Samenvatting van de werkcolleges (incl. zelfstudie) van het derdejaars vak Veterinaire Volksgezondheid in de bachelor Diergeneeskunde. Ook verkrijgbaar in bundel!
Inhoud:
- Werkcollege 1: One Health, veterinaire volksgezondheid en de dierenarts
- Werkcollege 2: Voedselinfecties, -vergiftigingen en...
Werkcollege 1: One Health, veterinaire volksgezondheid en de
dierenarts
Erg vaag werkcollege!
Zelfstudie
1. Definities van One Health en Veterinaire volksgezondheid:
o One Health is de samenwerking tussen verschillende disciplines, met als doel een zo
optimaal mogelijke leefomgeving voor mens, dier en milieu.
Bij One Health spelen verschillende thema’s een rol:
o Veterinaire volksgezondheid is een onderdeel van de volksgezondheid dat zich richt
op de toepassing van de diergeneeskunde om de fysieke, mentale en sociale welzijn
van mensen te beschermen en te verbeteren.
2. In de afbeelding hiernaast
komen verschillende thema’s
van One Health terug:
o Speeltuin:
volksgezondheid. Er
kunnen bijv. honden
en katten poepen in
de zandbak
o Moestuinen:
voedselveiligheid
o Recreatiegebieden
(o.a. een strandje)
o Trek van vogels: AI
o Alternatieve
energievoorziening:
milieu
3. Als dierenarts kun je vanuit verschillende functies werken aan One Health/VPH:
o Dierenarts in de praktijk
o Dierenarts bij de NVWA (bijv. toezichthouder in slachthuizen)
o Onderzoeker naar bijv. zoönosen
4. Welk bolletje mis je nog in de figuur op pagina 5 van de Callisto brochure?
o Milieukant
o Economiekant
o Samenwerking tussen mens en dier
Aantekeningen tijdens het werkcollege
Voor de diergezondheid hoef je een hond maar één keer per jaar te ontwormen. We adviseren
echter 4x per jaar. Die extra drie keer doen we om de ei-uitscheiding zo laag mogelijk te houden,
i.v.m. de volksgezondheid.
Bijv. de griepprik doen we niet om te voorkomen dat jij ziek wordt. We doen het om te voorkomen
dat als jij ziek bent en naar een varkensbedrijf gaat, er een mix ontstaat tussen humane en
varkensinfluenza, welke wél gevaarlijk is voor mensen.
One Health is typisch het nadenken over grote problematiek, bijv. de voedselvoorziening. Een ander
voorbeeld is windmolens. Deze hebben we nodig voor alternatieve energievoorziening, maar
daarnaast veroorzaken ze vogelsterfte. Nu wil men de trekroute van de vogels gaan voorspellen,
zodat de molens stilgezet kunnen worden op het moment dat de vogels deze passeren.
One Health aspecten in de Oostvaardersplassen problematiek? Diergezondheid, mensgezondheid,
milieu effecten etc. Je moet het als geheel benaderen.
Een groot One Health probleem nu is het antibiotica resistentie probleem. Dit gaat van heel klein
(welke keuze maakt de practicus?), tot heel groot (wereldwijd denken we erover na).
Casus 1: Voorlichtingsavond ‘wildlife zoönosen’ voor nieuwe jagers
Situatie Risico’s Positieve effecten Taak/rol dierenarts
Diergezondheid Eten van besmette Katten vaccineren
dieren. De kans op tegen toxoplasma.
ziekte is klein, maar Maar je moet dan ook
als ze ziek worden de wilde katten
gaan ze snel dood. vaccineren om het
mensprobleem op te
lossen.
Mensgezondheid Eten van onvoldoende
verhit vlees met
weefselcysten
Eten van besmet
voedsel
Werken in besmette
(tuin)grond
Drinken van
ongezuiverd water
Milieugezondheid Milieubesmetting
Samenhang/conflicten
Het grootste probleem is ziekte bij de mens. Om dit op te lossen wil men katten gaan vaccineren.
