100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Schematische weergave van theorie beschrijvende statistiek OB0502 (Open universiteit OU) Onderwijswetenschappen $11.24
Add to cart

Summary

Samenvatting Schematische weergave van theorie beschrijvende statistiek OB0502 (Open universiteit OU) Onderwijswetenschappen

 159 views  15 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Een schematische weergave van theorie beschrijvende statistiek OB0502 van de pré-master onderwijswetenschappen aan de open universiteit. Het geeft een duidelijk schematisch beeld van alle theorieën die aanbod komen tijdens deze cursus.

Preview 4 out of 32  pages

  • No
  • Hoofdstukken uit beschrijvende statistiek
  • May 10, 2024
  • 32
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Studietaak 1.1. meten in gedragswetenschappen en onderwijs 1


Meetniveau (Leerdoel 1) Variabele
Meten (Leerdoel 1)
Is een typering van de manier waarop een Een kenmerk dat bij een meting minimaal
Meten is het toekennen van een waarden aan twee verschillende waarden kan
variabele is gemeten, die mede bepaalt welke
waarnemingen volgens een vaste aannemen. Een tegenovergestelde is een
statistische analyses er mogelijk zijn voor de
toekenningsregel constante → de waarde varieert niet.
gemeten variabele.



Geschiedenis Psychometrie Kwaliteit metingen
1860 – Ernst Heinrich Weber, heeft Houdt zich bezig met het meten van Onbetrouwbare metingen aan de
ontdekt dat er wetmatig verband bestaat psychologische verschijnselen. Vooral oorzaak-kant hebben een negatief effect
tussen het minimale verschil tussen 2 waarin metingen gevolgen hebben voor op de mogelijkheid om conclusies te
gewichten dat nodig is voor een menselijk individuele personen. trekken over de oorzaak-gevolg
proefpersoon om dit verschil te kunnen verbanden.
waarnemen bij optillen. Psychofysica
Steekproef vs. populatie
Gustac Theodor Fechner, waarnemingen Waren geïnteresseerd in het effect van
kunnen daadwerkelijk gemeten worden externe prikkels op menselijke Doormiddel van een uitkomsten uit een
met meetinstrumenten op schaal. gewaarwording (oorzaak-gevolg) steekproef kan er een schatting gemaakt
Passend bij experimentele onderzoeken. worden van de overeenkomstige waarden
1892 – Gerard Heymans, kreeg geld voor Hierbij worden metingen niet gebruikt om in de populatie.
meetinstrumenten. uitspraken te doen over individuele
personen.

Molenaar
Representatie- of modelmetingen
Maakt onderscheid tussen
Meetsysteem is onafhankelijk van het object dat je wilt meten - het systeem achter meters en
representatie- of modelmetingen en
grammen staat los van de voorwerpen die je meet. Binnen je meetsysteem kun je bewerkingen
anderzijds fiat- of indexmetingen.
uitvoeren, bijvoorbeeld optellen van waarden, die algemeen geldig zijn. Die mag je dan weer
toepassen op je objecten. (observaties)
Meten volgens Stevens
Fiat of indexmetingen
Vaste toekenningsregel: ieder goed
antwoord is 1 punt. Wanneer geen vaste Hierbij het construct dat gemeten wordt (bijv. motivatie) nauw verbonden aan het instrument
toekenningsregel spreken we van waarmee gemeten wordt. Een extreme vorm hiervan is introspectie. Hierbij worden gevoelens
beoordeling. gemeten door vrije-zelfrapportages. Het meetbaar maken van onzichtbare psychologische
Gemaakt door: Liesbeth Vink constructen heet operationaliseren.

,Leerdoel 1 en 2 Studietaak 1 Meetniveau ’s (over de studietaken heen)
2


Nominaal (1) Interval (3)

Je kunt niet rekenen met de waarden van de Naast rangorde hebben de intervallen tussen de verschillende waarde een betekenis.
variabele. De numerieke waarde is slechts een Voorbeeld: temperatuur. 5 graden en 10 graden en 10 en 15 graden - hier zit bij beide 5
naamgeving. Voorbeeld: cola, cassis etc. graden verschil tussen.
Geen absolute 0 waarden bij geboortejaar of temperatuur i.v.m. andere meetwaarden
Ordinaal (2) elders.

