Dit is een samenvatting van het boek Hoofdzaken van het Bestuursrecht (Michiels, 8e druk) voor het van Beginselen Bestuurrecht (Vrije Universiteit, ).
De samenvatting omvat:
Hoofdstuk 1 - geheel
Hoofdstuk 2 - par. 2.1 t/m 2.5
Hoofdstuk 3 - geheel. (muv. pag. 55 en 56)
...
- Bestuursrecht heeft betrekking op het openbaar bestuur, wat zij doen en op zijn relatie tot
de burgers.
- Openbaar bestuur = de besturen van gemeenten, provincies en waterschappen, de
ministeries en vele andere overheidsinstanties. Waar voortaan ‘bestuur’ staat, wordt
openbaar bestuur bedoeld.
- Wat het bestuursrecht regelt is samen te vatten in vijf trefwoorden:
1. Organisatie (van het bestuur)
2. Bevoegdheden (van het bestuur)
3. Normering (waaraan het bestuur zich moet houden)
4. Handhaving (to. burgers)
5. Rechtsbescherming (van burgers)
- Het bestuursrecht bestaat uit een algemeen deel en een bijzonder deel.
—> Algemeen deel = centrale onderwerpen en leerstukken; Awb.
—> Bijzonder deel = aparte beleidsterreinen; bijv. omgevingsrecht, milieutechnisch en
sociaalzekerheidsrecht.
- Het bestuur handelt altijd op een bepaald terrein, dus raakt het naast de Awb ook altijd een
bijzonder deel.
- In de term ‘omgevingsvergunning’ zitten meerdere soorten vergunningen ingesloten, zoals
bijv. de kapvergunning.
Pagina 1 van 32
, Bestuursrecht H2 – Kenmerken van het bestuursrecht
2.2 – Twee uitgangspunten
Het legaliteitsvereiste
- De overheid mag alleen handelen wanneer de wet dat uitdrukkelijk toestaat en alleen op
de manier die de wet aangeeft.
- Bestuurlijke sancties omvatten een combinatie tussen het strafrechtelijk legaliteitsvereiste
en het bestuursrechtelijk legaliteitsvereiste:
—> Art. 5:4 Awb
lid 1 = de benodigde wettelijke grondslag voor de bevoegdheid om bestuurlijke
sancties op te leggen; lid 2 = het verbod op terugwerkende kracht.
Het specialiteitsbeginsel
- Houdt in dat het bestuur bij de uitvoering van een bepaalde wettelijke regeling slechts die
belangen mag behartigen ter bescherming waarvan de betrokken regeling in het leven is
geroepen.
2.3 – De structuur van de bestuurlijke normstelling
- Sommige normen hebben dus overheidsinstanties als geadresseerde. De overheidsinstantie
is dan de adressaat.
Hiërarchische opbouw van het normenstelsel
- Beleidsregels = regels die bestuursorganen
meestal voor zichzelf opstellen om een eerlijke
en consistente uitvoering van aan hen
toegekende bevoegdheden mogelijk te maken.
- Vergunningsvoorschriften moeten uiteraard
aan het eigen beleid voldoen. Vandaar dat die
nog onder de beleidsregels komen.
Gelede normstelling
- Er is sprake van verticaal gelede normstelling, omdat het normenstelsel uit meerdere
boven elkaar staande onderdelen bestaat.
- Er is sprake van horizontaal gelede normstelling, omdat er voor één bepaalde activiteit
soms meerdere wetten tegelijk van belang zijn.
- Als de nood aan de man komt en haast in het algemeen belang geboden is, grijpt de
wetgever in uitzonderlijke gevallen wel eens naar constructies waarbij vele afzonderlijke
besluitvormingstrajecten worden vervangen door één traject (bijv. bij de Deltawerken en
de Crisis- en herstelwet).
Pagina 2 van 32
,2.4 – De Algemene wet bestuursrecht
Historie
- Redenen voor het maken van een algemene wet (begin jaren ’80):
➢ Bestuursrecht was zeer verbrokkeld.
➢ Inhoudelijke normen waren alleen in de jurisprudentie te vinden.
➢ Het bestuursrecht kende meerdere hoogste rechter en die zaten niet altijd op één lijn.
➢ Een groot deel van de procedures bestond uit rechtspraak in één instantie.
