De in België gevestigde entiteiten Sofina SA, Rebelco SA en Sidro SA ontvangen
dividenden uit Frankrijk. Deze zijn afkomstig van Franse vennootschappen waarin zij
minderheidsdeelnemingen houden. De Moeder-Dochterrichtlijn is niet van toepassing
op deze dividenden, zodat 15% bronbelasting wordt geheven over de dividenden. R.o.
12-14.
b) Wat is in geschil?
De Belgische vennootschappen zijn het niet eens met de 15% Franse bronbelasting.
Franse ondernemingen die dividenden uit Frankrijk ontvangen, zijn deze belasting
namelijk pas verschuldigd op het moment dat zij winstgevend zijn. Buitenlandse
vennootschappen (waaronder deze Belgische) die dividenden uit Frankrijk ontvangen,
zijn de belastingen verschuldigd ook al zijn zij verliesgevend op dat moment.
R.o. 22. Klacht van Sofina is dat Frankrijk in strijd heeft gehandeld met vrijheid van
kapitaal door heffing van Vpb uit te stellen in binnenlandse situaties. R.o. 22.
In grensoverschrijdend geval wordt gesproken over div.bel. terwijl in binnenlandse
situatie wordt gesproken over vennootschapsbelasting. In voorkomend geval vindt
deze heffing nooit plaats, omdat er geen winst wordt behaald. Sofina maakt hier
verlies, dus dat is hier de situatie. Hier kun je nog aanvoeren dat er sprake is van
compensatie omdat er minder verliesverrekening is. Liquiditeitsnadeel kan hier dus
spelen voor niet-ingezetenen.
Aan te raden om bij het begin van het arrest te beginnen, dan kom je vanzelf bij
beschrijving van Franse recht.
Het gaat het Hof met name om de situatie dat de vennootschap geen winst maakt en
uiteindelijk activiteiten staakt. Dan wordt de vennootschap nooit in de heffing
betrokken. Finale verliezen. Dan is het verschil het grootst. Namelijk 15% in
buitenlandse situaties en 0% in binnenlandse situaties.
c) Analyseer het arrest vervolgens aan de hand van het stappenplan: verwijs
daarbij naar de relevante overwegingen van het HvJ EU.
1. Toegang tot vrijheden?
R.o. 22-24: het vrij verkeer van kapitaal (art. 63 VwEU) is mogelijk in het
geding. Er is sprake van een situatie binnen de EU, er bestaat toegang tot de
vrijheden.
, 2. Discriminatie of belemmering van vrijheden?
R.o. 24, 29, 34, 40-41: Het niet geven van een financieel voordeel in een
grensoverschrijdende situatie terwijl van dat voordeel wel sprake is in een
vergelijkbare binnenlandse situatie een beperking van het vrije verkeer van
kapitaal op. Een verschil in fiscale behandeling van dividenden afhankelijk van
de plaats waar de ontvangende vennootschappen zijn gevestigd, kan ervoor
zorgen dat in het buitenland gevestigde vennootschappen niet beleggen in
vennootschappen die in Frankrijk zijn gevestigd en dat in Frankrijk wonende
beleggers geen deelnemingen in buitenlandse vennootschappen kopen. De
Franse regeling vormt een beperking op de vrijheid van kapitaal van art. 63
VwEU.
Grensoverschrijdende geval wordt op twee punten slechter behandeld:
a. Liquiditeitsnadeel
b. Finale verliezen
Frankrijk probeert hier tegenin te brengen dat het tarief van Vpb veel hoger is dan die van
bronbelasting. Bronbelasting wordt ook nog eens gecompenseerd in het verdrag. Tegenover
een nadeel staat dus ook een voordeel. Hof zegt hierover twee dingen. Eerste is dat je niet een
situatie goed kunt praten door te zeggen dat er andere voordelen zijn die niet direct met de
situatie te maken hebben. Daarnaast merkt ze op dat België in dit verband ook kan heffen. Dit
zeggen ze in r.o. 36. Waarom is dit relevant? Zou niet veel uit moeten maken wat Belgie doet.
Hadden ze beter niet kunnen opmerken. Werkt meer verwarring dan helderheid.
Je kunt niet een nadeel goedpraten door andere voordelen die niet direct iets met de situatie te
maken hebben. Is ook behandeld in college.
Voordat we belemmering concluderen, moeten we iets anders vaststellen voordat we kunnen
zeggen dat prima facie belemmering is. Je moet kijken of er sprake is van vergelijkbare
gevallen. In dit arrest zie je dat de gelijkheid wordt behandeld onder de
rechtvaardigingsgronden. Hof deelt stappenplan hier dus iets anders in. R.o. 43 e.v. (met name
47 t/m 54).
3. Rechtvaardigingsgrond voor de belemmering?
R.o. 43: de Franse regering is van mening dat de binnenlandse en
grensoverschrijdende situatie niet vergelijkbaar zijn, en dat de regeling wordt
gerechtvaardigd door de “noodzaak om de invordering van de belasting te
waarborgen en strookt met de verdeling van de heffingsbevoegdheid tussen de
staat van vestiging en de bronstaat”.
R.o. 45: art. 65 VwEU bepaalt dat nationale bepalingen ‘geen middel tot
willekeurige discriminatie mogen vormen, noch een verkapte beperking van
het vrije kapitaalverkeer en betalingsverkeer als omschreven in art. 63’.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller m11. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.