Hierbij is er sprake van een rangorde. De intervallen Ratio (4)
er tussen hebben geen betekenis. Voorbeeld:
opleidingsniveau. Het is niet zo dat wanneer je vwo Hierbij is er sprake van rangordening en intervallen die
hebt je 5x hoger opgeleid bent dan iemand met een betekenis hebben en een absoluut 0 waarde. Denk aan lengte.
vmbo. Wel is belangrijk dat de waarde blijft oplopen.

Categorisch -> Het gaat om verschillende categorieën
waarmee je niet kunt rekenen.

Studietaak 1.2. Categorisch of nominale variabelen

Nominale variabele
Het enige kenmerk waarop je de objecten of
waarnemingen kunt indelen is op naam. Je kan niet Dichotomieën
rekenen met de metingen.
Zijn vaak het gevolg van de manier waarop wij de wereld indelen. Geslacht (man en
Toch kan het zijn dat je een meting hebt met 2 vrouw) komt daarbij in de buurt. We spreken van ‘kunstmatige ‘dichotomieën in de
waarden. Denk aan leeftijd in groep 7 (9 en 10 jaar). Dit maatschappij. We delen graag in zoals jong of oud, arm of rijk en dun en dik etc. Ze
zijn twee waarden naast elkaar staande categorieën maken het leven overzichtelijk maar leiden ook gemakkelijk tot versimpeling. Bedenken
zijn en dus niet gerangschikt kunnen worden. Dit wordt dat veel metingen dicht bij de scheidingslijn zullen uitkomen. In onderzoek wordt liever
dichotomie genoemd. onderliggende continue gebruikt dan dichotomiseerde indeling. Voorbeeld: BMI-index.

Voorbeelden van niet te rangschikken zijn religie, Meer dan 2 waarden
beroep, profielen. Een waarde is niet hoger of lager of
minder of meer. Bij categorische variabelen met meer dan 2 waarden kan er sprake zijn van een
onderliggend continuüm. Toch zijn ze nominaal daar ze niet gerangschikt kunnen
Nominale waarde is het minimale meetniveau voor worden in hoger of lager. Denk aan BMI. Ondergewicht is niet hetzelfde als minder
dichotomisering ondergewicht.
Gemaakt door: Liesbeth Vink

, 3
Studietaak 1.4 Frequentietabellen en kruistabellen

Leerdoel 3


Benaming Uitleg
Datamatrix Alle afzonderlijke waarnemingen. Is vaak groot en onoverzichtelijk.
Relatieve Relatieve frequenties worden vaak uitgedrukt in percentages. Omdat absolute frequenties vaak onderling niet goed te
frequenties vergelijken zijn.
Proporties Dit is een andere vorm dan percentages. Voorbeeld: 60% is 0,6 proportie.
Frequentietabel Hierin worden alleen gegevens geordend voor afzonderlijke nominale variabelen en daarom is de informatieve waarde
ervan beperkt.
Kruistabel (cross Frequentieverdeling van 2 variabelen tegelijk.
table, contingency Hierbij kruisen de twee nominale waarden waarbij de ene variabele wordt gepresenteerd door de kollommen en de
table) andere door de rijen. Hier worden vaak relatieve frequenties gebruikt (percentages)
Cumulatieve Alle aantallen bij elkaar opgeteld (uit het kruistabel) Beide variabelen.
aantallen
Randtotalen Totalen in een kruistabel staande aan de rand (1 variabel).
Valid percent Als er missende waarden zijn kan er onderscheid gemaakt worden in percentage en valide percentage (zonder
missende waarde meegerekend).
Grafieken Taartdiagram voor percentages
(histogrammen) Staagdiagram voor exacte getallen
Operalisatie Het meetbaar maken van waarden
Latente variabele Een variabele die je niet direct met één variabele kunt meten. Meerdere variabele nodig om vast te stellen.
Onafhankelijke Deze oefent invloed uit (meestal aangegeven met x)
Afhankelijke Wordt beïnvloed door x

