DEEL 1: WESTERSE CONSTITUTIONELE MODEL
HOOFDSTUK 1: HAASTIGE TRIOMFTOCHT VAN HET WESTERSE CONSTITUTIONELE MODEL
1 PIJLERS VAN HET WESTERSE CONSTITUTIONELE MODEL EN DE BETEKENIS VAN DEMOCRATIE,
RECHTSSTAAT EN MENSENRECHTEN
o Meerpartijendemocratie
o Legitimatie van concrete machtshebbers wordt door de wil van het volk uitgedrukt door middel van
verkiezingen
o Mensenrechten
o Natuurlijke en onvervreemdbare rechten die niet door de staat worden gecreëerd en het positieve recht
overstijgen
o Rechtsstaat
o Gelijkheid van het recht voor alle burgers en onderwerping van de overheid aan het recht
o Vrije markteconomie
2 HISTORISCHE BETEKENIS VAN HET CHARTER VOOR NIEUW EUROPA AAN HET EINDE VAN DE KOUDE
OORLOG
o Eenwording Europa (‘Europa Whole and Free’ < George Bush)
o Overwinning westerse constitutionele model op dat van de communistische SU
3 ROL VAN DE DUITSE EENMAKING IN DE TRANSFORMATIE VAN DE EUROPESE POLITIEKE EN
JURIDISCHE ORDE
o Koude Oorlog
o Atlantische moel blijft beperkt tot westerse alliantie
▪ Noord-Amerika, West-Europa, Japan, Oceanië
▪ Tweedeling Europa en Duitsland in 2 blokken
o Einde Koude Oorlog
o Strijd rond Duitse eenmaking wordt sleutel voor eenmaking Europa onder het Atlantische of westerse
model
o Inzet voor alliantie Washington/Bonn: eengemaakt Duitsland binnen westerse alliantie
▪ Lidmaatschap NAVO en EG
▪ Uitbreiding Bondrepubliek naar oosten in plaats van nieuwe staat uit fusie van beide delen
Duitsland
4 CONSTITUTIONALISME EN MECHANISMEN TOT INPERKING VAN DE MACHT VAN DE OVERHEID
o Constitutie = geheel van regels, gebruiken en processen die de organisatie en werking van de overheid binnen de
politieke gemeenschap bepalen
o Constitutioneel recht (meestal in GW)
o Constitutionalisme = centrale kenmerk van het westerse constitutionele model dat de overheid en zijn werking niet
alleen organiseert, maar vooral ook de macht van de overheid wordt beperkt
o Doel: private sfeer van vrijheid voor burgers afschermen en verdedigen
o Inperkingen van de macht van de overheid zijn de rechtsstaat, mensenrechten en scheiding der machten
1
, 5 TRADITIONELE EN MODERNE OPVATTING OVER DE VERHOUDING TUSSEN OVERHEID EN RECHT
Modern
Traditioneel
o Heerser = hoogste rechter o Heerser = hoogste rechter + wetgever
o Geen nieuw recht creëren of bestaand recht o Recht spreken + nieuw recht maken
veranderen maar bestaand handhaven
o Rechter = degene die namens de heerser de
rechtsmacht over de rechtbank heeft
o Zorgt dat er een rechtszaak komt
o Bronnen
o Goddelijk recht
o Natuurrecht
o Gewoonterecht
▪ Usus: voor gelijkaardige
omstandigheden hetzelfde
gedrag
▪ Opinio juris: uitgroeien tot
dwingende plicht of recht
o Positief recht onderworpen aan constitutionele
o Positieve recht onderworpen aan goddelijke
regels
en/of natuurlijke recht
o Recht is instrument in handen van overheid om
o Recht geen instrument van heerser om zijn wil
politieke gemeenschap te sturen, een beleid te
aan de samenleving op te leggen, om zijn beleid
voeren
te voeren
o Jurisdictie verwijst naar de macht die de overheid
o Rechtspraak en wetgeving vallen zo goed als
of een instelling die deel uitmaakt van overheid
samen in de zin dat beide worden begrepen als
over het recht heeft
functies van de taak van de overheid om de
o Enerzijds om recht te spreken, anderzijds om
toepassing van het recht te garanderen
recht te maken of te veranderen (WM)
o Enerzijds door correcte toepassing van het recht
te bewaken, anderzijds door de kwaliteit van het
recht via wetgeving te vrijwaren
Externe soevereiniteit: Grondwet in formele zin = eigenlijke grondwet
- Afwezigheid van enig hoger gezag boven de staat Grondwet in materiële zin = constitutionele recht
- Onafhankelijkheid Constitutie: meestal Grondwet, maar niet altijd
