Samenvatting van het boek Media en publiek van Connie de Boer en Swantje Brennecke. De samenvatting sluit aan op de lessen Communicatie, gegeven op de opleiding Creative Business op Saxion Hogeschool Enschede. In deze samenvatting worden de hoofdstukken 1 t/m 10 behandeld, met uitsluiting van hoofd...
Media en publiek samenvatting Maud Exel CB Saxion leerjaar 1
SAMENVATTING MEDIA EN PUBLIEK
HOOFDSTUK 1 T/M 10
Hoofdstuk 1: Almacht van de media
1.1 Inleiding
Bij de almacht van de media-theorie hoort het volgende model van communicatie:
Zender Ontvanger
Boodschap ---------> Effect
Kenmerken van de 'almacht van de media-theorie':
De massamedia bereiken iedereen
Het beïnvloedingsproces is eenrichtingsverkeer van de zender naar de ontvanger
Er is een direct verband tussen inhoud van de boodschap en invloed op de ontvanger
De ontvanger is in staat en bereid alle boodschappen op te nemen
De ontvanger neemt de inhoud van de boodschap passief en kritiekloos over
De (veelal slechte) invloed van de media wordt niet betwijfeld
Er zit geen 'filter' tussen zender en ontvanger
De 'massamens' is meer ontvankelijk voor de invloed van de media dan de elite
1.2 Varianten op de theorie
Naamgevingen binnen de 'almacht van de media-theorie':
Stimulus-responsmodellen: gebaseerd op het directe verband tussen de inhoud van een boodschap en
het effect daarvan
Injectienaaldtheorie: gebaseerd op het directe verband tussen de inhoud van een boodschap en het
effect daarvan. Beeld verwijst bovendien naar de passiviteit van de ontvangers
Transportband: gebaseerd op het directe verband tussen de inhoud van een boodschap en het effect
daarvan
Lont in het kruitvat: illustreert de grote zekerheid over het effect dat zal optreden. De lont hoeft alleen
maar aangestoken te worden, de rest volgt vanzelf
Bullet theory: verwijst ook naar het eenrichtingsverkeer in het communicatieproces en naar de
passieve rol van de ontvanger. Zender schiet kogels af; ontvanger wordt beschoten
Naast deze metaforen en naamgevingen zijn er ook nog twee modellen van belang m.b.t. de almacht van de
media-theorie, namelijk:
Model van Laswell (1948):
Beschrijft het communicatieproces verbaal: "who says what, in which channel, to whom, with what effect?"
Who zender
Says what boodschap
In which channel kanaal/medium
To whom ontvanger
With what effect effect
Model van Shannon en Weaver (1949):
In hun omschrijving noemen ze de mogelijkheid dat tijdens het proces dingen gebeuren die door de zender niet
bedoeld zijn.
ontvangen
Bron -------------->kanaal---------->ruis-------------->ontvanger--------------->eindbestemming
boodschap signaal signaal boodschap
1
, Media en publiek samenvatting Maud Exel CB Saxion leerjaar 1
Weaver maakte nog onderscheid tussen informatie en betekenis. Boodschappen worden geëncodeerd in
signalen en later weer gedecodeerd. De informatie van de bron kan bij het encoderen een andere betekenis
hebben dan bij het decoderen. Tijdens het verzenden kan het signaal bovendien verstoord worden, waardoor
de informatie vertekend overkomt (ruis).
1.3 Illustraties van het almachtdenken
1.3.1 De rol van de propaganda
WO1:
soldaten kwamen erachter dat het afschilderen van de vijand als een soort monsters, maakte dat mensen
eerder geneigd waren het voeren van oorlog tegen die vijand goed te keuren (propaganda-instrument, Laswell
1927).
Golfoorlog 1991:
Verpleegster vertelde dat ze had gezien dat soldaten van Saddam Huissein in Koeweit baby's uit de
couveuse haalden en op de grond gooiden
Bleek later nep: bericht was afkomstig van Amerikaanse public-relationsbureau, dat op dat moment
werkte voor de Koeweitse regering in ballingschap
De 'verpleegster' was de dochter van de Koeweitse ambassadeur bij de VN
Gebruiken van propaganda:
Er wordt gedoeld op de verspreiding van communicatieboodschappen die tot doel hebben het publiek
in de (door de zender gewenste richting) te beïnvloeden
Tussen de twee wereldoorlogen werd er heel veel aan propaganda gedaan. Het was een vorm van
reclame maken. Na WO2 kwam er toch een te negatieve lading aan het woord te zitten
1.3.2 Het Institute for Propaganda Analysis
Institute for Propaganda Analysis:
In 1937 opgericht met Hadley Cantril (sociaal psycholoog) als eerste president en Clyde Miller als
directeur
Oprichters en medewerkers waren bezorgd over de opkomst van het nationaalsocialisme in Duitsland
en over de mogelijke effecten van nazipropaganda op de bevolking van de VS
Het instituut inspecteerde 7 propagandatechnieken en verspreidde de beschrijvingen ervan door de VS. Doel
was de bevolking te waarschuwen. Het gaat om de volgende technieken:
1. Name calling
Het aanduiden van een idee, persoon of bedrijf met een woord dat een negatieve connotatie heeft. Dit zal
ertoe leiden dat mensen het idee, de persoon of het bedrijf verwerpen zonder daar verder redenen of bewijs
voor te zoeken.
2. Glittery generality
Het aanduiden van een persoon, product of idee met een woord dat een positieve connotatie heeft. Mensen
accepteren het idee zonder dat er verdere argumenten voor nodig zijn.
3. Transfer
Als een product (of ander ding) acceptabeler wordt dankzij associatie met de gerespecteerde eigenschappen
van een ander object. De eigenschappen van dit object worden overgebracht op het product waarvoor men
reclame wil maken.
4. Testimonial
Een soort getuigenis van 'goede' en 'slechte' mensen waardoor het idee in een goed of slecht daglicht wordt
geplaatst.
5. Plain folks
Een idee wordt als het ware gepresenteerd als 'van het volk': de opvatting van gewone mensen. Als een hele
grote groep mensen een bepaalde overtuiging heeft, dan moet die overtuiging wel waar zijn.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maudexel. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.