H8, 12,14,15,16,17,19,20,21,22 en 23
March 10, 2019
15
2018/2019
Summary
Subjects
knot dickscheit
spo
gedrags en opvoedingsproblemen
orthopedagogiek maakt verschil
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
SPO Groningen
Pre-master Orthopedagogiek
Gedrags- en opvoedingsproblemen
All documents for this subject (2)
4
reviews
By: yvonvandorp • 4 year ago
By: hessie_supergirl • 5 year ago
By: bentediender • 5 year ago
By: annelienijholt • 5 year ago
Seller
Follow
AnneKruit
Reviews received
Content preview
Orthopedagogiek maakt verschil!
H8. Classificatie van (opvoedings)problemen: CAP-J als nieuwe DSM vanuit het perspectief
van de diagnostische cyclus.
Een begrijpelijk misverstand rondom de diagnostische cyclus is dat het onvoldoende
mogelijkheden biedt voor diagnostiek gericht op opvoedingsproblemen. Volgens De Bruyn
en Ruijssenaars wordt in elke stap informatie van de opvoeders betrokken in het proces. Het
misverstand is ontstaan, omdat opvoedingsproblemen alleen worden geconstateerd als uit
de verklaringsanalyse blijkt dat de manier van opvoeden of het gezinsklimaat bijdraagt aan
het ontstaan van en het instant houden van het probleemgedrag.
Het Classificatiesysteem voor de aard van de problematiek van cliënten in de jeugdzorg
(CAP-J) is de eerste stap in de ontwikkeling van een volledig empirisch onderbouwd
classificatiesysteem voor opvoedingsproblemen. Dit draagt bij aan verdere
professionalisering van de jeugdzorg.
Opvoedingsproblemen in diagnostische cyclus (CD)en praktijkleer van de diagnostisch
cyclus (PLDC).
De diagnostische cyclus is een model van diagnostische besluitvorming. De fasen van de
diagnostische cyclus zijn: klachtanalyse, probleemanalyse, oorzaakanalyse en
indicatieanalyse. Elke fase resulteert in het stellen van een diagnose. Er wordt duidelijk of de
cliënt in aanmerking komt voor hulpverlening, maar het is niet meteen duidelijk hoe de
cliënt het beste geholpen kan worden. Het uitgangspunt van de diagnostische cyclus is de
problematiek van het individu.
De praktijkleer van de diagnostische cyclus neemt de problematiek van het kind en de
jongere zoals geformuleerd bij de aanmelding als uitgangspunt. De opvoeders spelen
nagenoeg steeds bij het onderzoek van het kind of jongere een rol. Het is logisch dat
opvoedingsproblemen worden bespreken. De manier waarop dit gebeurt is afhankelijk van
de plaats van de opvoeders in de verschillende fasen van de diagnostische cyclus.
De klachtanalyse of probleemanalyse is een verheldering van de problemen zoals
ouders die bij hun kind of in relatie tot hun kind ervaren. In de fase fungeren ouders
als belangrijk informatiebron bij het in kaart brengen van het probleemgedrag van
het kind.
In de verklaringsanalyse wordt nagegaan welke condities bij het kind, de omgeving of
interacties daartussen het geïdentificeerde probleem hebben kunnen doen ontstaan.
Het gaat hierbij niet om het classificeren van opvoedingsgedrag maar om gericht
nagaan of bepaalde gedragingen al dan niet voorkomen.
De indicatieanalyse zal het opvoedingsgedrag van de ouder bespreken. Dit gebeurt
zowel bij het inschatten van de kans op slagen van de interventie, als bij het maken
van afspraken ter ondersteuning van de behandeling.
Het opvoedingsgedrag van ouders is een belangrijk component in de diagnostische
besluitvorming die beoogt bij te dragen aan hulpverlening gericht op het behandelen van
emotionele en/of gedragsproblemen bij kinderen.
, In de praktijkleer van de diagnostische cyclus heeft onderkenning geen betrekking op het
vaststellen van specifiek gedrag (bijvoorbeeld niet kunnen stilzitten), maar om het
identificeren van het soort gedrag (bijvoorbeeld hyperactiviteit) op basis van de ordening
van bij het kind vastgestelde probleemgedragingen. Classificatie van probleemgedrag kan in
de praktijkleer van de diagnostische cyclus aan de hand van bijvoorbeeld de DSM.
In de verklarings- en indicatieanalyse gaat het niet om het ordenen en classificeren van
opvoedingsgedrag, maar om het toetsen of een vooraf als verklarende conditie specifiek
opvoedingsgedrag bij de ouders aanwezig is of is geweest.
CAP-J als nieuwe DSM voor de jeugdzorg
Als classificatiesysteem is de CAP-J gelijk aan de opzet van de DSM. De CAP-J kan ook in
combinatie met de ICD worden gehanteerd. De problemen die met het CAP-J in kaart
worden gebracht, zijn niet zo ernstig dat ze de kwalificatie ‘stoornis’ verdienen.
Het CAP-J is een vijfassig systeem. Er wordt per categorie een beschrijving van de kenmerken
van het probleem gegeven, waar mogelijk een onderscheid gemaakt in subtypes en/of
specificaties. Er zijn vier classifcatieniveaus (as, groep, rubriek en subrubliek). De assen van
de CAP-J zijn:
A. Psychosociaal functioneren van de jeugdige
B. Lichamelijke gezondheid aan lichaam gebonden functioneren jeugdigen
C. Vaardigheden en cognitieve ontwikkeling jeugdige
D. Gezin en opvoeding
E. Jeugdige en omgeving
Relatie tussen CAP-J problemen en DSM-IV, opvoedingsproblemen uitgezonderd
Een groot aantal probleemgebieden beschrijft de minder ernstige variant van DSM-
stoornissen. Er worden ook problemen in de CAP-J beschreven die niet als directe minder
ernstige varianten van DSM-IV-stoornissen kunnen worden gezien, zoals sociale
vaardigheden en problemen in de gewetensontwikkeling/ morele ontwikkeling. Bij de
verschillende problemen zijn subtypes beschreven.
Relatie tussen CAP-J-opvoedingsproblemen en DSM-IV
Op de D-as wordt problematisch opvoedingsgedrag van de ouder ten opzichte van de
jeugdige besproken. Er is een belangrijk verschil in de DSM-IV gaat het om relatieproblemen;
het gaat om relatieproblemen die samenhangen met significante beperking in het
functioneren of met symptomen bij een of meerdere leden van een samenlevingsvorm of
met stoornissen in de samenlevingsvorm zelf. De CAP-J-relatie en gezinsproblemen worden
als opzichzelfstaande problemen benoemd.
CAP-J kan worden gezien als uitbreiding van de DSM.
H12. Interpersoonlijke communicatie: orthopedagogische interventies maken het verschil.
Het beeld ‘La Cathédrale’ geeft twee handen weer die elkaar de ruimte geven en elkaar niet
verstikken. Dit beeld is gebruikt, omdat handen ook de communicatie bij personen met
doofblindheid mogelijk maken.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnneKruit. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.78. You're not tied to anything after your purchase.