100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Probleem 5: Taalontwikkeling $3.21   Add to cart

Summary

Samenvatting Probleem 5: Taalontwikkeling

1 review
 91 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Ik schrijf samenvattingen met alle benodigde informatie voor het bloktentamen. Ik beschrijf de theorie heel duidelijk en eenvoudig zodat het makkelijk wegleest en toch alles bevat wat een student moet begrijpen en kennen om de bloktoets te halen. Ik ben begonnen met mijn samenvattingen aan studente...

[Show more]

Preview 2 out of 7  pages

  • Yes
  • February 28, 2019
  • 7
  • 2017/2018
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: romakalicharan • 4 year ago

avatar-seller
Probleem 5: Shakespeare to be
Literatuur:
● Santrock – Hoofdstuk 9
● Shaffer – Hoofdstuk 9
Leerdoelen:
● Hoe ontwikkelt taal? Wat zijn de invloeden op taalontwikkeling?
● Wat maakt taal leren op latere leeftijd moeilijk?
● Waar in de hersenen zijn de functies voor taal?
● Wat zijn fases en theorieën van taalontwikkeling


Taal: Vorm van communicatie dat is gebaseerd op een systeem van symbolen (gesproken, geschreven, getekend. Taal bestaat uit
woorden die gebruikt worden door een gemeenschap en de regels om deze te variëren en te combineren. Onderscheidt mensen
van dieren.
Communicatie: Proces waarbij organisme informatie overbrengt en een ander hiermee beïnvloed.


Talen hebben twee gedeelde eigenschappen:
● Infinite generativity: Bestaan uit individuele symbolen die via bepaalde regels gecombineerd kunnen worden om
eindeloze mogelijkheden/zinnen te creëren.
● Organizational rules: Regels/kennis is nodig om taal effectief te laten ontwikkelen. 5 componenten:
○ Phonology: Geluidssysteem van taal: klanken en geluiden en hoe deze worden gecombineerd.
Phoneme: basisgeluid, klein gedeelte wat betekenis heeft. Een bepaalde klank kan de betekenis
veranderen.
○ Morphology: Hoe woorden worden gevormd.
Morpheme: Woord of deel van een woord, dat niet opgebroken kan worden in kleinere stukken met een
betekenis. De regel van morphology beschrijft hoe betekenisvolle delen (morphemes) kunnen worden
samengevoegd tot woorden.
■ Free morphemes: woorden met een op zichzelf staande betekenis
■ Vaste/Bound morphemes: woorden die niet op zichzelf kunnen staan.
○ Syntax: Hoe woorden worden gecombineerd tot acceptabele zinnen. (grammatica)
○ Semantics: Betekenis van woorden en zinnen.
○ Pragmatics: Regels die gebruikt worden om effectief te kunnen communiceren in verschillende situaties.
Om deze regels te begrijpen moet je de regels van de cultuur kennen. Functie, bruikbaarheid.
■ Sociolinguistic knowledge: cultuur bepaalde regels over hoe je taal moet gebruiken in een
bepaalde situatie.
○ Prosody: intonatie waarmee iets wordt uitgesproken


Motherese: “mamataaltje” Tactieken die ouders gebruiken om taal te leren aan hun kind:
● Recasting: grammaticaal correct herhalen van uitspraak van een kind
vb. I want eat → What do you want to eat?
● Expanding: uitgebreid goed herformuleren, complexer maken wat een kind heeft gezegd.
vb. Ik nieuwe schoenen → ja, jij hebt mooie nieuwe rode schoenen
● Labeling: identificeren van de namen van objecten
● Topic extension: reageren op grammaticale correcte zinnen en conversatie verlengen. doorgaan op onderwerp als
kind een grammaticaal correcte zin maakt, snapt kind dat het correct was.
● Child-directed speech: eenvoudiger en hogere toonhoogte dan normaal gebruiken om taal te leren aan kind.
● Rising intonations: om aandacht van een baby te krijgen.
● Falling intonations: om voor comfort te zorgen en positieve effecten te veroorzaken bij de baby (Lachen, twinkelende
oogjes etc.)