Interne soevereiniteit:
- Staat heeft het monopolie van jurisdictie
- Het monopolie om recht te spreken of te handhaven met
uitsluiting van alle andere buitenlandse of binnenlandse
instituties
- In de staat is er een soeverein die de bron is van alle
overheidsmacht
2
, DEEL 2: DYNASTIEKE VORSTENSTAAT VAN HET ANCIEN
RÉGIME
HOOFDSTUK 2: CRISIS VAN DE RESPUBLICA CHRISTIA NA EN DE OPKOMST VAN DE SOEVEREINE
STAAT
1 FEODALITEIT, HEERLIJKHEID EN ONDERLING VERBAND
o Feodaliteit
o Contract leenheer – vazal
▪ Commendatio: bescherming – trouw
▪ Beneficium: goed in gebruik – vechten
o Versnippering macht
▪ Ambtslenen
▪ Onderbelenen
▪ Verzakelijking (erfelijk, verhandelbaar)
▪ Pluraliteit
o Heerlijkheid
o Lokale heren usurperen delen koninkrijk gezag
➔ Heerlijkheid door ooit feodaal contract te hebben gesloten
2 JUDICIUM PARIUM EN ZIJN EFFECTEN VOOR DE ORGANISATIE VAN DE RECHTSMACHT
o Heerser staat in voor vrede, bescherming volk tegen buitenlandse bedreigingen en binnenlands geweld
o Judicium parium = iedereen heeft recht om zijn geschillen voor te leggen aan een rechtbank van gelijken
o Veel rechtbanken met verschillende jurisdicties
o Elke rechtbank spreekt eigen recht → versnippering
3 RECHTSMACHT KERK + ROL VAN HET CANONIEK RECHT
o Keizer als hoofd van kerk op aarde → macht over zichtbare aspecten van het geloof
o Hervorming
o Emancipatie kerk van wereldlijk gezag
▪ Los van de wereld
▪ Paus tegen inmenging keizer
o Centralisatie kerk onder paus
o Paus = heerser van kerk
o Kerkelijke rechtbanken + pauselijke wetten/decreten → canoniek recht
▪ Procedure rechtbanken was inquisitoriaal
o Ook in domein van het wereldlijke → ook in seculiere sfeer
3
, o Alle rechtszaken die clerici betroffen → voor kerkelijke rechtbanken
o Ook internationaal recht, transnationaal recht, handelsrecht
Accusatoire procedure
- 2 partijen hebben heft in handen
- Zij brengen argumenten, bewijzen, getuigen aan…
- Rechter is neutrale toehoorder die debatten passief leidt en stuurt
Inquisitoriale procedure
- Rechter actievere rol
- Hij gaat zelf op zoek naar de waarheid, ondervraagt verweerder, speurt naar bewijzen…
4 VERSCHILLENDE BETEKENISSEN VAN HET MIDDELEEUWSE KEIZERSCHAP EN DE ROL VAN HET
ROMEINS RECHT
o Codificatie Justinianus
o Proberen rol keizer terug omhoog – paus, vorstendommen, koningen
o Debat legitimatie keizer + verhouding t.o.v. wereldlijke heersers
o Onderwezen
o Vaak aanvullend recht
o Jus commune = Romeins recht + canoniek recht + feodaal recht
Keizer = primus inter pares (verdediging, controle Italië, bescherming geloof, rechtsmacht)
5 ROL VAN DE REFORMATIE IN DE INEENSTORTING VAN DE RESPUBLICA CHRISTIANA
o Maarten Luther – paus + hervormingen + canoniek recht
o Vrede van Augsburg: elke vorst of bestuur binnen het Rijk die rechtstreeks van de keizer afhing, kreeg het recht de
confessie (katholiek of lutheraans) van zijn gebied en inwoners te bepalen)
o Contrareformatie
Kerk eerst eenheid, nu verdeeldheid
Geen universele toepassing canoniek recht meer
6 IMPACT VAN DE VEROVERINGEN VAN AMERIKA OP DE JURIDISCHE ORDENING VAN EUROPA
o Onderwerping niet-Europese gebieden en volkeren moesten juridisch gelegitimeerd worden
o Oorsprong landeigendom? Verhouding vorstelijke macht en onderdanen?
Jus commune toch niet zo universeel
Natuurrecht
7 ROL VAN DE MILITAIRE REVOLUTIE IN HET ONTSTAAN VAN DE SOEVEREINE STAAT IN DE 16/17 D E
EEUW
o Landen zetten zich af tegen hoger gezag en verwerven externe soevereiniteit → centrale overheid
o Introductie vuurwapens + kanonnen op schepen
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller brdgdg. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.42. You're not tied to anything after your purchase.