien is zijn actviteitenniveau laag. De persoonlijke verzorging gaat
grotendeels zelfstandig. Hij krijgt alleen hulp bij het afdrogen van de voeten en het
aantrekken van steunkousen. Meneer heef wondjes aan de tenen. Voor hulp heef meneer
Mantou een zogenaamd “persoonsgebonden budget”.
De wijkverpleegkundige komt nog elke week om de wondjes te verzorgen. Bovendien
constateert zij dat meneer een vocht tekort heef.
Meneer loopt alleen binnenshuis, buitenshuis gebruikt hij een scootmobiel. Het huishouden
wordt geheel door de huishoudelijke hulp gedaan, ook omdat meneer last heef van artrose
in de knieën, de heupen en de cervicale wervelkolom.
Een jaar geleden is meneer gestruikeld in huis en heef daarbij zijn radius gebroken.
Sindsdien slikt mijnheer calcium en vitamine D op advies van de behandelend arts. Mijnheer
slikt op advies van zijn kinderen visolie en multivitaminen. I.v.m. verminderde mobiliteit eet
mijnheer drie keer per week kant en klaar maaltjden die in de magnetrons opgewarmd
worden. Eén keer per week kookt zijn dochter voor twee dagen echt Indisch. De overige
dagen eet hij in het verzorgingshuis.
Autorijden is afgeraden door de cardioloog. Hierdoor is meneer afankelijk van vrienden en
kennissen voor de boodschappen en sociale actviteiten.
Meneer speelt graag bingo op de woensdagmiddag in het buurtclubhuis.
Na de laatste ziekenhuisopname heef er drie maanden revalidate plaats gevonden. De
laatste tjd heef meneer last van ademhalingsproblemen en is om deze reden bij de
longspecialist geweest. Deze stelde een verminderde longfuncte vast en adviseerde om zijn
belastbaarheid te vergroten.
De cardioloog en longspecialist geven beiden aan dat meneer mag trainen zonder verdere
beperkingen. De gebruikte medicate is niet van invloed op de hartreeuente.
Meneer Mantou heef moeite om dingen te onthouden. Tevens voelt meneer Mantou zich
met regelmaat depressief.
,Bijeenkomst 1, Demografe van de ouderen
Veroudering
= met de tjd toenemende optreden van ogenschijnlijk spontane irreversibele veranderingen.
Gerontologie
= wetenschap die zich bezighoudt met veroudering.
Geriatrie
= geneeskunde die zich richt op prevente, diagnostek en behandeling van ziekten die wat
betref hun oorzaak samenhangen met veroudering of in sterke mate worden beïnvloed
door veroudering.
Demografe
= de studie van de omvang, de structuur en de spreiding van de bevolking, en hoe de
bevolking in tjd verandert door geboorten, sterfgevallen, migrate en veroudering.
Opdracht
• Zoek op vanaf welke leefijd men spreekt over ouderen en vanaf welke leefijd over
zeer ouderen.
• Zoek cijfers over de samenstelling van de Nederlandse bevolking en veranderingen in
deze samenstelling in de laatste decennia. Zoek ook naar verwachtngen over de
toekomst. Zoek wat de oorzaken van deze veranderingen zijn.
• Welke subdoelgroepen zou je kunnen onderscheiden binnen de groep de oudere
volwassenen?
• Zoek op wat de beweegnormen voor ouderen zijn en zoek tevens op hoeveel
ouderen aan de beweegnormen voldoen
• Wat zijn de meest voortkomende aandoeningen op oudere leefijd?
Geen scherpe grens voor oud!
• 55+
• meestal pensioenleefijd was 65 gaat naar 67 en drie maanden
• 85+ de “oldest old”
Vergrijzing
= de toename van het aandeel ouderen (65+) in de totale bevolking
Dubbele vergrijzing
= binnen de groep 65iplussers neemt het deel 80iplussers toe.
,Oorzaken vergrijzing
geboorteiontwikkelingen in het verleden:
= de babyboomgenerate van 1946i1970 begint
sinds 2011 de leefijd van 65 jaar te passeren.
de toename van de levensverwachtng
= toename van het aantal ouderen.
2017: Levensverwachtng voor mannen is 80.1 en voor vrouwen 83,3.
De resterende levensverwachtng op 65ijarige leefijd was 19,0 jaar voor mannen en 21,5
voor vrouwen.
