Samenvatting schadevergoedingsrecht, ze staat geordend per powerpoint van de les samen met zeer volledige notities. Ik heb deze zelf ook geleerd (zonder het boek nog te bekijken) en heb zelf een 14/20 gehaald.
• Deel II: buitencontractueel aansprakelijkheidsrecht
• Deel III: alternatieve schadevergoedingssystemen
o Indemnitaire verzekeringen
› Sociale: in kader van sociale verzekeringen bv ziekteverzekering
o Wettelijke vergoedingsdelicten WAM-verzekeraars (verkeer): verzekeraar die verplicht is voor
motorvoertuigen. Deze verzekering wordt aangeboden door verzekeringsfirma’s die actief zijn op de
markt maar wij noemen ze gewoon de WAM-verzekeraar (verplichte aansprakelijkheidsverzekering
motorrijtuig).
› Letselschade: aan zwakke weggebruiker maar in praktijk is het aan iedereen behalve de bestuurder.
› Ongeval zonder vaststelbare aansprakelijkheid: ongeval en je kan niet weten wie aansprakelijk is.
o Schadefondsen
› Beroepsziekten
› Asbest
› Medische ongevallen
› Verkeersschade zonder WAM-verzekeraar
THEORIE VERSUS PRAKTIJK
Misvatting in studentenevaluatie 2013-2014:
“In de les wordt heel veel aandacht besteed aan verschillende theoretische stromingen. Ik denk dat het handig
zou zijn om te beklemtonen welke visie in de praktijk de voorkeur geniet.”
Praktijk = positief recht (recht zoals het bestaat) = juridische realiteit.
= dwingende conflictbeslechting zoals deze effectief gebeurt → blijkt in rechtspraak (= empirisch vast
te stellen)
Theorie = rechtsleer
= poging om relevant deel complexe realiteit weer te geven in zo klein mogelijk aantal onderling
consistente regels/wetmatigheden
= in de vorm van geformuleerde regels geformuleerd recht
→ Als er discussie is over welke theorie de juiste is dan betekent het dat men het niet eens is over
wat de regels juist zijn.
Bestaan theoretische “stromingen” = onenigheid over wat de rechtsregels zijn (niet over wat het zou
moeten zijn)
AANSPRAKELIJKHEID VERANTWOORDELIJKHEID
Het zijn 2 woorden bij ons maar in het Frans wordt er 1 woord gebruik, responsabilité. Het is echter niet
hetzelfde.
,VERANTWOORDELIJKHEID
• Zich moeten veranwtoorden
• Gedrag of gebeuren justifiëren
• Moeten instaan voor, de plicht hebben iets te doen
AANSPRAKELIJKEHID
• Je moet in rechte kunnen worden aangesproken, het is dus al een strikt juridisch begrip.
• Vorderingsrecht op basis van een regel van positief recht = bron van verbintenis tot schadeloosstelling
• Kan maar hoeft niet samen te vallen met verantwoordelijkheid
Je kan dus aansprakelijk zijn maar niet verantwoordelijk.
STRAFRECHT VERSUS BURGERLIJK RECHT
Aansprakelijkheid speelt zich af op 2 niveaus
STRAFRECHTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID
• Doel = repressief
o Afkeuren en afschrikken zodat het niet meer gebeurt
• Gevolg = straf
o De straf is niet het nadeel van het misdrijf dat wordt verschoven naar de dader. Het is in essentie een
leed dat de samenleving oplegt aan iemand anders. De staat creëert iets negatief.
• Focus = dader van gedrag, bij recidivisten zal de straf harder zijn
• Beoordelingsmaatstaf gedrag: subjectief en concreet
BURGERRECHTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID
• Doel: ongedaan maken van ongewenste gevolgen
• Gevolg = ontstaan verbintenis tot schadeloosstelling (=remedie)
o Het gaat over een nadeel dat reeds bestaat. De aansprakelijkheid zal bepalen wie het zal betalen. Hier
bestaat al iets negatief, maar het wordt verschoven.
• Focus = gevolg gedrag voor ander (benadeelde = SO)
• Beoordelingsmaatstaf gedrag: objectief en abstract
• Wordt geërfd
1) Subjectieve of foutaansprakelijkheid: het gaat over een fout van de persoon die je aanspreekt.
2) Objectieve of foutloze aansprakelijkheid (strict liability): je stelt iemand aansprakelijk, niet omdat er een
fout is begaan.
= “herstel” schade door rechtsfeit anders dan eigen fout
SAMENSPEL EN COÖRDINATIE
,• Samenloop van verschillende aansprakelijkheden
• Coëxistentie van verschillende aansprakelijkheden
o Actieve coëxistentie
o Passieve coëxistentie
• “Cascade” van verschillende aansprakelijkheden
o Regres
o Verticale cumul
SAMENLOOP
SO/benadeelde verschillende vorderingen tegen zelfde aansprakelijke?
o Bv: contractuele en buitencontractuele aansprakelijkheid
o Bv: objectieve en subjectieve aansprakelijkheid
o Bv: vennootschapsrechtelijke en gemeenrechtelijke
ACTIEVE COËXISTENTIE
SO verschillende vorderingen tegen verschillende aansprakelijken
= problematiek contractuele fout door uitvoeringsagent
o SO heeft contractuele vordering tegen aannemer
o Heeft SO tevens buitencontractuele vordering tegen onderaannemer?
!! werknemers zijn de belangrijkste uitvoeringsagenten.
PASSIEVE COËXISTENTIE
Bv: liftonderhoudsfirma doet werk niet goed, gewone bezoeker valt met lift naar beneden. Kan de 3 e (bezoeker)
ook tegen de onderhoudsfirma zeggen dat ze hun ctt niet goed hebben nageleefd?
• Verschillende SO’s verschillende vorderingen tegen aansprakelijke
, o Vb. contractuele wanprestatie (ctt wordt slecht uitgevoerd) → schade aan derden
o Eigenaar heeft contractuele vordering tegen liftonderhoudsfirma
o Heeft SO buitencontractuele vordering?
“CASCADE” VAN AANSPRAKELIJKHEDEN
• Regresvorderingen
o Betaling vergoeding aan SO door aansprakelijke
= voor aansprakelijke schade waarvoor ander aansprakelijk
Zeer vaak op het examen wordt niet alleen gevraagd “van wie kan het slachtoffer schadevergoeding
vragen” maar ook “wie zal de schadevergoeding dragen”? (Dit is dan de groene pijl)
Bv: Leerling begaat fout en er is een benadeelde. De onderwijzer kan aansprakelijk zijn. De
benadeelde kan dus kiezen wie aan te spreken. Stel de benadeelde kiest voor de onderwijzer, kan
de onderwijzer daarna regres uitoefenen op de leerling?
• Verticale cumul van aansprakelijkheden
o L veroorzaakt foutief schade aan S
o O is aansprakelijk voor L
o S is aansprakelijk voor O
Verticale cumul: de leerling veroorzaakt foutief schade. Dan weet je dat biet enkel de leerling
aansprakelijk is maar ook de onderwijzer. De benadeelde kan de onderwijzer dus aanspreken. Als de
onderwijzer voor een school werkt, kan je dan de school aanspreken?
VERZEKERING: BEGRIP
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Laure1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $17.68. You're not tied to anything after your purchase.