- De Awb is continu under contruction.
Structuur
- De Awb begint met definitiebepalingen. Hierbij valt op dat de bepalingen niet beginnen
met ‘in deze wet wordt onder … verstaan’, maar met ‘onder … wordt verstaan’. Doel
hiervan is om tot uitdrukking te brengen dat deze begrippen ook in andere wetten de
betekenis hebben zoals ze in de Awb gedefinieerd staan.
- Werkt van algemeen naar bijzonder.
- Voor de beantwoording van bestuursrechtelijke vragen zijn meerdere hoofdstukken nodig.
- De Awb kan worden gekenmerkt als een aanbouwwet, omdat er steeds nieuwe dingen aan
toegevoegd worden.
Doelen van de Awb
1. Meer eenheid in de bestuursrechtelijke wetgeving.
2. Systematiseren en vereenvoudigen van bestuursrechtelijke wetgeving.
3. Het in de wet vastleggen van normen die in de rechtspraak zijn ontwikkeld.
4. Het treffen van voorzieningen die naar hun aard een algemene regeling behoeven.
Relatie tot andere wetgeving
- Het bestuursrecht is niet gelijk aan het Awb-recht en daarom moeten ook andere
regelingen worden geraadpleegd.
- Vier manieren waarop de Awb richting geeft aan andere wetgeving:
1. Dwingend recht
—> maar de Awb gaat niet boven andere wetten in formele zin, dus in strijd met een
bijzondere wet dan gaat die laatste voor.
2. Regelend recht
—> Awb bevat de hoofdregel, maar staat afwijking door lagere wetgevers
uitdrukkelijk toe.
3. Aanvullend recht
—> De regel is in beginsel te vinden in andere wetgeving, maar als daar niets staat,
geldt de bepaling uit de Awb.
4. Facultatief recht
—> Wanneer lagere wetgevers een bepaling uit de Awb mogen toepassen, maar daar
niet toe verplicht zijn.
Pagina 3 van 32
, 2.5 – Het begrip besluit
- Staat centraal in de Awb —> veel bepalingen over de totstandkoming en inhoud van
besluiten.
- Bezwaar en beroep staan alleen open tegen besluiten (muv. enkele uitzonderingen).
- Besluit (art. 1:3 lid 1 Awb) = een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan,
inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling.
Beslissing
- Beslissing = een wilsverklaring met een definitief karakter.
- Geen beslissing = standpunten en inlichtingen van het bestuursorgaan.
Schriftelijk
- Van belang voor de rechtszekerheid uit bewijstechnisch oogpunt.
- Door niets op schrift te stellen (hetzij door niet te reageren, hetzij door wel een beslissing te
nemen maar die niet op schrift te stellen) kan een orgaan zich niet onttrekken van controle
door de bestuursrechter —> burger kan in beroep (art. 6:2 sub b Awb).
- Het begrip ‘schriftelijk’ moet ruim worden uitgelegd, dus ook email geldt als schriftelijk.
Bestuursorgaan
- Een bestuursorgaan, zoals bedoeld in art. 1:1 Awb.
Rechtshandeling
- Rechtshandeling = een handeling die gericht is op enig rechtsgevolg (—> aanbrengen van een
verandering in een of meer bestaande bevoegdheden, rechten en/of plichten).
- Driedeling in handelingen van een bestuursorgaan:
a) Feitelijke handelingen zonder rechtsgevolg.
b) Feitelijke handelingen zonder beoogd rechtsgevolg.
c) Rechtshandelingen.
Publiekrechtelijk
- Publiekrechtelijk = besluiten of handelingen waarvan de bevoegdheid bij of krachtens een
wet in formele zin exclusief aan een bestuursorgaan verleend is.
Strategisch besluitbegrip = als de bestuursrechter het besluitbegrip ruim uitlegt, zodat hij in
casu de bevoegde rechter zou moeten zijn.
Dit gebeurt omdat het in bepaalde gevallen wenselijk is om – in het kader van een zinvolle
verdeling van de rechtsmacht tussen de burgerlijke en bestuursrechter – een beslissing (die
strikt genomen geen besluit is) aan te merken als besluit.
Pagina 4 van 32
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller JelmerStolk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.94. You're not tied to anything after your purchase.