In dit document zijn de uitwerkingen van werkgroep 1 Verbintenissenrecht te vinden. Ook zijn de leerdoelen van week 1 uitgewerkt; deze zijn erg handig om te leren voor het tentamen.
Week 7
Inhoud van de verbintenis tot schadevergoeding
1. Korte beschrijving van de inhoud
In week 5 en week 6 is besproken wanneer er op grond van de wet een verplichting kan zijn om
schadevergoeding te betalen, namelijk op grond van eigen onrechtmatig handelen, of in een bepaalde
hoedanigheid (kwalitatieve aansprakelijkheid), of omdat er sprake is van een zogenaamde rechtmatige
daad, zoals zaakwaarneming.
Indien is vastgesteld dat er een schadevergoedingsplicht is, speelt de vraag wat de inhoud en de omvang
van deze schadevergoedingsplicht precies is. Die vraag moet worden beantwoord aan de hand van
afdeling 6.1.10 BW (art. 6:95 BW en verder). Deze afdeling geldt voor alle wettelijke
schadevergoedingsplichten. Onder meer het causaliteitsleerstuk van art. 6:98 BW is hierbij van belang.
Bij het in week 5 besproken causaliteitsvereiste in het kader van art. 6:162 BW is besproken dat
vastgesteld moet worden of er sprake is van een conditio sine qua non-verband tussen de onrechtmatige
gedraging en de schade. Bij het causaliteitsleerstuk van art. 6:98 BW, dat wil zeggen de vraag welke
schadeposten dan precies voor vergoeding in aanmerking komen, wordt een meer genuanceerde afweging
gemaakt, waarbij verschillende criteria een rol spelen.
Andere onderdelen van afdeling 6.1.10 BW zijn bijvoorbeeld: voordeelstoerekening (art. 6:100 BW),
zogenaamde ‘eigen schuld’ (art. 6:101 BW), medeschuld of hoofdelijkheid (art. 6:102 BW) en matiging door
de rechter (art. 6:109 BW). Art. 6:106 en 6:107 BW zien op immateriële schade en schadevergoeding bij
letsel en overlijden. Pijn en verdriet omdat een naaste verwond is of komt te overlijden door de fout van een
ander komt evenwel niet voor vergoeding in aanmerking op grond van deze bepalingen. Onder strikte
voorwaarden komt zogenaamde shockschade soms wel voor vergoeding in aanmerking, hierover gaat het
in deze week nader te bestuderen arrest HR 22 februari 2002, NJ 2002, 240 (Taxibus).
, 2. Leerdoelen
de regels aan de hand waarvan de omvang van de verbintenis tot schadevergoeding op grond van
de wet dient te worden bepaald opsommen, herkennen, toelichten en hanteren aan de hand van
concrete voorbeelden (op hoofdlijnen);
Verbintenis tot schadevergoeding
De verplichting tot het vergoeden van schade is een verbintenis; prestatieplicht van debiteur naar de
persoon die de schade heeft geleden (crediteur).
Bron van schadevergoedingsverbintenissen:
Obligatoire overeenkomst: partijen kunnen grotendeels zelf bepalen wat de inhoud van de daaruit
voortvloeiende contractuele verbintenissen zal zijn. Er kunnen ook afspraken worden gemaakt over
de eventueel te betalen schadevergoeding boetebeding.
Andere rechtsfeiten: onrechtmatige daad, zaakwaarneming, onverschuldigde betaling,
ongerechtvaardigde verrijking.
Art. 6:95 : schadebegrip
Art. 6:95 onderscheidt twee soorten schade die voor vergoeding in aanmerking komen, namelijk:
1. Vermogensschade (vermogensnadeel)
Dit valt in geld uit te drukken
Zie art. 6:96
Op grond van art. 6:96 lid 2 sub a moet degene die schade lijdt wel zo veel mogelijk zijn best
doen om de schade te beperken. Deze algemene aanvaarde regel ligt opgesloten in art.
6:101 dat betrekking heeft op ‘eigen schuld’.
Zie voorbeeld blz. 473 boek P&O
De bepaling van art. 6:96 lid 2 sub b houdt in dat als iemand schade veroorzaakt, het dan
redelijk is dat hij ook de kosten draagt die de benadeelde moet maken voor een taxatie van
de schade (bv. bij een aanrijding) of voor ander onderzoek (deskundigenonderzoek). De
maatregelen, en de kosten daarvan, moeten redelijk zijn; als dat niet zo is, dan blijven de
onredelijk gemaakte kosten voor rekening van de benadeelde.
De bepaling van art. 6:96 lid 2 sub c houdt in dat er bij het oplossen van een probleem,
zonder de rechter erbij te betrekken, ook kosten worden gemaakt. Voorbeeld: een advocaat
om advies vragen of laten optreden. Ook de tijd die besteedt is aan reizen en onderhandelen
over een oplossing valt hieronder.
2. Ander nadeel (immateriële schade)
Dit gaat om gekwetste gevoelens, en de compensatie hiervan wordt smartengeld genoemd.
Slechts 2 bepalingen die recht op smartengeld geven:
Art. 6:106 : vergoeding van immateriële schade
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller intissar_guds. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.43. You're not tied to anything after your purchase.