Extra info naar aanleiding oefenvragen Missing value
Systeem missing value -> technische fout tijdens het invullen of de respondent heeft
SPSS bewust niks ingevuld
Compute → hierbij wordt altijd een nieuwe User missing value → de onderzoeker kiest er bewust voor om de waarde niet mee te
variabele gecreëerd. nemen in de analyse. De beoordelaar beoordeeld de waarde als niet waardevol. Vaak
Recode → kan in de zelfde variabelen ingevuld met 9.
‘recode into same variables’
In SPSS kan je ‘listwise exclusion’ aangeven, hij filtert alle respondenten met 1 of
meerdere missing values uit de analyse.

Gemaakt door: Liesbeth Vink

, Studietaak 1.5. / 1.6. Ordinale/interval/ratio schalen 4


Kleur Zoetheid Datum geplukt Gewicht
Rode appel Rood Medium 14 september 50 gram
Groene appel Groen Zuur 4 september 70 gram
Gele appel Geel Zoet 4 oktober 60 gram

Kleur (geel) Nominale rangorde Je kan een vergelijking maken maar groene en rode appel zijn verschillend.
Zoetheid (blauw) Ordinale rangorde Je kan een vergelijking maken, maar je kan deze ook in volgorde zetten (zuur naar zoet).
Datum (groen) Interval Je kan vergelijking maken, volgorde van rangorde doormiddel van interval schaal
Gewicht (paars) Ratio Het gewicht van de appels. Je kan uitrekenen hoeveel zwaarder de groene appel is ten opzichte
van de rode appel.

Interval
Ordinaal Knoop (tie/ex aequo)
De afstand tussen de rangorde is wel van belang. Er
Er is wel sprake van rangorde maar de Gelijke plaats in kunnen conclusies uit getrokken worden. De grootte van de
intervallen tussen de waarden hebben geen rangschikking binnen afstand tussen de waarden is gelijk aan elkaar. Voordeel: je
betekenis. Voorbeeld: uitslag sportwedstrijd meetniveau. kan krachtigere statistische technieken op toepassen.
1 tot 10. Deze geven niet de tijd aan die
tussen nummer 1 en 10 zat etc. Sterke rangschikking
Iedereen heeft een eigen Ratio
Van oneens naar eens is ook op ordinale plek in de rangorde.
Hoger dan interval. Hierbij kan er ook iets gezegd worden
schaal. De afstanden tussen de waarden
over de verhoudingen van de afstand. Er is hierbij een vast
zijn betekenisloos. VB: inkomens, Zwakke rangschikking
0 punt. Celsius -> interval Kelvin -> Ratio
leeftijdsgroepen etc. Veel knopen/tie/ex aequo.
VB: lengte, leeftijd en gewicht. Je moet kunnen zeggen
Ordinaal is een specifieke vorm van
deze sinaasappel is 2 keer zo zwaar als de andere
categorische variabelen. Bij sterke
sinaasappel.
rangordening wordt er gesproken van
continue variabele. Ordinaal bevindt zich
hoger dan nominaal. Je kan echter niet Statistiek
werken met spreidingsmaten. Theorie: alle waarnemingen moeten voorkomen.
Praktijk: statistische technieken zijn bruikbaar als je veel
Zwakke rangschikking verschillende waarnemingen hebt die verdeeld zijn.
Denk aan opleidingsniveau. VMBO, hierbinnen kan iemand met hakken
Statistiek gaat altijd over verschillen. Je voorspelt of
over de sloot zijn diploma hebben gehaald en iemand met hele hoge cijfers.
verklaar verschillen tussen menden, niet absolute data.
Deze type rangordening kunnen gemakkelijk leiden tot schijn exactheid.
Interval schaal volstaat meestal.

Gemaakt door: Liesbeth Vink

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller liesbethvink1995. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.24. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50843 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$11.24  15x  sold
  • (0)
Add to cart
Added