Hoofdstuk 5: Pathologie en het immuunsysteem
Verdeling immuunsysteem:
1. Non-specifieke afweer = altijd aanwezig en het immuunsysteem reageert altijd hetzelfde op
elk antigeen en er vindt geen geheugenvorming plaats
a. Natuurlijke barrières (Huid, haar, urine, darmflora, maagzuur, slijm)
b. Boodschapperstoffen: activeren immuunsysteem
c. Fagocytose (macrofagen, neutrofiele, eosinofiele en basofiele granulocyten)
d. Killercellen (cytotoxische T-cel en NaturalKillercellen = vernietigen tumorcellen of virussen
en hebben geen eerdere blootstelling aan antigeen nodig)
2. Specifieke afweer = afweer waarbij de witte bloedcellen zich specifiek op één type antigeen
richten (antigeenspecifiek) en er vindt geheugenvorming plaats zodat wanneer hetzelfde
type antigeen het lichaam binnendringt, het immuunsyteem beter voorbereid is en sneller
kan reageren.
Antigeen = een molecuul die in staat is om de productie van specifieke antilichamen te stimuleren.
Het zijn eiwitten of ingewikkelde suikers die onderdeel zijn van micro-organismen
Lymfoïde lijn Agranulocyten B en T Lymfocyten
Myeloïde lijn Granulocyten (neutrofiele, eosinefiele, basofiele)
Agranulocyten (monocyten macrofagen)
Lymfocyten = witte bloedcellen met 1 grote kern
Humorale afweer = B-lymfocyten produceren antilichamen als immuunrespons
Stamcel in beenmerg beenmerg secundair lymfoïde organen (lymfeknopen, beenmerg, milt,
tonsillen en darmen)
Antilichamen = immuunglobulinen (plasmaeiwitten) die worden geproduceerd door B-lymfocyten na
contact met een antigeen (Y-vorm)
- Zeer specifiek: voor ieder antigeen een ander antilichaam
- Vast aan B-cellen of afgescheiden in oplosbare vorm in lichaamsvloeistoffen door plasmacellen die
ontstaan uit gestimuleerde B-cellen
- 5 verschillen isotypen: IgM, IgG, IgA, IgD en IgE
Het antigeen bindt aan het antilichaam in de spleet van de zware en lichte keten aan de bovenkant
Proces:
B-lymfocyten worden gevormd uit het beenmerg vanuit lymfoïde stamcellen Rijping in het
beenmerg Met het lymfe vervoerd naar de lymfeknopen B-lymfocyten komen voor het eerst in
contact met antigeen M.b.v. de T-helpercel wordt de B-lymfocyt geactiveerd en wordt een
plasmacel of geheugencel
B-cel wordt plasmacel en maakt antilichamen Antilichaam vangt antigeen Antigeen bindt aan
antilichaam en vormt een immuuncomplex Dit kan vervolgens neerslaan, samenklonteren of
neutraliseren zodat het wordt opgeruimd Geheugenvorming
Antilichamen Plaats Functie
IgG Serum Ontsteking
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller robinvbuijtenen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.22. You're not tied to anything after your purchase.