100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting De Media Explosie deel 2 (h12 t/m h20) $3.23   Add to cart

Summary

Samenvatting De Media Explosie deel 2 (h12 t/m h20)

4 reviews
 347 views  54 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit bestand bevat een samenvatting van hoofdstuk 12 tot en met 20 (exclusief 18) uit het boek de media explosie van Kees van Wijk (vijfde druk) met aantekeningen uit de les.

Last document update: 5 year ago

Preview 4 out of 19  pages

  • No
  • H12, h13, h14, h15, h16, h17, h19, h20
  • March 22, 2019
  • March 28, 2019
  • 19
  • 2018/2019
  • Summary

4  reviews

review-writer-avatar

By: 434160 • 2 year ago

review-writer-avatar

By: merelhva • 3 year ago

review-writer-avatar

By: isalerou • 4 year ago

review-writer-avatar

By: silkeachterbosch • 5 year ago

avatar-seller
SAMENVATTING DE MEDIAEXPLOSIE (H12, 13, 14, 15, 16, 17, 19, 20)




H12: Honderd jaar communicatieonderzoek
De leerdoelen bij hoofdstuk 12 zijn:
 Uitleggen waarom inzicht in de relatie tussen mens en massamedia belangrijk is voor HBO-
media professionals
 Schetsen wanneer en waarom de media uitgroeiden tot massamedia

12.1 Relevantie van onderzoek naar media-effecten

Door sterke en zwakke punten van massamedia zoals radio en tv te kennen kun je beter bepalen in
welk medium een reclameboodschap het meest effectief zal zijn. Daarnaast helpen deze bronnen en
onderzoeken de professional om betere keuzes te maken op het gebied van communicatie,
journalistiek en mediaplanning.

12.2 Fundamenteel en toegepast communicatieonderzoek
Fundamenteel onderzoek: almgemene kennis van de werkelijkheid vergroten -> je stelt hypothesen
op, deze ontkracht je en er bestaat een nieuwe theorie die leidt tot nieuw onderzoek.

Praktijkgericht/toegepast onderzoek: weten om te doen (probleem oplossen)
Fundamenteel onderzoek: weten om te weten

Corporate communication: het hele bedrijfscommunicatieproces vatten, door de drie hoofdvormen
(interne managementcommunicatie, externe concerncommunicatie en marketingcommunicatie) zo
planmatig probeert te integreren. (Bij praktische benadering)

,12.3 De richting en inrichting van het onderzoek

Metavragen gaan over het verwoorden van je veronderstellingen en invalshoeken

Hypothese: stelling die niet bewezen is en het uitgangspunt van een experiment of empirisch
onderzoek is

Concreet empirisch onderzoek: onderwerp, onderzoeksdoel en centrale vraag aanwezig

Analyse eenheden van communicatieonderzoek:
 Kenmerken van zenders
 Eigenschappen van media
 Vormgeving van boodschappen
 Karakteristieken ontvangers

12.5 Vijf fasen in de theorievorming

Theorieën: systematisch geordende uitspraken en regels die de werkelijkheid beschrijven en
verklaren.
Mediatheorie: krijgt inzicht in wat media doet met mensen en verklaren het verband tussen de
inhoud van media, het gebruik van media en de effecten daarvan op individu en samenleving.

Vijf fasen theorievorming massacommunicatie:
Fase 1: de almacht van de media (1900)
 One-step-flow-theory (reuzeninjectienaaldtheorie)
Fase 2: beperkte macht van de media: invloed van de opinieleider (1930)
 Two-step-flow-theory
 Stap 1: van zender naar opinieleider
 Stap 2: van opinieleider naar leden van publiek in omgeving van opinieleider
 Multi-step-flow-theory
 Meerdere stappen mogelijk met opinieleider als schakel
Fase 3: aandacht voor de ontvanger (1950)
 Zwamvlokmodel
 Uses & gratifications (nut en beloningen)
Fase 4: sturende macht van de media (1965)
 Agenda-setting
 Framing
 Discoursanalyse
 Kenniskloof
 Culturele indicatoren
 Zwijgspiraal
 Cultuurindustrie
 Media imperialisme
 Specifieke mediawerking
Fase 5: media in het informatietijdperk: de media-explosie (21 e eeuw)
 Wederzijdse betrekkingen tussen zender en ontvanger middelpunt
 Interactie
 Participatie
 Convergentie
 Cocreatie

,  User-generated content
 Platformwerking
 Onderzoek naar 6 dimensies media-explosie:
 Groei van aantal en diversiteit van mediamiddelen
 Digitalisering van media technologie
 Convergentie
 Uitbreiding zintuigelijke ervaring
 Massazelfcommunicatie
 Professionalisering van communicatie- en mediaberoepen

Fase Gericht op Richtinggevende criteria
1 Persmedia, film, radio Intentionaliteit en effectiviteit
2 Persmedia, film, radio Intentionaliteit en effectiviteit
3 Keuzemogelijkheden ontvanger Intentionaliteit en effectiviteit
4 Macht zender en massamedium (tv) Intentionaliteit en effectiviteit
5 Internet en sociale media Interactiviteit

Media groeide uit tot massamedia door alfabetisme, emancipatie en urbanisatie.

