Comfort en huid
Les 1
Energie
Jaarlijks energieverbruik
• kWh = aantal uren gebruik * aantal dagen gebruik * vermogen toestel (W) / 1000
Vocht
Waterdicht – Dampdicht
• Vocht
o = een der hoofdoorzaken van bouwschade door bouwfysisch verkeerd opgezette constructies
Zichtbare schade vb. Lijmhydrolyse, blaasvorming, …
Onzichtbare schade vb. afname thermisch isolerende eigenschappen, vermindering sterkte, …
• Dampdicht
o Een watermolecule is in gasvormige toestand kleiner dan in vloeibare toestand.
Kan zich makkelijker verplaatsen doorheen een constructie
strengere voorwaarden
o Een dampdichte constructie is waterdicht, een waterdichte constructie is niet dampdicht.
o .enkel poreuze materialen met open poriën kunnen binnenin vochtig worden
Niet-poreuze materialen of poreuze materialen met gesloten poriën kunnen enkel oppervlakkig nat worden
Vochttransport
• Transport als damp
o Via damdiffusie waarbij geen water in vloeibare toestand aanwezig is
o Damp kan tijdens het transport wel condenseren tot water
Vb. door confrontatie met een lagere temperatuur
• Transport in vloeibare toestand
o Door capil aire werking
= opstijgend vocht
= uniek fysisch proces dat indruist tegen de zwaartekracht
Wanneer in een muuropbouw een waterkeringslaag ontbreekt of het pleisterwerk tot onder de waterkering
werd uitgevoerd.
o Bouwproces
Veel water in materialen vb. beton, mortel, pleisterwerk, …
Regen dat tijdelijk wordt opgevangen door de materialen
o Hygroscopiciteit
Bij hoge relatieve luchtvochtigheden kan het hygroscopisch evenwichtsvochtgehalte van een materiaal in een
constructie te hoog oplopen.
o Oppervlaktecondensatie
o Inwendige condensatie
o Toevallige oorzaken
Waterlekken, ondichte of beschadigde voeg, …
,Oppervlaktecondensatie – inwendige condensatie
• Oppervlaktecondensatie
o Vorming van condensatie op de zichtbare wandoppervlakken.
Kan leiden tot schimmelvorming
• Inwendige condensatie
o De vorming van condensatie binnen in een constructie
Is veelal lange tijd onzichtbaar
Fysische benadering van waterdamp in lucht
• Lucht kan een bepaalde hoeveelheid waterdamp opnemen
o lucht = mengsel van droge lucht en waterdamp
= gas waarvan de druk bepaald kan worden luchtdruk
Druk van enkel de waterdamp = dampdruk p (N/m² of Pa)
• Maximale dampdruk = verzadiginsspanning p’ (Pa)
o Maximum waterdamp
Toevoer van waterdamp voorbij het maximum : gas vloeistof
• Damp zal zichtbaar zijn als waterdampdruppels ipv gas
Afhankelijk van de temperatuur
• Warme lucht kan meer waterdamp bevatten
• Koudebrug = plaats waar aan de opp de temperatuur zo laag wordt waardoor lokaal de warme
binnenlucht zal condenseren
Principe van verzadiging met waterdamp, verzadigingsspanning + grafische en numerieke weergave.
• Verzadigingscurve
o = verband tussen de verzadigingsspanning p’ en de temperatuur
Principe van relatieve vochtigheid + grafische weergave + relatie met werkelijke dampdruk
• Relative vochtigheid RV (%) = verhouding tss de aanwezige dampdruk p en de verzadigingsdampdruk p’ bij dezelfde temperatuur.
𝑝𝑝
o 𝑅𝑅𝑅𝑅 = 100 ⋅ 𝑝𝑝′ µ
o Grafisch : .
o Werkelijke dampdruk bepalen
Gegeven: T, RV
Gevraagd: werkelijke dampdruk?
Oplossing:
• Verzadigingsspanning bij T
𝑅𝑅𝑅𝑅
• 𝑝𝑝 = 𝑝𝑝𝑇𝑇′ ⋅ 100
,Binnenklimaatklassen: opdeling en risico-gehalte
• 4 binnenklimaatklassen voor gebouwen
o In functie van de dampproductie
o Op basis van jaargemiddelde dampdrukken.
o Grenzen:
Klasse 1 : Pji tussen 1100 en 1165 Pa : droge stapelplaatsen, spotzalen, garage, kerk, …
Klasse 2 : Pji tussen 11695 en 1370 Pa : scholen, kantoren, winkels, woningen, …
Klasse 3 : Pji tussen 1370 en 1500 Pa : ziekenhuizen, verbruikszalen, restaurants, …
• Condensatierisco !!
Klasse 4 : Pji hoger dan 1500 PA : zwembaden, textielindustrie, welness, wasserijen, …
• Moeilijk om alles lucht- en dampdicht te maken.
Dempdruk binnen – buiten
𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗 𝒃𝒃𝒃𝒃𝒃𝒃𝒃𝒃𝒃𝒃𝒃𝒃
• 𝒑𝒑𝒊𝒊 = 𝒑𝒑𝒆𝒆 + 𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉𝒉 𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗𝒗 (Pa)
o Hoe dampdruk verlagen?