Casus 2: Hygiëne symposium voor zorgboeren
Situatie Risico’s Positieve effecten Taak/rol dierenarts
Diergezondheid Overdracht van ziektes Veel aandacht en Preventie van ziektes
vanuit andere verzorging en hygiëne
bedrijven, veel
verschillende dieren
op 1 bedrijf
Mensgezondheid Salmonella Therapie voor mensen Preventie van ziektes
E. coli 0157 en hygiëne
Campylobacter
Milieugezondheid
Samenhang/conflicten
Casus 3: Bijeenkomst voor de organisatie van de Nationale Modderdag (kinderen) om
vergunningen te verkrijgen
Situatie Risico’s Positieve effecten Taak/rol dierenarts
Diergezondheid Leefomgeving van het
dier verstoren
Mensgezondheid Leptospirose: kan via Vies worden mag
ratten en koeien bij de
mens komen
Milieugezondheid Leefomgeving/milieu
kapot maken
Samenhang/conflicten
Casus 4: Voorlichtingsavond ‘verantwoord huisdierbezit’ op de praktijk voor nieuwe puppy
eigenaren
Situatie Risico’s Positieve effecten Taak/rol dierenarts
Diergezondheid Vaccinatie
Mensgezondheid Oost-Europa → rabiës
Contact met rauw
vlees bij BARF voedsel
Milieugezondheid BARF voedsel →
minder grote
hoeveelheden poep
Samenhang/conflicten
Casus 5: Bijeenkomst van het Pluimveegilde (boeren) over zoönosen en veehouderij
Situatie Risico’s Positieve effecten Taak/rol dierenarts
Diergezondheid Dieren buiten Langzaam groeiende
rassen → minder
pootproblemen en
beter immuniteit
Mensgezondheid Campylobacter Voedselveiligheid Kippen apart in een
Fypronyl hok zetten
Milieugezondheid AI → stof
Samenhang/conflicten
Oefenvraag du jour
Veterinaire volksgezondheid is of is van belang bij (geef aan: juist of onjuist):
a. Advies bij de preventie van Psittacose bij kleindiertentoonstellingen.
b. Voorlichting aan veehouders over het droogzetten van koeien. (antibioticarestricties →
gezondheid mens)
c. Beleidsondersteunende advisering voor de Europese Commissie.
d. Secties op dood aangetroffen wilde dieren.
e. Advies aan een hondeneigenaar over tandsteen verwijderen.
f. Advies aan een hondeneigenaar over enten tegen leptospirose
g. Advies aan een eigenaar over het enten tegen hondenziekte of HCC
h. Advies aan een hondeneigenaar over ontwormen
Werkcollege 2: Voedselinfecties, -vergiftigingen en uitbraakonderzoek
Zelfstudie
1. Er zijn op het internet met weinig moeite allerlei berichten over uitbraken van
voedselgerelateerde infecties en intoxicaties te vinden. Zowel over (onder andere) uitbraken
bij bruiloften/partijen als over problemen op cruise schepen. Deze problemen worden in het
algemeen veroorzaakt door het Norovirus. Dit is het meest infectieuze voedselgerelateerde
virus wat er is. De virusdeeltjes zitten in ontlasting en braaksel, en kunnen tot wel 3 weken
besmettelijk blijven. Enkele aerosolen zijn al genoeg om ziek van te worden. Het is een vrij
resistent virus en een desinfectant werkt dan ook niet altijd goed tegen dit virus. Bij bijv.
bruiloften en cruiseschepen heb je vaak doorloopbuffetten. Mensen zitten overal met hun
handen aan, waardoor kruiscontaminatie op de loer ligt.
2. Er is veel onduidelijkheid over het aantal voedselinfecties en intoxicaties in Nederland en
Europa. Dit komt omdat het aantal gevallen enorm afhangt van de methode van diagnostiek.
Daarnaast krijgen we alleen maar data van mensen die naar een huisarts of ziekenhuis gaan
met een voedselgerelateerd probleem. Maar dit zijn lang niet alle gevallen.
3. Traditionele worstsoorten, zoals Hongaarse Salami, harde Hollandse kaas en zuurkool kun je
in principe ongekoeld bewaren. Tijdens het productieproces worden deze producten o.a. in
zout gerijpt of gedroogd, waardoor water uit het voedsel wordt onttrokken. Hierdoor kunnen
de bacteriën veel minder goed kunnen groeien, want voor hun groei is water nodig. Er wordt
ook regelmatig gebruik gemaakt van verzuring. Er zijn maar weinig bacteriën die bij een lage
pH kunnen groeien. Bij het Hurdle principe worden meerdere van dit soort processen
gecombineerd.
