Samenvatting van week 2. Een samenvatting van het boek, hoorcollege/ werkcollege aantekeningen en samenvattingen van de artikelen. Bevat ook de bijbehorende begrippen en tijden.
Week 2, Archaïsch Griekenland 800-500 v. Chr.
Door de geografische ligging is Griekenland een zeevarend volk. Vanaf de 14 de eeuw stichten
Myceense zeevaarders handelsposten. De Myceense cultuur wordt veelal verspreid (verging in de
12de eeuw). Vanaf het jaar 1000 gaan de Grieken weer op pad om land in te nemen. Tegelijk gingen
de Feniciërs zich meer richten op het Middellandse zeebekken en delen van Afrika. Vanaf de 8 ste
eeuw viel het oog van de Grieken op delen als Italië. De kolonies die werden gesticht namen veel van
de (Griekse) cultuur over. Er was contact met de metropolis maar de polis was op zichzelf wel
zelfstandig. De Griekse cultuur begint aan haar ontwikkeling en geeft een gevoel van verbondenheid.
Belangrijke tijden:
Ca. 612 – 550 Nieuw-Babylonische rijk
776 Eerste Olympische spelen
594 Solon archont in Athene
546 Cyrus van Perzië verovert Lydische rijk en Griekse sten op westkust van Klein-Azië
539 Cyrus verovert Babylon; eind Joodse ballingschap
Samenvatting Handboek
Deel II de Griekse Wereld
8. De vroegere ijzertijd: de ‘donkere eeuwen’ (ca. 1200-750 v. Chr.)
Ontwrichting en herstel
Het instorten van de Myceense beschaving (ca. 1200) had grote gevolgen. Diverse Grieken verlieten
het gebied en verspreide zich over de westkust van Klein-Azië (de Ionische volksverhuizing).
Griekenland zelf kreeg te maken met een teruggang in de bevolking en een sterke verarming van de
materiele cultuur, hoewel de kunsten van de Egeïsche Zee aan beide kanten bewoond bleven en
dichter bevolkt werden. We weten maar weinig over de maatschappelijke opbouw uit deze tijd. We
hebben wel veel te danken aan de Illias en de Odysee van Homerus. De Trojaanse Oorlog werd
geacht in de bloeitijd van Mycene te hebben plaatsgehad, maar de maatschappij die Homerus
beschreef, heeft maar weinig overeenkomsten met de maatschappij die wij uit de Lineair B-tabletten
kennen.
Het waardepatroon van de aristocratische elite is van grote invloed geweest op de Griekse
mentaliteit. Door het gebrek aan literatuur en kunsten staat deze periode bekend als de donkere
eeuwen (1100-900). Maar dankzij opgravingen komen we steeds meer te weten.
9. De archaïsche periode (ca. 750-500 v. Chr.)
9.1 Inleiding
In de 8ste eeuw is er een nieuwe bloei van de Griekse beschaving (een nieuw soort). De archaïsche
periode valt tegelijk met het tijdperk van de voor-Aziatische wereldrijken. De handel op de
middellandse zee werd gedomineerd door de Fenicische handelaren. De archaïsche periode was een
periode van nieuwe ontwikkelingen en veranderingen op demografisch, economisch, sociaal, militair
en cultureel terrein. Dit heeft uiteindelijk geleid tot de oude klassieke Griekse samenleving.
9.2 Veranderingen op demografische en economisch terrein
Waarschijnlijk heeft er in deze periode een bevolkingsgroei plaats gevonden. Er moesten meer
monden worden gevoed waarna er diverse nieuwe ontwikkelingen op het platteland plaats vonden.
Week 2
1
, Diverse Grieken waagde zich ook aan de wilde zeeën. Het is opvallend hoe Homerus in tegenstelling
tot Hesiodus spreken over deze ‘zee handelaren’.
De polis
Een polis is een zelfstandige Griekse stadstaat, een dergelijk stad was een politieke organisatievorm
en een samenlevingseenheid. De polis is de gemeenschap van de politai. Een polis in enge zin wordt
gekenmerkt door een relatief klein grondgebied met een meestal stedelijk administratief centrum
(de agora). In de agora gebeurde het (politiek en geloof). Men kon zich terug trekken op de
Akropolis. De polis werd gekenmerkt door een bestuur met functionarissen die met specifieke taken
belast waren, zoals legerleiding, rechtspraak en godsdienstige taken, en die door een of ander vorm
van verkiezing werden aangewezen. Het koningschap verdween (op Sparta na) werden geregeerd
door de aristocratie. Grondeigendommen werden veelal gerechtvaardigd door familie aanspraak op
voorvaderlijke grond (bevorderen het denken in oikos). De Grieken beschouwde de polis als meest
ideale, de meest menselijke bestaanswijze. Niet in heel Griekenland domineerde de polis. In minder
ontwikkelde gebieden zien we de ethnè. Het ethos is een samenwerkingsverband van een aantal
kleine gemeenschapen die vooral op militair terrein gezamenlijk optraden. Als wij de Griekse wereld
bekijken, vallen enkele overeenkomsten met Fenicië op. Steden van Fenicië waren namelijk ook
zelfstandig en hadden een gemeenschappelijke taal. Maar Grieken hebben ook veel gestolen van
Feniciërs.
Kolonisatie
De achtste tot de zesde eeuw is de periode van de tweede Griekse kolonisatie. De Griekse kolonie
(apoikia) was niet een wingewest van de stad die de kolonie gesticht had, maar een nieuwe
onafhankelijke polis, die slechts morele en religieuze banden met de moederstad had. Het
verschijnen van deze polis hebben de handel bevorderd. Maar dankzij het fenomeen dat voedsel
overzees verhandeld kon worden kwamen er minder koloniën. Daarnaast stuitte de kolonisatie tegen
de tegenstand van de Perzen.
9.3 Veranderingen op sociaal terrein
Tevens waren er ook sociale veranderingen zoals dat er een groep ‘nieuwe rijken’ ontstond.
Daarnaast kregen de kleine en ouderwetse maar strevende autarkische boeren het steeds moeilijker.
Er kwam meer bevolking en meer mensen die land claimde.
9.4 Veranderingen op militair terrein
Eerst was de oorlog voering vooral onder de adel. Dit veranderde met de komst van de nieuwe rijken
die nu ook in staat waren te vechten als soldaten. De soldaten werden later hoplieten genoemd, naar
het Griekse woord voor het schild. Solidariteit en saamhorigheid waren erg belangrijk. Oorlog des
tijds is totaal anders dan hoe wij het kennen vandaag de dag.
9.5 Veranderingen op cultureel terrein
In de archaïsche tijd werd de basis gelegd voor de Griekse kunsten.
Het alfabet
De Grieken hadden in de tiende/negende eeuw het schrift van de Feniciërs overgenomen. Dit
hebben ze naar eigen hand aangepast. Met welk doel het alfabet geïntroduceerd werd, is niet
helemaal duidelijk. Het is niet ondenkbaar dat handelaren met de Feniciërs in contact kwamen en
dat het voor handelsdoeleinde geïntroduceerd is.
Week 2
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sanneboekholt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.52. You're not tied to anything after your purchase.