Methoden, technieken en statistiek 4 / MTS 4 (201300032)
Institution
Universiteit Utrecht (UU)
Book
Praktijkgericht kwalitatief onderzoek
Dit is een samenvatting van het boek van Doorewaard, Kil en van de Ven, dat gelezen moet worden voor het kwalitatieve spoort van MTS4 2019. Fase 1 t/m 9 zijn uitgewerkt (dit is de verplichte stof) waarbij bij ieder van deze fase is overzichtelijk samengevat aan de hand van de leerdoelen die bij de ...
Inleiding fase1, fase2, fase3, fase4, fase5, fase6, fase7, fase8 en fase9 (fase 10 niet, maar dit is
March 15, 2019
17
2018/2019
Summary
Subjects
mts4
asw
kwalispoor
doorewaard
kwalitatief
2019
2018
algemene sociale wetenschappen
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Universiteit Utrecht (UU)
Algemene Sociale Wetenschappen
Methoden, technieken en statistiek 4 / MTS 4 (201300032)
All documents for this subject (7)
5
reviews
By: ellaberenschot • 1 year ago
By: merijnzomer • 4 year ago
By: switsmeer • 4 year ago
By: gerardpiqu • 5 year ago
By: Jeroen157998 • 4 year ago
Seller
Follow
bloose
Reviews received
Content preview
Inleiding
Na het lezen van de inleiding
-weet je wat een conceptueel model is
In de inleiding wordt een onderzoek naar betrokkenheid gebruikt om een voorbeeld te
geven van hoe je het beste een onderzoek kan doen. Je moet op een aantal dingen goed
letten bij het vormen van een conceptueel model:
Er is een onderscheid tussen een beschrijvende en een verklarende vraag. Een
beschrijvende vraag is bijvoorbeeld: hoe betrokken zijn werknemers van bedrijf X?
Een verklarende vraag is bijvoorbeeld: welke factoren beïnvloeden de betrokkenheid
van de werknemers van bedrijf X?
Een opdrachtgever kan expliciet iets vragen, maar impliciet iets anders bedoelen.
Daardoor begin je soms met een beschrijvende vraag, maar kan je er achter komen
dat het toch beter is om een verklarende vraag te gebruiken.
Er kunnen een hoop verklarende factoren zijn en er zijn binnen praktijkgericht
onderzoek twee manieren om met deze hoop om te gaan: -een volledig overzicht
van de factoren geven. Levert een compleet, maar oppervlakkig overzicht
-opzoek gaan naar diepgang door een van de factoren dieper te bestuderen. Je moet
deze keuze wel kunnen verantwoorden. De keuze kan je baseren door bijvoorbeeld
te praten met mensen die veel over het vakgebied weten
Een conceptueel model laat niet alleen de kernbegrippen zien, maar geeft ook de
relatie tussen deze kernbegrippen weer. Dan ziet je theoretisch er zo uit:
Stijl van
Betrokkenheid
leidinggeven
-ken je de verschillende invalshoeken van deductief en inductief kwalitatief onderzoek
Er zijn verschillende soorten kwalitatief onderzoek:
1. Kwalitatief onderzoek zonder een conceptueel model (inductief)
Deze kent zijn oorsprong in de Grounded theory benadering. Is vooral nuttig als je nog
weinig over een onderwerp weet. Je gaat een onderzoek als het ware blanco in. Daarna kan
je eventueel gaan coderen. De meeste tijd zit niet in voorbereiding, maar in het correct en
navolgbaar bewerken en analyseren van verzamelde gegevens.
2. Kwalitatief onderzoek met een conceptueel model (deductief)
Bestaande literatuur is hier heel belangrijk. Je kijkt pas naar empirie nadat je een
theoretische voorstudie hebt gedaan. Sluit de empirie aan op de theoretische
vooronderstellingen?
-weet je op welke manier onderzoek een bijdrage kan leveren aan de oplossing van
praktijkvraagstukken
Er is een verschil tussen theoriegericht en praktijkgericht onderzoek. Dit boek gaat vooral in
op het laatste. Beiden zijn wetenschappelijk, alleen levert een theoriegericht onderzoek een
opvulling voor een lacune in kennis of theorie en praktijkgericht onderzoek een opvulling
voor een praktijkprobleem. Bij praktijkgericht onderzoek werk je vaak voor een externe
opdrachtgever en bestudeer je een praktijkprobleem op een wetenschappelijke manier. Bij
beide soorten onderzoek kan er gebruik worden gemaakt van softwareprogramma’s zoals
Kodani of NVivo
, Begrippen:
Conceptueel model: een model waarin de relaties tussen de kernbegrippen (concepten) van
het onderzoek worden weergegeven.
