100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Anatomie en Fysiologie, alle hoofdstukken $22.27   Add to cart

Summary

Samenvatting Anatomie en Fysiologie, alle hoofdstukken

24 reviews
 895 views  64 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting Anatomie en Fysiologie, alle hoofdstukken Boek: Anatomie & Fysiologie J.A.M. Baar Drs. C.A. Bastiaanssen Drs. A.A.F. Jochems ISBN: 3373

Preview 4 out of 80  pages

  • Yes
  • March 14, 2019
  • 80
  • 2018/2019
  • Summary

24  reviews

review-writer-avatar

By: sulafy • 1 year ago

review-writer-avatar

By: uka_03 • 1 year ago

review-writer-avatar

By: keniavaldez • 2 year ago

review-writer-avatar

By: gracy-30 • 2 year ago

Translated by Google

Looks good. All chapters available. Top!

reply-writer-avatar

By: CarlavanBuggenum • 2 year ago

Translated by Google

Thanks for the review. Good luck with studying!

review-writer-avatar

By: negarnezhad • 2 year ago

review-writer-avatar

By: keniavaldez • 2 year ago

review-writer-avatar

By: marends9 • 2 year ago

Show more reviews  
avatar-seller
Anatomie en Fysiologie
Samenvatting hoofdstuk 1 Lichaam en uiterlijk

1.1 Opbouw en eenheid van het lichaam

Cel WeefselOrgaanOrgaanstelsel  Organisme

Cel:
Hebben niet allemaal dezelfde functie, ze zijn gespecialiseerd en hebben daarom een bepaalde
vorm. Vorm en functie zijn altijd gekoppeld.
Spiercel zorgt voor beweging.
Zenuwcel zorgt voor doorseinen van berichten in de vorm van stroompjes.
Botcel zorgt voor stevigheid.

Weefsel:
Een groep cellen met dezelfde vorm en functie.
Bv. Spierweefsel, zenuwweefsel en beenweefsel.

Orgaan:
Een groep verschillende maar samenwerkende weefsels. Een orgaan heeft een of meerdere
functies. Bv. hart zorgt voor de circulatie van het bloed.

Orgaanstelsel:
Een groep samenwerkende organen die belast is met het uitvoeren van een bepaalde functie. Bv.
verteringskanaal zorgt voor de vertering van ons voedsel zodat het in het bloed kan worden
opgenomen. Bevat organen zoals; slokdarm, maag en darmen.

Organisme:
Verschillende samenwerkende orgaanstelsels.

1.2 Kenmerken van het leven

- Stofwisseling
- Groei
- Prikkelbaarheid & prikkelverwerking
- Beweging & voortbeweging
- Voortplanting

Stofwisseling:
Alle bewerkingen die stoffen ondergaan vanaf het moment van opname door de mond tot en
met de afgifte van afvalstoffen. Bv. de vertering in het verteringskanaal, de verbranding in de
cellen en de vorming van eiwitten.

Groei:
Volume vergroting van het lichaam. Cellen worden groter en er worden nieuwe cellen gevormd.
Bv. celdeling.

Prikkelbaarheid & prikkelverwerking:
Het lichaam reageert op prikkel van buitenaf zoals licht, geluid. Ook op prikkels van het lichaam
zelf zoals pijnprikkels. Door het neurologisch stuurmechanisme worden we gewaar van deze
prikkels. Bv. we zien of horen iets.

, Beweging & voortbeweging:
Door spieren kunnen we lichaamsdelen beweging of ons geheel verplaatsen.

Voorplanting:
Hierdoor blijft het menselijk soort voortbestaan.

1.3 De cel : Fundamentele eenheid van het lichaam

Cytologie:
De leer van de cel. (Cytos = cel, Logos = kennis)

In de cel bevindt zich de kern (nucleus) dat wordt begrensd door het kernmembraan.
Kernmembraan zorgt voor uitwisseling van stoffen tussen kernplasma en celplasma door de
poriën.
Het protoplasma in de kern; kernplasma. (bevat kernlichaampjes en 46 chromosomen )
Het protoplasma buiten de kern; celplasma.




Celplasma

Kern membraan met poriën
Kernplasma
Kern Kernlichaampje




Celmembraan




1.3.1 Gewone celdeling / mitose
Door celdeling ontstaan nieuwe cellen. Oude cellen sterven af.
Jonge mensen: Cel productie groter dan afbraak.
Volwassenen: Cel productie en afbraak is in evenwicht.
Ouderen: Cel afbraak groter dan productie.