Vochtproductie binnen het gebouw verminderen
Meer ventileren
Combinatie van beiden
o heel wat vocht- en schimmelproblemen kunnen hierdoor voorkomen worden
Principe van verzadiging + verschil tussen een isobare en isotherme manier
• RV stijgt boven de 100% condensatie
o Onder de verzadigingscurve is condensatie onmogelijk
o Elke snijding met de verzadigingscurve betekend condensatie
• 2 manieren om tot verzadiging van damp te bekomen
o Isotherme
Principe: steeds meer waterdamp toevoegen, zonder de temperatuur te wijzigen
• Meer waterdamp toevoegen resulteert in condensatie
Vb. het nemen van een langdurige douche in een oude (slecht geïsoleerde en niet geventileerde) badkamer
o Isobare
Principe: de temperatuur verlagen zonder de dampdruk te wijzigen
• Temperatuur waarbij verzadiging wordt bereikt = dauwpuntstemperatuur Td
o = het dauwpunt van de lucht bij dampdruk p
• Verdere verlaging van temperatuur resulteert in condensatie, maar ook in verlaging van de dampdruk.
Vb. mistvorming wanneer het buiten kouder wordt.
o Werkelijke toestandsverandering van lucht waarbij verzadiging optreedt, is meestal een combinatie van luchtbevochtiging
en temperatuurdaling
Principe van oppervlaktecondensatie en schimmelvorming
• Oppervlaktecondensatie
o Meestal een gevolg van:
Woonvocht als gevolg van waterdampproductie door of voor menselijke activiteiten (dampdruk binnen)
Het temperatuurverschil binnen en buiten.
De bouwfysische eigenschappen van de constructie-elementen
o Het temperatuurverschil binnen-buiten zal in combinatie met de eigenschappen van de constructie-elementen, de
temperatuur op het binnenoppervlak bepalen. (Toi)
Oppervlaktecondensatie ontstaat wanneer bij een gegeven dampdruk pi de oppervlaktetemperatuur Toi lager
ligt dan het dauwpunt Td van de omgevende binnenlucht
o = ogenblikkelijk verschijnsel
, • Schimmelvorming
o Het probleem doet zicht reeds voor bij lagere RV aan het binnenoppervlak mits geschikte voedingsbodem.
Treedt dus vlugger op dan oppervlaktecondensatie
De beïnvloedende factoren van oppervlaktecondensatie
• Oppervlaktecondensatie wordt bepaald door:
o De temperatuur aan het binnenoppervlak Toi
o De dampdruk binnen pi
𝑼𝑼
• 𝑻𝑻𝒐𝒐𝒐𝒐 = 𝑻𝑻𝒊𝒊 − ⋅ (𝑻𝑻𝒊𝒊 − 𝑻𝑻𝒆𝒆 )
𝒉𝒉𝒊𝒊
(°C)
o Hoe lager Toi hoe hoger het risico op oppervlaktecondensatie
o Toi daalt wanneer:
Ti daalt
U stijgt
Te daalt
𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣ℎ𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡 𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏
• 𝑝𝑝𝑖𝑖 = 𝑝𝑝𝑒𝑒 + ℎ𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜ℎ𝑒𝑒𝑒𝑒𝑒𝑒 𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣
o Hoe hoger pi, hoe hoger het risico op oppervlaktecondensatie
Pi is afhankelijk van de levenswijze en/of klimaatklasse
o Pi daalt wanneer
De vochtproductie binnen ih gebouw vermindert
Men meer ventileert
Een combinatie van bovenstaand
Verschillende remedies tegen schimmelvorming
• Risico op schimmelvorming verminderen
o Oppervlaktetemperatuur Toi naar omhoog brengen
𝑈𝑈
𝑇𝑇𝑜𝑜𝑜𝑜 = 𝑇𝑇𝑖𝑖 − ℎ ⋅ (𝑇𝑇𝑖𝑖 − 𝑇𝑇𝑒𝑒 ) (°C)
𝑖𝑖
• Ruimte meer verwarmen (Ti verhogen)
• Constructie beter isoleren (U verlagen)
o Dampdruk binnen laten dalen
𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣ℎ𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡𝑡 𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏𝑏
𝑝𝑝𝑖𝑖 = 𝑝𝑝𝑒𝑒 + ℎ𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜ℎ𝑒𝑒𝑒𝑒𝑒𝑒 𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣
• Vochtproductie binnen het gebouw te verminderen
• Meer te ventileren
• Combinatie van bovenstaande
Principe van koudebruggen: warmteverlies en risico op oppervlaktecondensatie
• Koudebruggen
o = plaatsen in de constructie waar de isolerende mantel doorbroken is.
bijkomend warmteverlies
• Impact wordt snel groter naarmate de wanden beter geïsoleerd zijn
verhoogd risico op oppervlaktecondensatie
• Moeilijk te voorspellen
o Hangt af van oppervlaktetemperatuur en de hoeveelheid waterdam
Variëren sterk in de tijd
- Meer isolatie nodig
- Isolatie loopt niet tot aan de dorpel
- Isolatie sluit niet aan tegen het binnenspouwblad
- Dorpel sluit aan aan binnenspouwblad = directe verbinding tss binnen en buiten
o Vb.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller freyademeyer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.58. You're not tied to anything after your purchase.