Samenvatting Hoofdstuk 12 van Biology a Global Approach 11th edition
Samenvatting Hoofdstuk 8 van Biology a Global Approach 11th edition
Samenvatting Hoofdstuk 7 van Biology a Global Apprach 11th edition
All for this textbook (58)
Written for
Hogeschool Windesheim (HW)
LVO 2e graads biologie
Diversieit 2 (DIV2)
All documents for this subject (4)
Seller
Follow
lisette_regelink
Reviews received
Content preview
Campbell 10e editie. Hoofdstuk ..: Ongewervelde dieren.
Samenvatting hoofdstukin 33: Ongewenvelde dienen
Inventebnaat: Een dier zonder ruggengraad. Invertebraten vormen 95% van alle diersoorten. Ook wel
ongewervelden genoemd.
Deukitnostome= gewervelden.
33.1: Ponifena (sponzen)
Sponzen zijn flter voeders: Een dier dat zich voedt met behulp van een fltratiemachanisme waarbij
k leine organismen of voedseldeeltjes uit de omgeving worden geflterd.
Sponzen flteren het water door het door hun lichaam te laten stromen. Ze halen dan de
voedseldeeltjes eruit. Tijdens dit proces wordt het water in de centrale holte getrok k en. Deze
centrale holte wordt de sponsocoel genoemd. Het water verlaat de spons door een openingscellen
genoemd oscukilukim.
In tegenstelling tot bijna alle andere dieren hebben sponzen geen echt weefsel, of groepen met
gelijk soortige cellen die dezelfde functie hebben, of geïsoleerd van andere weefsels door
membraanachtige lagen. Maar het lichaam van sponzen hebben wel verschillende soorten celtypes.
1. Aan de binnenk ant van de spogocoel liggen fagellated choanocytes(k raagcellen).
Choanocyt: Een voedende cel met een fagel die aangetrofen wordt in sponsen.
Wordt ook wel k raagcel genoemd: heef een k raagachtige ring rond de basis van de
fagel waarin voedseldeeltjes worden opgevangen.
Deze cellen slok k en bacteriën en andere voedingsdeeltjes op doormiddel van
fagocytose(cellen omringen de voedingsdeeltjes en sluiten deze in).
2. Het lichaam van een spons bestaat uit twee cellagen, deze worden apart gehouden door een
gelatineachtige gebied genoemd mesohyl. Omdat beide cellagen in contact staan met het
water. Processen zoals gasuitwisseling en afvalverwijdering k an plaatsvinden door difusie
door de membranen van deze cellen.
.. Andere tak en worden uitgevoerd door amoebocytes: Een amoebeachtige cel die zich
voortbeweegt door middel van pseudopodia en in de meeste dieren gevonden wordt.
Afank elijk van het soort k an het voedsel verteren en verplaatsen, afval verwerk en, infecties
afvechten of in andere celtypes veranderen. Sommige sponzen produceren meer feeibele
vezels bestaande uit een eiwit spongin (lijk t op een bad spons). De belangrijk ste
1
, Campbell 10e editie. Hoofdstuk ..: Ongewervelde dieren.
amoebocytes zijn totipotent(deze zijn instaat om andere cellen te worden). Deze cellen
geven de spons de feeibiliteit, waardoor de vorm k an veranderen door fysiek e
veranderingen in de omgeving.
1. Mesohyl: The wand van de spons bestaat uit twee lagen, dat gescheiden wordt door de
gelatinecellen en de mesohyl (de binnenste laag).
2. Epidenmis: de buitenste laag cellen, die dicht op elk aar gelegen zijn.
.. Poniën: water gaat het lichaamsholte binnen door de poriën, die zien er uit als ‘donuts’.
4. Spongocoel: De lichaamsholte
5. Choanocytes: k raagcel. Creeërt een stroming dat water in de lichaamsholte trek t
doormiddel van de poriën en het lichaam verlaat doormidden van het oscukilukim.
6. De beweging van een choanocyte fagel trek t ook water naar de k raag toe van de vinger-
achtige projecties. Voedsel deeltjes worden opgevangen in het slijmlaag, de voedseldeeltjes
worden opgeslok t door fagocytose en overgedragen aan de amoebocytes.
7. Amoebocytes: deze cellen transporteren voedingsstofen naar ander cellen in het lichaam.
Voortplanting:
De meeste sponzen zijn henmaphnioites: een individu dat bij de geslachtelijk e voortplanting zowel
mannelijk e als vrouwelijk functioneert en zowel spermacellen als eicellen produceert. De
k ruisbestuiving k an ontstaan wanneer zaadcellen losgelaten worden in het water en met de stroom
mee gevoerd worden en terecht k omen bij een vrouwelijk e spons. Dit resulteert in een zygote, dat
zich ontwik k elt tot een fagel, zwemmende larve die zich loslaat van de ouder spons. Als de larve
gesteld is dan ontwik k elingen ze zich tot een nieuwe spons.
Antibiotica:
Sponzen mak en ook antibiotica en andere beschermende stofen. Ze vormen cnibnostatin: dit dood
penicilline en resistente bacteriën. Sommige sponsdelen hebben een werk ing tegen k ank er.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lisette_regelink. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.87. You're not tied to anything after your purchase.