4. Andere voedingsmiddelen (en de meeste kant-en-klaar maaltijden) moet je uitsluitend
gekoeld bewaren. De lagere temperatuur remt het aantal typen micro-organismen en hun
groei. Als je deze voedselwaren toch ongekoeld bewaard (zelfs met ongeopende verpakking)
kunnen de micro-organismen zich snel vermeerderen. Verder willen mensen steeds minder
zout eten, wat de bacteriegroei ook ten gunste komt (minder zout = meer bacteriegroei).
5. Als je wilt achterhalen wat de oorzaak van een uitbraak is geweest moet je niet alleen de
zieke mensen onderzoeken, maar alle mensen die het verdachte voedsel hebben gegeten.
Vervolgens bereken je voor elk voedseltype een attack rate (AR) voor de mensen die het
voedsel hebben gegeten (aantal zieke mensen die dat voedsel hebben gegeten/aantal
mensen die dat voedsel hebben gegeten), en een attack rate voor de mensen die het voedsel
niet hebben gegeten (aantal zieke mensen die dat voedsel niet hebben gegeten/aantal
mensen die dat voedsel niet hebben gegeten). Vervolgens kun je hiermee een relatief risico
bepalen. Zie de tabel hieronder. Vaak kan men maar in 10% van de gevallen de oorzaak
achterhalen.
6. Als je alleen de zieke mensen meeneemt zie je dat naast turkey ook bijv. fish en gravy de
veroorzaker kunnen zijn. Deze producten hebben allemaal een hoge AR. Als je echter naar
het relatieve risico kijkt is turkey de duidelijkste veroorzaker.
7. De monsters die je microbiologisch onderzocht wilt hebben zijn de gegeten producten?
8. Bij het nemen van de monsters moet je verschillende eisen stellen:
- Aanwezig
- Gekoeld
- Niet kruisbesmet
9. Je zou direct bij aanvang van je onderzoek maatregelen voor het bedrijf willen voorstellen,
omdat er los van de bron procedureel al heel wat is misgegaan
Aantekeningen tijdens het werkcollege
Veroorzakers van voedselgerelateerde problemen zijn o.a.:
• Salmonella
• E. coli
• Campylobacter
• Listeria
• Vibrio
• Schimmels
• Parasieten
• Virussen
Opvallend is dat meestal alleen de bacteriën naar voren komen. Maar dit zijn niet de enige
verwekkers! Bijv. schimmels (zitten vaak in graanproducten) kunnen aflatoxines produceren, waar je
ook erg ziek van kunt worden. Deze zijn veterinair wel minder van belang.
Dierenartsen hebben bij wet een rol gekregen in het
waarborgen van de kwaliteit van voedingsmiddelen van
dierlijke oorsprong (bijv. vlees, zuivel, ei). Pathogenen die
hierbij een rol spelen zijn meestal de bacteriën. O.a.
schimmels spelen geen rol. Ze kunnen vanuit het graan wel
via bijv. de melk worden doorgegeven, maar ze zijn niet van
dierlijke oorsprong. Parasitaire infecties hangt af van de
status van het land (is vooral een probleem in landen met
een slechte hygiëne) .
Ziektekundig zijn voedselgerelateerde problemen (5800
DALYs) veel minder van belang dan bijv. coronaire
hartziekten (315.000 DALYs) of psychische stoornissen
(202.000 DALYs).
Bij de mens worden de meeste ziektegevallen veroorzaakt
door het S. aureus toxine. Listeria monocytogenes en
Toxoplasma gondii komen niet voor.
Maar als je de grafiek verandert naar sterfgevallen zijn
Salmonella en Campylobacter opeens het belangrijkst. Ook
zie je nu o.a. Listeria monocytogenes en Toxoplasma gondii,
die er in de vorige grafiek niet bij stonden.
6
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller irisschoonderwaldt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.39. You're not tied to anything after your purchase.