- Lichaamscel met 46 chromosomen in de kern
- De chromosomen hebben zich verdubbeld en er ontstaan twee nieuwe kernen en cellen
- De oude cel heeft zich gesplitst in twee nieuwe cellen, elk met 46 chromosomen




1.3.2 Reductiedeling / meiose

, Reductiedeling komt uitsluitend voor in de geslachtsklieren zoals; eierstokken bij de vrouw
en zaadballen of testes bij de man. Bij reductiedeling wordt het aantal chromosomen
verminderd tot de helft, 23 dus. Zo ontstaan voortplantingscellen / geslachtscellen. Bij de
vrouw eicellen genoemd en bij de man zaadcellen genoemd .

Verschil tussen mitose en meiose:
- Bij meiose worden chromosomen gehalveerd. Bij mitose niet.
- Bij meiose verloopt de celdeling in 2 stappen waardoor er ipv 2, 4 nieuwe cellen ontstaan.




1.4 Erfelijkheid

Kinderen vertonen gelijkenissen met ouders, dit komt door:
- De gelijksoortige omstandigheden waarin kinderen opgroeien. (sociale en milieufactoren)
- De biologische overdracht. (erfelijke factoren)

Genen:
Bevinden zich in de chromosomen. Via genen worden zowel positieve als negatieven
eigenschappen overgedragen zoals ziekten.

Genetica of erfelijkheidsleer:
Wetenschap die onderzoek doet naar de eigenschappen van de genen.

Meisje of jongen?
Dit wordt bepaald door de geslachtshormonen. Een embryo ontstaat wanneer een zaadcel met
23 chromosomen en eicel met 23 chromosomen samensmelten. Elk embryo heeft dus weer 46
chromosomen.

Geslachtscel vrouw: XX
Geslachtscel man: XY

Meisje ontstaat door X van moeder en X van vader.
Jongen ontstaat door X van moeder en Y van vader.




1.5 Weefsels

, Cel differentiatie:
Cellen gaan zich op verschillende manieren ontwikkelen. Ze gaan zich specialiseren waardoor er
verschillen in vorm en functie ontstaan.

5 Hoofdgroepen van verschillende weefsels:
 Dekweefsel (epitheel)
 Steunweefsel (bindweefsel, kraakbeen en been)
 Spierweefsel
 Zenuwweefsel
 Transportweefsel (bloed)

1.5.1 Dekweefsels

Eigenschappen:
- Cellen van dekweefsel vormen een aaneengesloten laag zonder tussencelstof.
- Bevat geen bloedvaten waardoor het gevoed moet worden door de onderliggende laag
bindweefsel.
- Er bestaan twee soorten dekweefsels:
1. Buitenlaag van het lichaam: zoals opperhuid
2. Binnenbekleding van holle organen: zoals spijsverteringskanaal en bloedvaten
slijmvlies
- Eenlagig: op plaatsen waar de kans klein is op beschadiging zoals de maag.
- Meerlagig: op plaatsen waar de kans op beschadiging groot is zoals in de mond- en keelholte
en de slokdarm.

Functies dekweefsel:
 Begrenzend
 Resorptie: opnemen van verteerde voedsel vanuit darmkanaal naar het bloed.
Bv . het dekweefsel aan de rand van de darm heeft een belangrijke resorptiefunctie.
 Secretie: afscheiden van stoffen. Men maakt onderscheid tussen slijmcellen en klierweefsel.

Slijmvlies:
Wanneer het dekweefsel de binnenbekleding vormt van inwendige organen die in verbinding
staan met de buitenwereld spreekt men van een slijmvlies. Bv. slijmvlies van verteringskanaal
of vagina. Wordt zo genoemd omdat er in dit vlies veel cellen liggen die slijm produceren wat
een goed glijmiddel is. Geeft bovendien bescherming tegen uitdroging en tegen inwerking
van zuren. Bv. maagwand produceert veel slijm om zich zo te beschermen tegen de zuren.

Klieren:
- Exocriene klieren  klier met afvoerbuis
Bv. klieren van het verteringskanaal zoals speekselklieren, maagsapklieren en
darmsapklieren. Ook bv. zweetklieren.
- Endocriene klieren / hormoonklieren  klier zonder afvoerbuis
Bv. Klier geeft gevormde hormoon direct af aan het bloed. Zoals de schildklier/bijnieren.
- Alvleesklier / pancreas is een voorbeeld van een gemengde klier. Het alvleeskliersap wordt
met een afvoerbuis afgevoerd naar de dunne darm om te helpen bij de vertering. De
alvleesklier produceert ook een hormoon; insuline, wat meteen aan het bloed wordt
afgegeven. Hormonen van de alvleesklier worden geproduceerd in de eilandjes van
Langerhans.
1.5.2 Steunweefsel

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller CarlavanBuggenum. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $22.27. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67232 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$22.27  64x  sold
  • (24)
  Add to cart