100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Oefentoets KTF4 AFP $6.96
Add to cart

Other

Oefentoets KTF4 AFP

3 reviews
 717 views  24 purchases
  • Course
  • Institution

Oefentoets voor het vak AFP voor de KTF4

Preview 2 out of 9  pages

  • February 5, 2019
  • 9
  • 2018/2019
  • Other
  • Unknown

3  reviews

review-writer-avatar

By: 135597 • 2 year ago

Translated by Google

It's actually 2 keys, which is very nice, but unfortunately all the answers are missing. You do need that. Now I still have to check everything myself.

review-writer-avatar

By: famkemutsaers • 3 year ago

review-writer-avatar

By: imkeswart • 5 year ago

Translated by Google

There are no answers. If it is provided with answers it is a great practice test!

avatar-seller
AFP oefentoets 1

1. Cerebrospinale vloeistof wordt gemaakt door de neuroglia van het zenuwstelsel.
Door welke gliacellen wordt dit gedaan?
a. Astrocyten
b. Ependymcellen
c. Microglia
d. Oligodendrocyten

2. Wat is het effect van een blokkade van de natriumkanalen in de celmembraan?
a. De drempelwaarde wordt sneller bereikt.
b. De drempelwaarde wordt minder snel bereikt
c. Blokkade van de natriumkanalen heef geen effect op het bereiken van de
drempelwaarde

3. Wat gebeurt er met de kaliumionen op het moment van hyperpolarisate?
a. Kaliumionen gaan de cel in
b. Kaliumionen gaan de cel uit
c. Kaliumionen blijven in de cel
d. Kaliumionen blijven buiten de cel

4. Door wat voor zenuwbaan wordt een sensorische prikkel doorgegeven?
a. Afferente zenuwbaan
b. Efferente zenuwbaan

5. Neuronen zijn onder te verdelen in schakelcellen, sensorische en motorische
neuronen. Welke komen het meeste voor in ons lichaam?
a. Motorische neuronen
b. Schakelcellen
c. Sensorische neuronen

6. Een ependymcel is een gliacel. Tot welk zenuwstelsel behoort deze gliacel
a. Centraal zenuwstelsel
b. Perifeer zenuwstelsel

7. Wat gebeurt er tjdens een actepotentaal?
a. Eerst zal kalium de cel ingaan, waarna natrium de cel uit zal gaan.
b. Eerst zal natrium de cel uitgaan, waarna kalium de cel in zal gaan.
c. Eerst zal kalium de cel uitgaan, waarna natrium de cel in zal gaan.
d. Eerst zal natrium de cel ingaan, waarna kalium de cel uit zal gaan.

8. Mw. Smits heef een hemianopsie na het doormaken van een kleine hersenbloeding.
Wat is de meest waarschijnlijke lokalisate van deze bloeding?
a. Frontaalkwab
b. Occipitaalkwab
c. Pariëtaalkwab
d. Temporaalkwab

, 9. De effecten van de neurotransmiter acetylcholine zijn eerder stmulerend dan
remmend.
a. Juist
b. Onjuist

10. Binnen het zenuwstelsel kan je een onderverdeling maken in afferente en efferente
banen. Wat is waar?
a. De afferente banen zijn afdalende banen en motorisch van aard.
b. De afferente banen zijn stjgende banen en sensorisch van aard.
c. De efferente banen zijn afdalende banen en motorisch van aard.

11. Vanuit welke arterie ontvangen de hersenstam en het cerebellum bloed?
a. Vanuit de a. cerebri anterior
b. Vanuit de a. cerebri media
c. Vanuit de a. cerebri posterior
d. Vanuit de a. basilaris

12. Wat is waar?
a. Een dendriet vervoert prikkels naar het cellichaam toe.
b. Een dendriet vorvoert prikkels van het cellichaam af.

13. Tot welk znuwstelsel behoort het ruggenmerg
a. Centraal zenuwstelsel
b. Perifeer zenuwstelsel

14. Waar bevinden zich de cellen van Schwann?
a. Centraal
b. Perifeer

15. Gliacellen behoren niet tot het zenuwweefsel.
a. Juist
b. Onjuist

16. Een verandering van de rustpotentaal tot de drempelwaarde leidt bij neuronen altjd
tot een actepotentaal.
a. Juist
b. Onjuist

17. Neurotransmiters zijn chemische stoffen die eerder spontaan dan door een
actepotentaal vrijkomen in de synapsspleet.
a. Juist
b. Onjuist

18. Waardoor wordt de grijze kleur bepaald binnen het centraal zenuwstelsel?
a. Door de myelinescheden
b. Door de neurale cellichamen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LKaris. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.96  24x  sold
  • (3)
Add to cart
Added