Week 7
Deze week kijken we naar de crisis van de derde eeuw na Christus. De focus ligt op het einde van het
Romeinse Imperium (west). We kijken ook naar de ontwikkeling van het christendom binnen het
Romeinse Imperium.
Belangrijke tijden:
193 – 235 Het Severische keizerhuis
212 Romeins burgerrecht voor iedereen door Caracalla
235 – 284 De soldatenkeizers
284 – 305 Begin Late Oudheid: Diocletianus en de Tertrarchie
306 – 337 Constantijn de Grote en het christendom
337 – 363 Constantijnse dynastie
361 – 363 Julianus de Afvallige
364 – 476 Verdeling Romeinse Rijk in Oost en West
410 Inname stad Rome door Visigothen
476 Laatste West-Romeinse keizer afgezet: einde West-Romeinse Rijk
476 – 552 Ostrogothen in Italië
527 – 565 Keizer Justianus + de herovering van Italië en N-Afrika
568 Inval Italië door de Longobarden = begin middeleeuwen
1453 Einde Oost-Romeinse Rijk
Samenvatting Handboek
16. De crisis van de derde eeuw n. Chr. en de late oudheid
16.1 Verhoogde druk op de noordelijke en oostelijke grenzen
In de jaren 161 – 166 was er een hevige oorlog tussen Rome en de Parten, die gevolgd werd door
grote Germaanse aanvallen in het Noorden (165 – 180). Marcus Aurelius en Lucius Verus spelen
hierin een belangrijke rol. In 168 beginnen de Germaanse invallen aan de Noord kant van het rijk. Om
dat te compenseren vestigde Keizer Marcus Aurelius Germanen in de gebieden, er was dus geen
volbloed Romeins leger meer.
De Germanen
Een Germaanse stam leek in veel opzichten op een Keltische. Ook een Germaanse stam werd geleid
door edelen, die over familiegroepen en onderhorigen regeerden en een persoonlijk gevolg van
krijgers hadden. Ook hier bestonden oorlogskoningen die gekozen werden door een vergadering van
krijgers. In de tijd van Caesar en Augustus waren de Germaanse edelen en hun krijgers goed
geoefend en bewapend, maar de volgers uit de lagere standen hadden nauwelijks wapens; allee een
in het vuur geharde houten speer en een licht schild. Van de Germaanse godsdienst en literaire
overleveringen uit deze tijd weten we niet veel. Hun mythen, sagen en heldenzangen werden
namelijk mondeling overgeleverd. In deze periode ontstonden ook stammen, heel vroeg begin van
nationalistische groepen. De Romeinse keizer lieten het toe dat Germanen zich in hun streken gingen
voegen. Verwoesten landstreken werden namelijk dan weer bebouwd waar belasting op gein kon
worden. Omdat de Germaanse druk op de grenzen dan af zou nemen en omdat de nieuwe rijk
ingezetenen goede rekruten leverden voor de Romeinse legers.
, Het Nieuw-Perzische rijk van de Sassaniden
In 226 n. Chr. versloegen de opstandige Perzen hun Parthische meesters. De Perzen namen het
Partische rijk over; Het Nieuwe-Perzische rijk was geboren. Naast de staatsorganen kwam een
mazdaïstische of zoroastrische religieuze organisatie. Het mazdaïme werd als het ware de nationale
godsdienst van het Sassanidische rijk. Van groot belang voor Rome was dat de nieuwe Perzische
koningen veel beter dan hun Partische voorgangers in staat waren belastingen te heffen en
voorraden te verzamelen en grote sterke legers konden mobiliseren.
De heropleving van de Perzische macht ging gepaard met een agressief nationalisme, zowel in de
buitenlandse politiek als in de religieus en cultureel opzicht. Wat de Perzische koningen in ieder geval
wel hardnekkig nastreefden was de verovering van enige bufferstaten. Tussen 230 en 283 woedden
er geregeld grote oorlogen tussen Perzen en Romeinen, waarin de laatsten maar met moeite stand
konden houden. De Romeins-Perzische oorlogen van 231 – 234 eindigde onbeslist, maar koste wel
vele levens. Na gewonnen veldslagen vielen de Perzen soms binnen in het Romeinse Rijk, om daar zo
veel mogelijk te plunderen en goed geschoolde mee te nemen. De Perzen verloren ook wel eens
zoals in 262 en 266. Tot 336 waren er daarna geen grote Romeinse-Perzische oorlogen meer
De Perzen beschouwden hun godsdienst, het zorastirme, als superieurs minachtten de religies van de
minderheden in hun rijk. Ook de Griekse cultuur ging achteruit.
16. 2 Interne problemen in het Romeinse Rijk
De verhoogde druk op de grenzen bracht allerlei gebreken in het Romeinse systeem aan het licht.
Militaire problemen
De oorlogen tegen de Germanen en de Parten toonden aan dat de vanzelfsprekende superioriteit die
de Romeinse legers eeuwen gehad waren tegenover de meeste van hun vijanden, minder geworden
was. In de grensgebieden waar relatief steeds meer van de rekruten gevonden moest worden, was
het Romeinse burgerrecht geen uitzonderlijk bezit meer zodat minder mannen dienst namen om het
Romeins burgerrecht te verkrijgen. De hogere officieren kwamen nog steeds uit de senatorenstand
en de ridderstand. Legeronderdelen die al lang in een bepaald grensgebied vertoefd hadden, hadden
daar sterke regionale belangen en bindingen gekregen. Dit betekend niet dat het Romeinse leger
uiteen aan het vallen was in concurrerende regionale strijdkrachten die elkaar de voorraden en
rekruten misgunden.
Structurele gebreken
Het Romeinse Rijk was na twee eeuwen vrede niet meer berekend op een min of meer permanente
oorlogstoestand. De kosten werden steeds hoger en hoger.
16.3 De Severi
Septimius Severus
Hij werd in 193 keizer en stichtte de dynastie Severi (193 – 235). Hij was van oorsprong geen militair
maar veel meer een rechtskundige. Het Romeinse Rijk bereikte zijn grootste omvang. Septimus
Severus zag in dat het leger uitgebreid en verbeterd moest worden. Bovendien begreep hij dat hij als
niet-militair iets extra’s voor de soldaten moest doen om bij hen in het gevlij te komen en zijn
heerschappij te bestendigen. De kosten van het militaire apparaat stegen enorm. De financiële
problemen namen toe. Severus wist de geldnoot op te lossen door krijgsbuit. Ook liet hij een serie
processen voeren tegen senatoren die (zogenaamd) zijn concurrenten Niger en Albinus gesteund
hadden, om zo hun bezit te confisqueren. Door de confiscaties groeiden de keizerlijke domeinen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sanneboekholt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.47. You're not tied to anything after your purchase.