De levensverwachtng stjgt van 81,5 jaar in 2015 naar bijna 86 jaar in 2040.
De kans om heel oud te worden neemt fink toe.
Het aantal mensen van 100 jaar en ouder zal tussen nu en 2040 bijna verviervoudigen.
De levensverwachtng in goede ervaren gezondheid neemt tot 2040 ongeveer even veel toe
als de totale levensverwachtng.
We krijgen er nauwelijks jaren zonder chronische aandoeningen bij, maar wel vijf jaren
zonder beperkingen.
In 2040 hebben we op 65ijarige leefijd nog 14 jaar in goede ervaren gezondheid in het
vooruitzicht en 16 jaar zonder beperkingen.
Gezonde levensverwachtng
= het gemiddeld aantal levensjaren dat mensen zouden mogen verwachten in goede
gezondheid door te brengen
(onder de voorwaarde dat in de toekomst de huidige kansen op sterfe en ongezondheidd op
elke leefijd constant blijven)
• In 2017 leefden vrouwen 3,3 jaar langer dan mannen (= hogere levensverwachtng).
• Maar …. de jaren die vrouwen langer leven dan mannen, leven ze over het algemeen
in minder goede gezondheid.
Vrouwen leven 0,3 jaar korter in goede geestelijke gezondheid en tot 6,2 jaar
korter zonder chronische ziekten.
,Levensverwachtng en SES
• Hoogopgeleide mannen leven 6,5 jaar langer dan laagopgeleide mannen,
hoogopgeleide vrouwen 5,4 jaar langer dan laagopgeleide vrouwen.
Een verschil van gemiddeld 6 jaar in levensverwachtng. Tussen hoogi en
laagopgeleiden is groot. Het verschil is zelfs groter dan het verschil in
levensverwachtng tussen mannen en vrouwen. Hoe hoger de opleiding hoe
hoger de levensverwachtng
• Naarmate het opleidingsniveau hoger is, stjgt de levensverwachtng, zowel bij
mannen als vrouwen. Het is dus niet alleen de groep met het laagste
opleidingsniveau die een lagere levensverwachtng heef. ok de midden categorie
heef een lagere levensverwachtng dan de hoogst opgeleiden.
Grijze druk
= de verhouding aan tussen het aantal 65iplussers (toekomst 67) en de potentële
beroepsbevolking (20i64 jarigen).
• Het geef inzicht in de verhouding ouderen en potenteel werkende deel van de
bevolking, die de lasten van de vergrijzing moet opvangen.
In 2012 zijn er nog vier potenteee werkenden op eeke oudere, in 2040 is dit afgenomen naar
twee potenteee werkenden voor iedere 65 peusser. Na 2040 beijf de grijze druk stabiee.
Tussen 1970 en 2013 daalde het aandeel 0i19ijarigen
van 36% naar 23%. Het aandeel ouderen (65iplussers)
steeg juist; van 10% in 1970 naar 17% in 2013.
Ervaren gezondheid neemt af:
• ca. 55% van de 75+ ervaart zich gezond
ca. 85% bij de jong volwassenen
• 2/3 75+ heef een lichamelijke beperking
1/3 jong volwassene heef een lichamelijke beperking
• 34,2% van de 65+ (in 2006) heef een motorische beperking
tegen 6,8% van de 20i64 jarige.
,Kosten van de zorg tussen 1999 en 2011 ongeveer verdubbeld
De kosten van de zorg en welzijn in Nederland zijn gestegen van bijna 44 miljard euro in
1999 naar 89 miljard euro in 2011.
Dit komt overeen met een gemiddelde jaarlijkse stjging van ruim 6%.
(Deze groei is voor 18% te verklaren door de demografsche ontwikkelingen, 35% door
prijsstjgingen en de overige 47% is toe te schrijven aan een complex van oorzaken als
verruimde indicates, groei van het aantal patënten, intensievere behandelingen en de inzet
van nieuwe medische technologie.)
Leefsituate
2008: 50+ 37% woont alleen
50i55 jaar 24% woont alleen
80i85 jaar 63% woont alleen
Eén van de belangrijkste gevolgen van veroudering en geriatrische aandoeningen is het
ontstaan van beperkingen (ICF)
Drie perspecteven ICF
1) Anatomische eigenschappen
Stoornissen zijn afwijkingen in of verlies van functes of anatomische eigenschappen.