Inductie: de onderzoeker start zijn of haar onderzoek niet vanuit een theoretische
voorstudie maar vanuit de werkelijkheid/empirie. Hieruit probeert de onderzoeker bepaalde
wetmatigheden te ontdekken in de vorm van een theoretische redenering.
Deductie: de onderzoeker start zijn of haar onderzoek met theoretische voorstudie. Op basis
van deze theorie kan je een conceptueel model maken en verwachtingen of
veronderstellingen afleiden. Je gaat toetsen of deze verwachtingen, opgesteld op basis van
de theorie, kloppen.
Deel 1 Het praktijkgerichte kwalitatieve deductieve onderzoek: hoe zet je het onderzoek op?
In deel 1 zijn er vier fases.
Fase 1:
Na bestudering van deze fase kun je een onderzoekskader schrijven op basis van de
oriëntatie, de afbakening en het bepalen van het type project
Oriënteren
Nagaan welke informatie je nodig hebt om het onderzoek goed te kunnen voorbereiden, hoe
je kunt zoeken naar deze informatie en waar deze informatie te vinden is. Je kunt
bijvoorbeeld opzoek gaan naar bepaalde thema’s op internet of de bibliotheek. Ook kan je
praten met experts.
Afbakenen
-Je bakent het onderwerp precies af door te bepalen wat de kernbegrippen zijn
-Je bespreekt deze afbakening met de opdrachtgever (om misverstanden te voorkomen)
Bepalen van het projecttype
Er zijn verschillende soorten projecttypes namelijk: -probleemanalyse
-diagnose -ontwerp -implementatie – evaluatie
Bij diagnose gaat het om het achterhalen van wat er precies speelt en dit wordt ook vaak
een gap analysis genoemd. Een opinieonderzoek kan echter ook uitkomst bieden.
Onderzoekskader
Hierin komt naar voren:
-het doel van de opdrachtgevende organisatie: de achtergrond van het vraagstuk en de
richting waarin de organisatie de oplossing of verbetering zoekt
-de afbakening van het onderzoek dat je gaat uitvoeren: zorg ervoor dat je in deze passage
helder aangeeft wat het type project is en wat de kernbegrippen zijn van je onderzoek
-de bijdrage van het onderzoek aan het realiseren van het doel van de organisatie
Begrippen:
Gap analysis: het in kaart brengen van verschillen tussen de gewenste en een feitelijke
situatie. Dit is van belang voor het doen van aanbevelingen; je weet immers waar de ‘gap’
zit.
Meningeninventarisatie/opinieonderzoek: in kaart brengen hoe verschillende groepen
betrokkenen denken over een probleem en de oorzaken ervan
,Fase 2: het formuleren van de doelstelling van het onderzoek
Na bestudering van deze fase kun je een doelstelling formuleren met een a- en een b-
gedeelte
Na het hebben van een onderzoekskader is het belangrijk om een goede doelstelling te
maken. Deze werkt als volgt: gedeelte A door gedeelte B.
In gedeelte A geef je een heldere omschrijving van de bijdrage van het onderzoek aan
oplossingen voor het probleem dat beschreven is in het onderzoekskader. Je lost niet zelf
het probleem op, dat doet de opdrachtgever uiteindelijk, maar je levert wel aanbevelingen
en draagt op die manier bij. In gedeelte A worden er dus:
Aanbevelingen gedaan waarbij wordt duidelijk gemaakt aan wie deze aanbevelingen
gericht zijn. De aanbevelingen gaan over ontwikkeling of verbetering van beleid en er
wordt uitgelegd waarover dit beleid gaat
In gedeelte B geef je kernachtig weer hoe de bijdrage uit A wordt gegeven. Om welk type
praktijkonderzoek gaat het? Daarnaast beschrijf je helder wat er in het onderzoek
onderzocht wordt.
