100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Aantekeningen Crisiscommunicatie (crisis) $6.26   Add to cart

Class notes

Aantekeningen Crisiscommunicatie (crisis)

 5 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Aantekeningen, uitgewerkte leerdoelen en oefenvragen van Crisiscommunicatie (1/3 onderdeel van Crisis) voor Integrale Veiligheidskunde

Preview 3 out of 30  pages

  • April 22, 2024
  • 30
  • 2020/2021
  • Class notes
  • D. 't hart
  • All classes
avatar-seller
WEEK B2


Hoofddoelstellingen crisiscommunicatie: informatievoorziening, betekenisgeven, schadebeperking

Impactformule: ‘wet van pleuris 2.0’

Medialogica: ABABA-formule

Vertrouwen(= betrouwbaarheid x geloofwaardigheid)



Twee verschillende communicatiebenaderingen: reputatiebenadering en relatiebenadering.

Reputatiebenadering =
- Goede naam is cruciaal voor elke organisatie.
- Klant en samenleving zijn te managen.
- Een positief beeld creëren bij klanten, burgers en samenleving.
- Belangrijkste factoren voor een goede reputatie: zichtbaarheid, authenticiteit, transparantie, zich
onderscheiden, consistentie en zelfvertrouwen.
- Communicatie is: regie voeren over alle uitingen en het gedrag van de organisatie met als doel de
reputatie te bevestigen en te handhaven.
- Communicatie is eenrichtingsverkeer.

Communicatiebenadering =
- Burger neemt volwassen en zelfstandige positie in.
- Klassieke hiërarchische relatie tussen gezag en burgers bestaat niet meer.
- Communicatie is niet langer een zendactiviteit, maar een gemeenschappelijk proces van alle
partijen, die tegelijkertijd zender en ontvanger zijn.
- Communicatie is tweerichtingsverkeer.

Karakteristieken Reputatiemanagement Relatiemanagement
Intentie  Beïnvloeding van kennis, houding en  Uitwisseling van voornemens, overtuigen,
gedrag, gericht op het bevestigen of percepties, beelden, gericht op mee weten,
aanpassen van voornemens, meedenken, meedoen en meebeslissen.
overtuigingen, percepties en beelden.
Initiatief  Autoriteit, institutie, bedrijf handelt van  Alle betrokken partijen nemen op hun
binnen naar buiten. moment het voortouw.
 Eenrichtingsverkeer waarin zender  Tweerichtingsverkeer gebaseerd op
dominant is. gelijkwaardigheid.
 Lineair.  Cyclisch.
Insteek  Doelgericht: boodschap en effect centraal.  Doel zoekend: proces en relatie centraal.
 Regie houden, sturing geven, strijd  Dialoog zoeken, samenwerken en consensus
aangaan en eigen plan volgen. vinden.
 Uitleggen en ernaar handelen.  Samen zoeken en creëren.
 Eigen zienswijze en inzichten herhaald  Gemeenschappelijke betekenissen
uitdragen. construeren.
 Overtuigen, overreden, ratio.  Gedachte-uitwisseling, afstemmen, gevoel,
emotie.

,Verschil is vooral de manier waarop er naar de ontvanger van communicatie wordt gekeken.
Reputatiebenadering: zien klant en burger in zijn oude identiteit. Communicatie is
eenrichtingsverkeer.
Relatiebenadering: effectieve communicatie kan niet zonder actieve betrokkenheid van ontvanger.
Communicatie is tweerichtingsverkeer.




WEEK B3


Risico’s = zaken die in onze beleving op de een of andere manier een bedreiging zijn voor onze
gezondheid, veiligheid of welbevinden.

Soorten risico’s:
1. Risico’s die je kunt voorzien en in zekere mate kunt beheersen of zelfs voorkomen.
2. Risico’s die je kunt voorzien maar moeilijk kunt beheersen en soms zelfs niet kunt voorkomen.
3. Risico’s waaraan we nog niet hebben blootgestaan maar die in nabije toekomst voorstelbaar zijn.
4. Risico’s waarvan we het bestaan nog niet kennen.

1. Risico’s die je kunt voorzien en in zekere mate kunt beheersen of zelfs voorkomen.
vb je vermindert het risico op hersenletsel aanzienlijk als je een helm draagt. We hebben het over
risico’s die we kennen, kunnen kennen of goed kunnen voorzien. Het is dus niet zo moeilijk om het
risico te verkleinen of weg te nemen.

