Samenvatting OOG
HC Anatomie van het oog
De Orbita:
• Bestaat uit 7 schedelbotten
• Peervormig 30 cc
• Opening is 45mm breed en 35mm hoog en 40-45mm diep
• Bevat oogbol, oogzenuw, traanapparaat, oogspieren,m. levator palpebrae superieur, hersenzenuwen (II,
III, IV, V1, VI), bloedvaten en vet
De oogleden:
- Buitenblad
o Huid, bindweefsel & wimpers
o Spieren
M. orbicularis oculi (sluiten, nVII)
M. levator palpabre (oog open, n.III)
- Binnenblad
o Tarsus met Meibomklieren (stevigheid ooglidrand en traanfilm)
o M. tarsalis superieur (Müllerspier): sympathisch, oog open, Horner
o Conjunctiva
De Conjunctiva:
- Doorzichtig slijmvlies
- Bestaat uit:
o Conjunctiva bulbi
o Conjunctiva palpebrae
- Overgang: fornix
- Let op: dankzij de conjunctiva (fornices) kan er geen contactlens “achter het oog”
Het Traanapparaat:
- Traanklier
o Lateraal
o Twee delen
Orbitaal
Palpabraal
- Tranen
o Uitvoer in fornix superieur
o Verspreid door knipperen
o Afvoer via traanpunten (mediaal) >
traanzak > ductus nasolacrimalis
Tranen bestaan uit 3 lagen:
- Lipidelaag
o Klieren van Meibom/Moll/Zeiss
o Voorkomt verdamping tranen
- Waterige laag
o Traanklier
o Helder zien, reinigt cornea, glijmiddel ooglid
- Mucine laag
o Slijmbekercellen conjuctiva
o Stabilisatie tranen op cornea
,De Functie van de oogspieren:
n. Oculomotorius (n.III):
- m. rectus medialis
- m. rectus superior
- m. rectus inferior
- m. obliquus inferior
- (m. levator palpebrae)
- (m. sphincter pupillae)
- (m. ciliaris)
n. Trochlearis (n.IV):
• m. obliquus superior
n. Abducens (n.VI):
• m. rectus lateralis
Kijken:
• Achter in het oog bevindt zich het
netvlies.
• Het netvlies vangt alle visuele
informatie in het oog en geeft het
door aan de oogzenuw.
• Hierna wordt alle visuele informatie in de hersenen verwerkt. Zo ervaren wij “zien’’
Macroanatomie: van voor naar achter
• Het voorsegment:
– De voorste oogkamer: tussen cornea en iris ≅ 3mm diep, 0.25 mL
– Achterste oogkamer: tussen iris en lens ≈ 0.06 mL
• Het achtersegment:
– Glasvochtholte ≈5-6 mL
• Totale volume ≈ 6-7 mL
• Lengte ≈24 mm
Macroanatomie: van buiten naar binnen
• Buitenste laag:
– Cornea
– Sclera (bedekt met conjunctiva, episclera en capsule van tenon)
– (Limbus)
• Middelste laag (onder de sclera)
– Uvea:
• Iris
• Corpus ciliare
• Choroid
• Binnenste laag (onder de sclera)
– Netvlies (retina)
De Sclera:
• Opaak en stevig (collageen): “exoskelet”
• Dunste achter de lateralis spieren (0.3mm)
• Dikste posterieur (1mm)
• Zeef bij oorsprong n.opticus (lamina cribrosa)
De Voorste Oogkamer (VOK)
• ≈3mm diep van cornea endotheel tot iris/pupil/lens
• Wordt met toenemende leeftijd ondieper
• Bevat kamerwater (voeding cornea en lens)
,• Kamerhoek 360 graden rondom
Flow Kamerwaterproductie
• Productie in corpus ciliare (2uL/min)
• Tussen de lens en de iris
• Door de pupil
• Naar de kamerhoek
• Trabekelsysteem > kanaal van Schlemm > watervenen
De lens:
• Functie: accomodatie, UV filter, licht doorlaten, lichtstralen bundelen
• “opgehangen” door zonulavezels
• Met toenemend leeftijd minder accommodatie en helderheid (“staar”)
Posterieur Segment:
- Bevat glasvocht
o Glasvochtmembraan gevuld met gelei
o 98% water en 2% hyaluronzuur en collageen
o vervloeit bij ouder worden (waardoor risico op netvliesscheur en loslating!)
, De Fundus:
• Nervus opticus
• a. centralis retinae
• v. centralis retinae
• Retina: macula
De Retina:
• Begint voorbij de pars plana van corpus ciliare (Ora Serrata)
• Transparante binnenbekleding van het oog
• Vangt visuele informatie en geeft het door aan de oogzenuw
De Retina:
- Licht > Media, Ganglion cellaag, Bipolaire cellaag, Fotoreceptoren
- Pigment epitheel:
o absorptie licht
o Vitamine A metabolisme
o Bloed-retina barrière
o Fagocytose fotoreceptoren
o Warmte wisseling met aderen
Fotoreceptoren:
• Staafjes
- 120 miljoen
- Vooral in de periferie
- Lage lichtintensiteit
• Kegeltjes
- 6 miljoen
- Vooral centraal
- Kleurenzien en scherpzien
Fovea centralis:
Alleen kegeltjes + veel dunnere laag = scherp zien
Choroid
• Membraan van Bruch
– Basaal membraan pigmentblad retina
• Lamina choroidocapillaris
– Fijne vaatjes
– Heel dicht onder de fovea
• Lamina vasculosa
– Grote(re) vaatjes
Nervus opticus (oogzenuw)
• Uitlopers retinale ganglioncellen naar de papil (kop van de n. opticus)
• Door lamina cribrosa
• Naar de n.opticus
Het visuele systeem:
• N. opticus: 1 oog
• Chiasma opticum: nasale helften kruisen elkaar
• Tractus optici: contralaterale kant van het gezichtsveld/ipsilaterale kant van retinahelft
• Synaps in corpus geniculatum laterale
• Visuele cortex via radiatio optica
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Geneeskunde3dejaars. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.84. You're not tied to anything after your purchase.