Handboek deel 1
1.1 De grondwet : basis van het Belgisch publiekrecht
1.1.1 Het ontstaan van België
1815-1830: België was een deel van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden
Koning Willem I was het staatshoofd
In 1830 ontsond er een revolutie: de Belgische Omwenteling
De Belgische Omwenteling= De Belgische Revolutie, Belgische Omwenteling
of Belgische Opstand is de gewapende opstand in 1830 tegen koning Willem I der
Nederlanden die tot afscheiding van de zuidelijke provincies leidde en tot de
onafhankelijkheid van België.
België werd onafhankelijk en besliste om een parlement te verkiezen en een
grondwet op te stellen -> Het Nationaal Congres
Het Nationaal Congres= was de grondwetgevende en eerste, voorlopige,
wetgevende vergadering van het onafhankelijke België na de omwenteling van
1830
Internationaal recht:
– internationaal privaatrecht:
verwijzingsregels -> gaat bepalen welke recht bevoegd is in een bepaald geschil
en met welk recht je dat geschil moet oplossen
– volkenrecht (internationaal publiekrecht) :
Regelt een houding tussen staten -> staat / staat
staat / internationale instellingen inrichting en werking int. instellingen
Raad van Europa: voor ons belangrijkste instelling
1.1.2 “Een grondwet”, wat is dat eigenlijk?
Grondwet= De Grondwet bepaald in grote lijnen hoe de staat bestuurd wordt,
met andere woorden hoe de instellingen (parlement, de regering, de
rechtbanken,…) georganiseerd zijn en hoe de burgers zich tot die instellingen
verhouden
Grondwet
Meest fundamentele wetgeving
Voor iedereen bindend: zowel voor burger als overheid
Een basisovereenkomst tussen de overheid en de burger
Bestaat uit rechtsregels
De Grondwet
Bepaalt wie bevoegd is om wetten te maken
Wie bevoegd is om die wetten uit te voeren
Wie bevoegd is die wetten toe te passen
Bepaalt ook welke rechten de burger kan laten gelden ten aanzien van de overheid
Een Grondwet legt dus de hoofdlijnen van de staatsstructuur vast in rechtsregels
Rechtsregels= zijn normen die juridisch afdwingbaar zijn, normen die iedereen moet
naleven, de rechter moet erop toe zien dat de burger en overheid zich daaraan houden
,De Grondwet is een geheel van fundamentele rechtsregels
I. De werking en de organisatie van de instellingen bepalen
II. De verhouding bepalen tussen de instellingen en de burger
III. De verhouding bepalen tussen de instellingen onderling
De Grondwet kan in België maar gewijzigd worden als de specifieke procedureregels
worden nageleefd
Fundamentele rechtsregels
Structuren en werking van staatsorganen -> inrichting en werking van de
staat
Bescherming van rechten en vrijheden
Gewone wetgever niet bevoegd
7.02.1831 -> hierop werd de grondwet officieel afgekondigd, goedgekeurd
1.2. De kenmerken van de Belgische staat
Nationaal Congres moesten fundamentele keuzes maken over de organisatie van
de nieuwe staat -> die keuzes zijn tot op vandaag de dag nog altijd
De kenmerken van ons staatsbestel
1. Scheiding der machten
2. Een monarchie
3. Representatieve en parlementaire democratie
4. Een rechtsstaat
1.2.1 De scheiding der machten
Franse filosoof Montesqiueu
Schreef in ‘De l’esprit des lois’ dat iedereen die macht heeft geneigd is die te
misbruiken
Vond de verdeling van de macht in de staat van het grootste belang
Volgens hem moest de macht verdeeld worden tussen drie instanties
I. De wetgevende macht
II. De uitvoernde macht
III. De rechterlijke macht
Essentieel: elke macht moet door de andere machten worden beperkt en
gecontroleerd -> zo wordt een evenwicht tussen de machten nagestreefd
Macht Instelling Bevoegdheid
, Wetgevende macht Het parlement en de koning - Het maken van
wetten
- Het controleren van
de uitvoerende
macht
Uitvoerende macht De koning en de regering - Leidt het land
- Voert de wetten uit
Rechterlijke macht De hoven en de rechtbanken - Uitspraken doen
over geschillen
Parlement bestaat uit 2 kamers
- De Senaat
- De Kamer van volksvertegenwoordigers
De scheiding der machten geldt niet alleen voor de federale overheid maar ook op
niveau van gemeenschappen en gewesten!