Fase 3: het maken van het globale conceptuele model en het
onderzoeksmodel; het formuleren van de vraagstelling
Na het bestuderen van deze fase weet je
Wat de functie is van het globale conceptueel model bij de opzet van het onderzoek
en hoe je de algemene verwachting moet formuleren op het niveau van de
kernbegrippen
Door het globale conceptuele model krijg je inzicht in de oorzaken van een probleem
(functie). Je geeft de verwachting schematisch weer zoals in de inleiding.
Hoe je het onderzoeksmodel moet tekenen
Een onderzoeksmodel is een schematische weergave van de belangrijkste stappen van het
onderzoek. Het geeft in een oogopslag weer hoe het onderzoek globaal verloopt, maakt de
kernbegrippen nog eens duidelijk, laat de plaats zien van het conceptuele model in het
onderzoek en helpt om een vraagstelling te formuleren.
Kent drie stappen: vooronderzoek-> beschrijven feitelijke situatie-> aanbevelingen op basis
van vergelijking van de feitelijke en gewenste situatie en ziet er ongeveer zo uit.
Hoe je de vraagstelling moet formuleren
, Je kunt voor ieder onderdeel van het onderzoeksmodel een vraag formuleren en dus niet
alleen een centrale vraag. Je geeft in deze vraag altijd de kernbegrippen weer en hun
onderlinge verband. Er zijn drie soorten vraagstellingen:
-een theoretische vraagstelling (sluit aan bij deel 1: vraag die vooronderzoek weergeeft)
-een empirische vraagstelling (sluit aan bij deel 2: vraag die feitelijke situatie beschrijft)
-een analytische vraagstelling (sluit aan bij deel 3: vraag die vergelijking situaties laat zien)
Fase 4: het bepalen van het definitieve conceptuele model
Na bestuderen van deze fase weet je:
Hoe je het definitieve conceptuele model kunt opstellen door de dimensies van de
kernbegrippen te bepalen
Je moet stipulatieve definities geven. Een belangrijk begrip kan je opsplitsen in verschillende
definities om het zoeken makkelijker te maken. Bijvoorbeeld kan je leiderschap opsplitsen in
charismatisch, transformationeel en authentiek leiderschap. Misschien kom je er achter dat
authentiek leiderschap niet zo relevant is voor je onderzoek. Je kan daarom kiezen om
sommige dimensies weg te laten, maar dit moet je altijd verantwoorden! Voor elke dimensie
maak je een stipulatieve definitie en zo kan je het vervolgens in een definitief conceptueel
model verwerken
Hoe je de verwachtingen moet formuleren op het niveau van de dimensies
Je hebt door het conceptuele modelweergegeven wat de onafhankelijke en de afhankelijke
variabelen zijn, maar je moet nog verduidelijken hoe de relatie in elkaar steekt. Dit doe je
door een omschrijving te geven van de verwachte invloeden voor elk van de dimensies van
de onafhankelijke variabelen (bijvoorbeeld charismatisch en transformationeel leiderschap)
op dimensies van de afhankelijke variabelen
Hoe je bij een gap analysis de gewenste situatie moet formuleren
We moeten nu expliciteren voor elke dimensie wat er wordt verstaan onder de gewenste
situatie. Bijvoorbeeld: in de gewenste situatie is een leider charismatisch omdat
charismatische leiders beter hun aanhang kan kunnen mobiliseren en dat is nodig voor
verandering. Ook is gewenst dat een leider intelligent is omdat dit de mobilisatie nog eens
extra kan versterken.
Begrippen:
Stipulatieve definitie: omschrijving van een kernbegrip die alleen geldt voor jouw onderzoek
en die precies aangeeft welke concrete dimensies er in het voorgestelde onderzoek
onderzocht gaan worden. Je moet daarvoor opzoek gaan naar relevante literatuur.
Deel 2 het praktijkgerichte kwalitatieve deductieve onderzoek: hoe
voer je het uit?
Voordat we echt data kunnen gaan verzamelen, moeten we eerst verder
concretiseren/operationaliseren. Op dit punt kunnen we nog kiezen voor of we een
kwantitatief of een kwalitatief onderzoek willen doen. Wil je iets over een grote groep
mensen iets weten en wil je stellig kunnen zijn, kies dan voor kwantitatief onderzoek. Je
moet je dan wel beperken tot een aantal gegevens, anders wordt het te ingewikkeld. Wil je
een meer complexe samenhang weergeven tussen factoren en wil je meer diepgang, kies
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bloose. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.32. You're not tied to anything after your purchase.