DOMEIN C: VERHOUDING
Subdomein C1: verhoudingen: nationaal en internationaal
Sociale ongelijkheid is in iedere samenleving in een of andere vorm geïnstitutionaliseerd.
Het kan aanleiding geven voor conflicten.
Vier soorten van ongelijkheid:
Op basis van ongelijke verdeling van hulpbronnen
- Ongelijke verdeling van economische hulpbronnen: geld, bezit, schaarse en
hooggewaardeerde consumptiegoederen, inkomen en soms opleiding en
beroepservaring (want daardoor verdient men geld).
o Opleidingsniveau is regelmatig een verklarende factor voor ongelijkheid in
NL.
- Ongelijke verdeling van sociale hulpbronnen: netwerk.
- Ongelijke verdeling van symbolische hulpbronnen: status, aanzien.
o Status: waardering en behandeling van personen op grond van hun
maatschappelijke positie en levensstijl.
- Ongelijke verdeling van politieke hulpbronnen: macht, gezag, fysieke of juridische
dwangmiddelen.
Verhoudingen tussen staten veranderen door:
- Groeiende wederzijdse afhankelijkheid.
- Schaalvergroting en globalisering van de economie.
- Groeiende samenwerking tussen staten.
Sommige landen of machtsblokken willen hun invloed maximaliseren met machtsstrijd tot
gevolg.
Theorieën die gedrag van nationale staten onderling verklaren:
- Realistische theorieën
o Internationale verhoudingen als een machtsstrijd.
o Veiligheidsdilemma: bewapen jezelf, want andere staten zijn niet te
vertrouwen (je gaat ervan uit dat andere staten je aan willen vallen).
o Conflicten tussen staten ontstaan als er geen machtsbalans is; oorlog is dus
te voorkomen door machtsevenwicht of machtsoverwicht.
o Samenwerking alleen als het nationale belang erbij gediend is.
o Oorlog kan economische belangen veiligstellen of grotere eigen veiligheid in
de internationale sfeer verwerven.
- Marxistische theorieën
o Internationale verhoudingen begrijpen door analyse van de onderliggende
structuur.
Structuur gevormd door kapitalistische productiewijze, gekenmerkt
door machtsongelijkheid tussen de bezitter en niet-bezitters van
productiemiddelen.
o Goed draaiende economie is belangrijke factor in internationale
machtsverhoudingen.
10
, o Kapitaal streeft naar groei en trekt zich niets aan van grenzen, terwijl staten
bedrijven willen aantrekken voor werkgelegenheid en welvaart.
o Zo worden staten tegen elkaar uitgespeeld en ontstaat een verhouding
tussen arme en rijke landen.
- Liberale theorieën
o Oorlogen zijn geen natuurlijk gegeven (realistische theorie zegt van wel).
o Nationale belang bestaat niet.
o Internationale samenwerking wenselijk, als het bijdraagt aan vrede,
vooruitgang en welvaart. Kan alleen als er gekeken wordt naar het
gemeenschappelijke belang.
o Staten hebben soevereiniteit, maar er zijn veel meer factoren
(organisaties/bedrijven) die verhoudingen tussen staten bepalen.
o Internationale verhoudingen bepaald door interdependentie.
- Sociaalconstructivisme theorieën
o Sociale wereld (ideeën/gedachten/betekenissen) verschilt wezenlijk van
fysieke wereld (materieel).
Socialisatie bepaalt je sociale wereld.
o De betekenis van macht, machtsverhoudingen en verhoudingen tussen
staten worden geconstrueerd door socialisatie.
o Normen worden geïnternationaliseerd en geïnstitutionaliseerd en
beïnvloeden de opvattingen van actoren over legitiem handelen.
- Politiek psychologische theorieën
o Contacten tussen staten verlopen tussen mensen die individueel of in
groepen vormgeven aan de verhoudingen tussen staten.
o De psyche van de betrokken (mensen die in naam van een staat optreden in
internationale aangelegenheden) is in grote mate bepalend voor de
internationale machtsverhoudingen.
Psyche: karakters, capaciteiten, kennis, vooroordelen, etc.
Subdomein C2: macht en gezag
Macht op verschillende niveaus:
- Microniveau: tussen individuen
- Mesoniveau: groepen, organisaties en instituties
- Macroniveau: maatschappelijk, internationaal
Machtsevenwicht: als (de voornaamste) actoren ongeveer evenveel macht hebben en hun
wil niet kunnen opleggen aan anderen.
Soorten macht:
- Formele macht: afgesproken en vastgelegd.
- Informele macht: niet vastgelegd, maar op basis van uitstraling, capaciteiten, kennis
of traditie.
Machtsbronnen:
- Economisch: op basis van geld, productiemiddelen, dominantie in internationale
handel.
- Cognitief: op basis van waardevolle kennis.
- Affectief: op basis van positieve of negatieve gevoelens.
11
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hannahdewildt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.78. You're not tied to anything after your purchase.