Taalontwikkeling


Prelinguistische fase: (0-12 maanden): periode vóór woorden, eerste klanken en beginnen met praten.
Productive language: waarop je je kunt uitdrukken. Wat het kind gaat uiten, door middel van eigen spraak.
Voordat kinderen kunnen spreken, maken zij geluiden. Functies van deze geluiden zijn om te oefenen met communiceren en om

, aandacht te trekken. De geluiden van baby’s gaan door de volgende volgorde in het 1e jaar:
1. Huilen: geboorte → verschillende type huilen zoals basic cry, anger cry en pain cry (probleem 2)
2. Koeren (Cooing): 2 maanden → klinkergeluiden die achter in de keel worden gemaakt en meestal worden gebruikt
om te laten zien dat ze het naar hun zin hebben tijdens spelletjes.
3. Babbelen: rond half jaar → combinaties van medeklinkers zoals ba-ba-ba. Kinderen die doof zijn geboren gaan
‘babbelen’ met hun handen en vingers.
Maken van gebaren: 8 - 12 maanden→ wijzen, gedag zwaaien en ja knikken.
● Wijzen is volgens sommige onderzoekers heel belangrijk. Volgt de volgorde van ontwikkeling: van wijzen zonder naar
de ouder te kijken, naar wijzen terwijl je heen en weer kijkt van ouder naar object. Wanneer kinderen rond deze
leeftijd nog niet wijzen kan er iets mis zijn met communicatievaardigheden.
○ proto-declaratief wijzen: wijzen naar object terwijl ze naar
anderen kijken zodat iemand het ziet. (interesse willen delen
met een ander)
○ proto-imperatief wijzen: wijzen naar object zodat iemand er
iets mee doet.
Receptive language: wat je begrijpt als een ander vertelt. Voordat kinderen woorden
leren, kunnen ze al geluiden van taal onderscheiden.
● Vanaf de geboorte tot ong 6 maanden kunnen kinderen onderscheid
maken tussen geluiden in elke taal.
● De 6 maanden daarna focus op de eigen taal
● Vanaf 8 maanden beginnen kinderen woordgrenzen te herkennen



Holofrastische fase (12-18 maanden): Holophrases: één-woord zinnen, kunnen
ambigue betekenissen hebben→ moet bepaalde intonatie hebben om anderen te
laten begrijpen wat ze bedoelen. Eerste woord van baby’s komt rond 10-15 maanden
en gemiddelde ligt op 13 maanden. Eerste woord meestal om belangrijke mensen te
beschrijven (dada), bekende dieren, voertuigen, speeltjes, eten, lichaamsdelen,
kleren, spullen in het huis en begroetingen.
● Turn taking: 12 maanden→ interactieve communicatie met de ouders
● Receptive vocabulary (begrepen woorden) is groter dan spoken
vocabulary (gebruikte woorden).
→ Kinderen begrijpen bij 13 maanden ong 50 woorden, bij 18 kunnen
ze er pas zoveel uitspreken.
● Vocabulary spurt/Naming explosion: grote groei in woordenschat
tussen 18-24 maanden. Kind leert dan per dag ong. 10-20 woorden. →
Bij 18 maanden 50 woorden gebruiken, bij 2 jaar 200 woorden spreken.
● Dit komt door Fast mapping: woord linken waar het naar verwijst
○ Referential Style: taal gebruiken om objecten te kunnen
benoemen.
○ Expressive Style: taal gebruiken om jezelf te uiten, komt
minder voor.
○ Processing constraints: cognitieve strategieën om de mogelijkheden te verkleinen wat een woord kan
betekenen: om de betekenis voor woorden te vinden.
■ object scope constraint: aanname dat woorden refereren naar het gehele object en niet naar
delen van dat object.
■ mutual exclusivity constraint: aanname dat ieder object één label heeft en dat andere woorden
verwijzen naar afzonderlijke, niet overlappende categorieën.
■ lexical contrast constraint: aanname dat ieder woord zijn eigen unieke betekenis heeft. → als dit
fout is overextension
■ taxonomic contraint: aanname dat woorden in dezelfde categorie ook dezelfde kenmerken
hebben. → als dit fout is underextension
○ Syntactical Bootstrapping: aan de hand van grammatica betekenis van een woord leren, en om de conclusie
te trekken dat een woord naar een object , actie of een eigenschap verwijst. In oosterse culturen ligt meer

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller fieketran. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21  2x  sold
  • (1)
  Add to cart