100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
tentamensamenvatting alle problemen blok 1.2 $3.69
Add to cart

Summary

tentamensamenvatting alle problemen blok 1.2

 25 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

korte samenvatting van de kernelementen die je moet weten voor je tentamen.

Preview 3 out of 27  pages

  • January 29, 2019
  • 27
  • 2017/2018
  • Summary
avatar-seller
Probleem 1- nature of nurture?

Definities en wetenschappers
Nature:
Ruime zin: alle invloeden die tot en met de geboorte werkzaam zijn en het ontwikkelingsverloop
van het individu bepalen.(erfelijke factoren én zwangerschapsinvloeden)
Engere zin: de erfelijke informatie, zoals vastgelegd in genen en chromosomen(genotype).

 Rousseaude ouders mogen alleen sturen, de eigenheid van het kind staat centraal. Er is
een biologische tijdtafel (vorm van de rijpingstheorie).
 Descartesrijpingstheorie: er zijn ingeboren ideeën; de kenmerken van het kind staan al
vast, er is dan ook geen invloed van buitenaf. Ik denk, dus ik besta.
 Piageteen kind maakt vier ontwikkelingsfases door. Hij kan naar de volgende fase als hij
ver genoeg is gerijpt. Die rijping wordt beïnvloed door de activiteit en ervaringen van het
kind.

Nurture: invloeden uit de omgeving, je eigen ervaringen en wat aangeleerd wordt.
Hierbij spelen drie omgevingen een rol
1. Culturele overdracht (taal, eten, sociale regels)
2. Gedeelde omgeving (school, ouders) (belangrijk voor hechting)
3. Niet-gedeelde omgeving (moeder ziekte, vriendschap, valpartij als baby)

 Lockeeen kind begint als een tabula rasa, de ervaringen vormen daarin sporen.
Opvoeding is er om een kind de goede richting op te sturen.
 Watsonje kunt van een kind alles maken, de ouders hebben volledige
verantwoordelijkheid daarbij. De mens is als een machine.
 Harriserfelijke factoren kunnen veranderen door de omgeving. Bij die omgeving spelen
vooral leeftijdsgenoten een rol, niet de ouders.

Er is een tweedeling te zien:
1. De biologisch primaat theorie
o Rijping in combinatie met aangeboren kenmerken
o Readyness theorie (Geselleen kind moet biologisch gereed zijn voordat de
socialisatie succesvol kan zijn, dat kan leiden tot overficatie; extreme bezorgdheid)
2. De leertheorie
o Alles is aangeleerd

De invloeden van nature en nurture kunnen op twee manieren worden gemeten:
1. Tweelingdesign
o In hoeverre tweelingen overeenkomen in bepaalde eigenschappen
 Zijn een-eiige en twee-eiige tweelingen gelijk?  door de omgeving
 Zijn een-eiige tweelingen gelijk en twee-eiige niet?  door de genen
 Zijn een-eiige tweelingen niet gelijk?  door de omgeving
2. Adoptiedesign
o In hoeverre vertonen personen hetzelfde gedrag
 Genetisch ongerelateerde personen in dezelfde omgeving
overeenkomsten door de omgeving
 Genetisch gerelateerde personen in verschillende omgeving
overeenkomsten door de genen

Hechting is aangeboren, de manier van hechting is aangeleerd:
 Veilige hechtingsteun en troost zoeken, dan weer doorspelen
 Onveilige hechtingbehoefte aan troost niet laten blijken/vastklampen en niet meer spelen
 Gevolg van continu troosten van ouders, kind krijgt persoonlijkheidsstoornissen
 Gedesorganiseerde hechtingkind weet niet wat te doen bij terugkeer van de opvoeder

,Probleem 2- gezinnen van vroeger en gezinnen van nu

Gezinnen
Definitie gezin: elk leefverband van één of meer volwassenen die verantwoordelijkheid dragen
over de verzorging en opvoeding van één of meer kinderen, ongeacht de leeftijd van die kinderen.