2. Risico’s die je kunt voorzien, maar moeilijk kunt beheersen en soms zelfs niet kunt voorkomen.
vb gevolgen van de opwarming van de aarde, of een zelfmoordaanslag op een drukke plek. We
weten dat we deze risico’s lopen, maar 100% veiligheid is niet mogelijk. Waarschijnlijk is het een
menselijke fout of een opzettelijke daad.

3. Risico’s waaraan we nog niet hebben blootgestaan, maar die in nabije toekomst voorstelbaar zijn.
vb in hoeverre technologische ontwikkelingen risico’s met zich mee brengt. We weten dat er risico’s
aan verbonden zijn, maar we weten nog niet wat en in welke vorm.

4. Risico’s waarvan we het bestaan nog niet kennen.
Dit soort risico’s overvallen ons. Risico’s waar we geen weet van hebben, kunnen we niet beheersen
of voorkomen. Ooit zullen we erachter komen.



Gevolgen nieuwe risico’s:
- Ander overheidsbeleid is nodig.
- De overheid kan niet alles beheersen; er kan altijd een terroristische aanslag plaatsvinden of
extreem weer.




Risicosamenleving (Beck, 1986) = de samenleving staat door snelle technologische ontwikkelingen
bloot aan een groter aantal potentiële dreigingen dan voorheen, en dat het bovendien veelal

, onzichtbare risico’s betreft, die in mindere mate dan voorheen gebonden zijn aan tijd, plaats of
groepen mensen en daardoor moeilijker beheersbaar zijn.

Daardoor kunnen risico’s sneller optreden en een groter negatief effect hebben.

De overheid concentreert zich op het bestuderen en controleerbaar maken van onbeheersbare
maatregelen. Dit doen ze door voorzorgmaatregelen, anders stellen burgers de overheid
verantwoordelijk.



Ontwikkelingen die onze samenleving tot een risicosamenleving maken zijn:
1. Automation
2. Internationalisering
3. Juridisering
4. Mediatisering
5. Mobilisering
6. Onvoorzienbaarheid
7. Politisering
8. Privatisering

Automation = toenemende afhankelijkheid van zich almaar door ontwikkelende infrastructuren (op
gebieden als communicatie, betalingsverkeer, mobiliteit, nutsvoorzieningen en gezondheidszorg)

Internationalisering = dreigingen en de randvoorwaarden waarbinnen Nederland moet functioneren
hebben in toenemende mate een internationale oorzaak of context (vb MH17).

Juridisering = zakelijke belangen spelen mee bij crisisbeheersing, zoals blijkt uit het indienen van
schadeclaims na incidenten.

Mediatisering = in de (sociale) media is er continu aandacht voor veiligheidsvraagstukken en het (te
ontwikkelen) veiligheidsbeleid. Ook al is in objectieve zin van (grotere) onveiligheid geen sprake, de
media-aandacht voor incidenten die ons boven het hoofd hangen, voedt het onveiligheidsgevoel.

Mobilisering = specifieke incidenten en/of de overheidsreactie op die incidenten leider sneller tot
maatschappelijke impact. Door de verdichting en pluriformiteit van de samenleving blijken kleine
gebeurtenissen grote effecten te kunnen sorteren.

Onvoorzienbaarheid = de mogelijke dreigingen worden steeds complexer en gevarieerde en zijn dus
ook moeilijker te voorzien. Er ontstaan nieuwe risico’s en mogelijke crises die niet met de
vertrouwde methoden aangepakt kunnen worden.

Politisering = de thema’s die ‘collectieve veiligheid bevorderen’ en ‘bescherming bieden’ geven
bestuurders en politici de gelegenheid om zich bij burgers te profileren door slagkracht en
daadkracht te tonen.

Privatisering = private ondernemingen beheren en onderhouden delen van de vitale infrastructuur
waarvan we allemaal afhankelijk zijn; elektriciteit, vervoer, telecommunicatie, gezondheidszorg.




Factoren die ervoor zorgen dat je een risico in een meer of mindere mate als dreiging ziet:
1. Rampzaligheid

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FG9. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.26. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

75632 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.26
  • (0)
  Add to cart