2) Menselijk handelen
Beperkingen zijn moeilijkheden/problemen die iemand heef met het uitvoeren van
actviteiten.
3) Deelname aan het maatschappelijk leven
Partcipateproblemen zijn problemen die iemand heef met het deelnemen aan het
maatschappelijk leven.
relate tussen dagelijkse lichamelijke actviteit van ouderen en de kans op het
ontstaan van beperkingen en partcipate problemen.
Deze kans neemt met ruim 50% af bij ouderen die regelmatg bewegen.
(dit geldt ook voor ouderen die al lichte beperkingen hebben)
,De beweegrichtlijn voor volwassenen en ouderen luidt als volgt:
• Bewegen is goed, meer bewegen is beter.
• Doe minstens 150 minuten per week aan matg intensieve inspanning, zoals wandelen en
fetsen, verspreid over diverse dagen. Langer, vaker en/of intensiever bewegen geef extra
gezondheidsvoordeel.
• En: voorkom veel stlziien.
• Doe minstens tweemaal per week spieri en botversterkende actviteiten, zoals traplopen,
herhaald opstaan uit zit en krachiraining; voor ouderen gecombineerd met
balansoefeningen.
De beweegrichtlijn voor volwassenen en ouderen is een minimumrichtlijn om
mensen die weinig actef zijn te motveren in beweging te komen.
Mensen die aan deze richtlijn voldoen kunnen door meer te gaan bewegen verdere
gezondheidswinst behalen.
In 2014 voldeed 37% van de Nederlandse 65iplussers aan de beweegrichtlijn.
Naarmate de leefijd stjgt, neemt het aandeel nietisporters en weinig sporters toe.
• Van de 50i65 jarige doet 52% van de mannen en 53% van de vrouwen wekelijks aan
sport
• Van de 65+ is dat 43% van de mannen en 42% van de vrouwen.
Doelen
• een beschrijving geven van gerontologie, geriatrie en demografe
• een beschrijving geven van de belangrijkste demografsche gegevens van Nederland.
• een beschrijving geven van vergrijzing, dubbele vergrijzing, ontgroening en en grijze druk.
• de te verwachten ontwikkelingen aangeven van de vergrijzing, dubbele vergrijzing,
ontgroening en grijze druk in Nederland .
• de verschillen in leefijdsopbouw met ander landen aangeven.
• aangeven welke mogelijkheden een toename van het aantal ouderen biedt voor hem of haar
als Sport en Beweeg professional
• de beweegnormen voor ouderen benoemen en aangeven hoeveel ouderen voldoen aan de
beweegnormen
• Kennis van de meest voorkomende aandoeningen op oudere leefijd
(Bestudeer uit Inleiding gerontologie en geriatrie hoofdstuk 1
Bestudeer uit Basis voor verantwoord trainen hoofdstuk 3.2 )
, Bijeenkomst 2, Biologische, anatomische en fysiologische
veranderingen en fysieke testen bij ouderen.
Veroudering: normaal of pathologisch?
• uder worden is een normaal proces = geen ziekte
• In dit normale proces: botontkalking, vermindering spiermassa, verslechtering van
zien en horen, verminderd cognitef functoneren en gewrichtsproblemen.
Wanneer normaal en wanneer niet meer?
• Wanneer degenerateve processen (veroudering) voortschrijden en overgaan in
klinisch signifcante stoornissen noemen wij het ziekten
klinisch signifcante stoornissen?
Afwijkingen die kunnen worden vastgesteld door
middel van klinische metngen (bijv
bloedonderzoek, Ro fotods)
EN
die klachten geven waar een persoon door
gehinderd wordt
Exogene ouderdomsveranderingen
= Veranderingen door leefwijze en omgeving zoals slecht eetpatroon, roken en UV straling,
bijv. atherosclerose, glucose intolerante
Reservecapaciteit
= De reserve die een orgaan extra heef, boven het
functonele gebruik.
20 jarige:
• Normaal teugvolume (Vt in fguur) van de longen in rust = 500 ml, vitale capaciteit =
4500 ml.
• Zelfs bij maximale inspanning is er nog sprake van ventlatoire reserve (RV in de
fguur)
Reserves verminderen langzaam bij het ouder worden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller siandebie. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.36. You're not tied to anything after your purchase.