1.2.2 België is een monarchie
België is een monarchie
Het staatshoofd is een koning
Koning
Koning is overantwoordelijk en onbekwaam om alleen te handelen -> hij heeft geen
persoonlijke bevoegdheden, maar alleen bevoegdheden die hij uitoefent samen met
zijn regering
Koning heeft beperkte persoonlijke macht
Koninklijke functie gaat over van vader/moeder op zoon/dochter
Republiek
Aan het hoofd staat een president
President wordt verkozen
1.2.3 België is een representatieve en parlementaire democratie
Nationaal Congres moest ook bepalen wie de bevoegdheid zou krijgen de wetten te maken
Ze kende te taak toe aan een parlement van door de bevolking verkozen
parlementsleden
Eerste verkiezingen
Bij de eerste verkiezingen in 1831 hadden maar enkele brugers stemrecht -> enkel zij
die een bepaalde cijns (belasting) betaalden -> cijnskiesstelsel
Cijnskiesstelsel
Enkel de rijkere Belgen hadden het recht om de parlementsleden te kiezen
Is over de jaren heen geëvolueerd naar het stelsel van het algemeen enkelvoudig
stemrecht met voor elke burger een stem
, Evolutie cijnskiesstelsel
Evolueerde naar het stelsel van het algemeen enkelvoudig stemrecht met voor elke
burger een stem
Evolutie cijnskiesstelstel
I. 1831 -> Cijnskiesrecht -> alleen de burgers die een bepaalde cijns betalen hebben
stemrecht
II. 1893 -> het algemeen meervoudig stemrecht -> elke man van 25 of meer heeft een
stem, sommigen hebben meer stemmen
III. 1919 -> het algemeen enkelvoudig stemrecht -> elke man van 21 of meer heeft een
stem
IV. 1948 -> stemrecht voor vrouwen -> het stelsel van het algemeen enkelvoudig
stemrecht geldt voortaan ook voor vrouwen
V. 1981 -> de leeftijd om te stemmen wordt 18 jaar
VI. 1998 -> de Grondwet werd aangepast om burgers van de Europese Unie stemrecht te
geven bij de gemeenteraadsverkiezingen. Bij de andere verkiezingen tenzij bij die van
het Europees parlement, hebben zij geen stemrecht. Niet-Europese vreemdelingen
hebben op dat ogenblik nog geen stemrecht
VII. 2002 -> de grondwetgever heeft aan de wetgever de opdracht gegeven de nodige
maatregelen te nemen om tot een groter aantal vrouwelijke parlementsleden te
komen
VIII. 2004 -> er werd een wet aangenomen waardoor niet-Europese vreemdelingen
stemrecht krijgen bij de gemeenteraadsverkiezingen
Sinds 1893 geldt de stemplicht (opkomstplicht) -> voor de gemeenteraads- en
provincieraadsverkiezingen in Vlaanderen zal vermoedelijk vanaf 2024 geen
stemplicht meer gelden
Representatieve democratie
De bevolking oefent de wetgevende macht niet zelf uit maar laat zich
vertegenwoordigen door de verkozen parlementsleden
De gekozenen krijgen van de bevolking voor een bepaalde periode de vrijheid de
wetten te maken
Als de bevolking niet akkoord gaat met de parlementsleden kan ze bij de volgende
verkiezingen andere parlementsleden keizen
Via verkiezingen laat de bevolking zich vertegenwoordigen door parlementsleden om
wetten te maken
Parlementaire democratie
Hierin wordt alleen het parlement verkozen
Omdat de regering niet verkozen is, wordt ze gecontroleerd door het verkozen
parlement
Tegenhanger hiervan is het presidentieel stelsel
Presidentieel stelsel
Het staatshoofd wordt rechtstreeks door de bevolking verkozen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller victoiregarcia. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.48. You're not tied to anything after your purchase.