1900: uitvinding van de massa:

Landbouw-> massaproductie (industriële revolutie)
Handwerk-> machines en elektra (stoomrotatiepers, radio, film)
Platteland-> stad (urbanisatie)
Onwetendheid-> kennis (schoolplicht, alfabetisering)
Absolute monarchie-> democratie (stemrecht, emancipatie)
Oude elite-> arbeiders (vakbonden, socialisme) en nieuwe elite (ondernemers, kapitalisme)

Tijdschriften, kranten, radio, film kregen groot bereik -> groot bereik betekent: invloedrijk ->
wetenschappers vroegen zich af: hoe invloedrijk? -> willen inzicht in relatie tussen mens en
massamedia -> massacommunicatie: groot bereik en openbaar

H13: Almachtige media (fase 1)
De leerdoelen bij hoofdstuk 13 zijn:
 De relatie tussen mens en massamedia in het tijdperk van de almachtige media begrijpen
 De one-step-flow-theorie uitleggen

Almachtige media:
 Vanaf 1900 explosieve groei massamedia als gevolg o.a. industrialisatie, urbanisatie,
alfabetisering, democratisering
 Komst massamedia: krant, tijdschrift, film, radio
 Massamedia krijgen invloed en wekken belangstelling wetenschappers
 Maatschappij van grote massa vs kleine elite

One-step-flow-theory/injectienaaldtheorie/magic bullettheory:
1. Invloed massamedia is groot
2. Er is sprake van een richtingsverkeer
3. Ontvangers zijn weerloze sponsjes en zijn passief
4. Boodschap direct van zender naar ontvanger
5. Massa is makkelijk te manipuleren, de elite niet

, One-step-flow-theory = reuzeninjectienaaldtheorie (hypodermic needle) = theorie van de magische
kogel (magic bullet)

13.1 Massamedia als injectienaald

Massamedia heeft direct effect op het publiek, waardoor de reactie voorspelbaar en uniform is. Er
kan maar 1 reactie komen en hierdoor kun je doen wat je wilt met je publiek

In enkele stap (one step) leg je als zender via een gekozen massamedium je publiek met je
communicatiestroom (flow) jouw wil op

De elite was ‘mediawijs’ en minder makkelijk te manipuleren

Stimulusresponsmodel: op een bepaalde prikkel/stimulus zou een uniform respons van alle
ontvangers te verwachten zijn. De zender geeft een stimulans aan de ontvanger: de massa slikt alles
wat de zender via de massamedia laat inspuiten.
Behavioristische psychologie: psychologen namen aan dat menselijk gedrag (behaviour) bestaat uit
reageren op prikkels van andere mensen.

Radiohoorspel “the war of the worlds”: bevestiging theorie 1938

Kenmerken fase 1: De almacht van de media
 Vanaf 1920
 Mediatypen: populaire dagbladen en tijdschriften, radio, film
 Communicatiestroom: zender is actiegericht
 Theorie: One-step-flow-theory (injectienaaldtheorie)
 Criterium: intentionaliteit (bedoeling zender staat voorop

13.2 Bedenkingen tegen de one-step-flow-theory

Effecten van oorlogsfilms in bioscopen waren klein en de houding van het publiek tegenover de
oorlog was slecht te beïnvloeden. Hierdoor ontstonden bedenkingen:
 Kritiek op het mensbeeld en de verkeerde voorstelling van het publiek:
Het mechanistische en geïsoleerde mensbeeld bleek te beperkt: familie, vrienden en
collega’s bleken belangrijker bij het beïnvloeden. Het publiek bleken geen ontvangers
maar individuen die deel uit maakten van sociale groepen.
 Verwaarlozing van intermediërende factoren:
Ontvangers kiezen uit het media-aanbod hetgeen wat hun aantrekt en slikken niet alles
door. Ze nemen selectief waar en onthouden selectief.
Door interpersoonlijke communicatie kan de boodschap vertekend worden.
Selectieve blootstelling, selectieve waarneming, groepsnormering en interpersoonlijke
verspreiding zijn intermediërende factoren als filters tussen massamedium en publiek.

13.3 Injectienaalddenken in de reclame

Injectienaald in optima forma: een duidelijk meetbaar effect bij een ontvankelijke en kwetsbare
consumentendoelgroep (kinderen zien tv-reclame van speelgoed tijdens sinterklaas)

Prikkel en respons genuanceerder: factoren:
 Leeftijd

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merel001. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67866 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.23  54x  sold
  • (4)
  Add to cart