Traditioneel gezin: biologische vader en moeder met één of meer kinderen. (compleet gezin)

Gezinnen door de tijd heen
Voor de Industriële Revolutie
 Bevelshuishouden
 Traditioneel gezin
 Huis uit jong trouwen jong kinderen krijgen (als plicht)
 Traditionele taakverdeling, gezinsgericht
 Religie belangrijk
 Geen aandacht voor wat het kind wil, opvoeden om te helpen op het land
 Veel kindersterfte, door slechte hygiëne en zorg

Begin 20e eeuw
 Orde en discipline belangrijk
 Oudste kind zorgt voor jongste kind
 Kinderen werken mee, veel armoede

Rond 1950
 Onderwijsniveau omhoog
 Traditionele taakverdeling blijft (man is kostwinner, vrouw werkt tot er kinderen zijn)
 Meer dan drie kinderen
 Betere leefomstandigheden en gezondheidszorg
 Jong trouwen en dan kinderen krijgen

Nu
 Onderhandelingshuishouden
 Samenstelling gezinnen heel divers
 Kinderen krijgen op late leeftijd en buiten het huwelijk

Belangrijke veranderingen:
Eerste Demografische Transitie:
- 1870-1920, door de IR
- Traditionele, complete gezin komt tot stand
- Bevelshuishouding
- Religie belangrijk
- Beter leefomstandigheden door meer welvaart (snelle bevolkingsgroei)
- Traditionele taakverdeling
Tweede Demografische Transitie:
- 1960-1980
- Onderhandelingshuishouding
- Normen en waarden veranderen (secularisering, scheidingen populairder)
- Diversiteit in gezinnen neemt toe (weerspiegelt normen en waarden; ongehuwd
samenwonen en kinderen buiten huwelijk krijgen)
- Zelfontplooiing en autonomie van het kind belangrijk
- Later kinderen krijgen (anticonceptie/opleiding)

Twee soorten huishoudens:
Bevelshuishouding: orde en discipline, kind volgt het bevel van de ouders op

, Onderhandelingshuidhouding: compromissen met kind sluiten (betere relatie, meer ouderlijke
steun en meer warmte in huis, maar helaas: grenzen stellen lastiger, onzekerheid, geen richtlijnen
voor de opvoeding)
Model van Bronfenbrenner
In welke maten bepaalde factoren invloed hebben op het kind.
1. Individu: het kind zelf
2. Microsysteem: ouders, school, directe omgeving
3. Mesosysteem: Interactie tussen microsystemen
4. Exosysteem: familie, werk ouders, buurt waarin je opgroeit
5. Macrosysteem: wetten, economie, cultuur, geschiedenis

Oorzaken voor de verandering in gezinssamenstellingen (dus voor de Tweede Transitie)
- Secularisering afname van de invloed van de kerk (bv. seks voor huwelijk mag)
- Individualiseringindividu en zijn behoeften kwamen meer centraal te staan
- Emancipatiegelijke rechten voor iedereen
- Informaliseringminder formele omgangsvormen en minder strenge regels
- Multiculturele samenlevinginvloed van meerdere culturen in gezinnen
- Betere economiezorgde voor betere leefomstandigheden (niet meer overleven zoals
<IR)
- Moderniseringalles wordt moderner (betere economie, meer diversiteit, minder kerk)

Soorten gezinnen nu:
 Traditioneel gezin
 Eenoudergezinnen(-)
 Tweeoudergezinnen(+)
 Tweevader- of tweemoedergezinnen(+)
 Co-ouderschapsgezinnen(+)
 Stiefgezinnen(+)
o Simpel samengesteld een van de beide partners heeft een kind
o Complex samengesteldbeide partners hebben kinderen
 Pleeggezinnen(+)
 Adoptiegezinnen(-)
o Gewone adoptiegeen van de ouders is biologische ouder
o Stiefouderadoptiestiefouder adopteert kind van de partner (bv. door overlijden)
 Multiculturele gezinnen(+)


Risico factoren kunnen leiden tot problemen in de ontwikkeling van een kind
- Individualiseringmeer scheidingeninstabiliteitlagere SES
- Instabiliteit in gezinssamenstelling, wisselende ouderfiguren
- Meer stress als moeder werkt, minder gezinsactiviteit
- Over protectie
- Toename pretatiedruk, te hoge verwachtingen en overmatig kritiek

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller esmeecoppoolse. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.69. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

51292 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$3.69
  • (0)
Add to cart
Added