Alle onderwijsgroepen voor het vak vennootschapsbelasting 2019. De les aantekeningen staan er in het rood bij. Zelf zonder (online) college kun je het vak prima volgen! De eventuele herkansing zal zo ook zeker lukken.
Week 1 Verhouding tussen inkomstenbelasting en
vennootschapsbelasting. Overgang van
inkomstenbelasting naar
vennootschapsbelasting.
De advocatenmaatschappij
Lex Dura en Evelien de Meester zijn advocaat. Zij oefenen hun beroep uit in een maatschap die zij met elkaar zijn
aangegaan. De winst van de maatschap wordt in de verhouding 50:50 tussen hen verdeeld.
Lex heeft zijn aandeel in de maatschap ingebracht in een BV namens welke hij zijn beroep uitoefent. Evelien heeft dit niet
gedaan. Zij is zelf vennoot in de maatschap en oefent haar beroep uit op eigen naam.
In 2015 behaalt de maatschap een winst van € 200.000. Hiervan komt op grond van de afgesproken winstverdeling €
100.000 toe aan de BV van Lex, Lex Dura BV, en € 100.000 aan Evelien.
Lex ontvangt in 2015 elke maand van Lex Dura BV een salaris van € 5000. Evelien neemt in 2015 elke maand uit de
maatschap € 5000 op als voorschot op haar winstaandeel.
In 2016 keert Lex Dura BV uit haar winst over 2015 aan Lex een dividend uit van € 20.000. De BV heeft geen andere
inkomsten dan haar aandeel in de winst van de maatschap (€ 100.000 over 2015). Evelien neemt in 2016 van haar aandeel
in de winst van de maatschap over 2015 € 25.000 op.
In 2016 verstrekt Lex uit zijn privévermogen een lening van € 100.000 aan Lex Dura BV. Lex bedingt hierover een rente van
3%. Had de BV het geld bij een bank moeten lenen, dan had zij een rente van 6% moeten betalen. De BV wendt de lening
aan voor een verbouwing van het kantoorpand van de maatschap. Evelien wendt voor de verbouwing van het kantoorpand
van de maatschap eveneens een bedrag van € 100.000 uit haar privévermogen aan.
Leerdoelen:
Leerdoel 1: Wie moet, of moeten, belasting betalen over de winst van de
maatschap? Is dat de maatschap zelf, Evelien, Lex of de BV van Lex, Lex
Dura BV?
De maatschap is een personenvennootschap. Een maatschap wordt niet genoemd in art. 2 Wet Vpb of 3
Wet Vpb en is dus geen lichaam in de zin van de vennootschapsbelasting. Over de winst die behaald
wordt door de maatschap wordt dus geen vennootschapsbelasting geheven. De winst wordt betrokken in
de inkomstenbelasting als winst uit onderneming. Dit geldt in de casus alleen voor Evelien, nu dat van Lex
naar zijn eigen BV gaat.
Art. 3.5 Wet IB: advocaat is een zelfstandig uitgeoefend beroep, dus ook een onderneming. De maatschap
is hier dus een objectieve onderneming. 50% van deze onderneming vormt de subjectieve onderneming
van Evelien zij is ondernemer voor de inkomstenbelasting en dus wordt haar deel van de maatschap
belast in de inkomstenbelasting. Er wordt €100.000 in de heffing betrokken – de MKB-vrijstelling
€100.000 – 14% = €86.000. Hierover wordt even genomen dat zij 52% betaald, dus €100.000 - €44.720 =
€55.280. De belastingdruk is 44,7%.
Lex heeft zijn 50% van de maatschap ingebracht in de BV. Deze is belastingplichtig voor de vpb op grond
van art. 2 lid 1 Wet Vpb. Art. 2 lid 5 Wet Vpb zegt lichamen worden geacht hun onderneming te drijven
met behulp van hun gehele vermogen. Dit betekent dat alles wat op de balans staat
ondernemingsvermogen is. Het maakt niks uit wat er gedaan wordt in beginsel mag je alles doen,
omdat er een fictie is dat er een onderneming wordt gedreven. Het is wel van belang wat voor activiteiten
er worden verricht, maar dit komt later terug (bijvoorbeeld bij deelnemingsvrijstelling). De overige 50%
van de maatschap wordt dus toegerekend aan de BV. Lex is aanmerkelijkbelanghouder in deze BV. Er zijn
hier dus twee subjecten die belastbaar zijn vpb en box II IB. De BV wordt belast in de vpb voor €100.000
x 25% = €75.000. Lex heeft een aanmerkelijk belang, dus wordt deze €75.000 belast tegen 25% in box II IB
€75.000 - €18.750 = €56.250. De belastingdruk is hier 43,75%.
Nu is er een belastingplichtige voor de vpb, namelijk de BV. Nu moet er gekeken worden waarover
belasting betaald moet worden art. 7 Wet Vpb: de belastbare winst – aftrekbare verliezen – aftrekbare
1
, giften. Wat winst is voor de vpb staat in art. 8 Wet Vpb. Hierdoor val je terug in de IB, namelijk jaarwinst
en totaalwinst.
Maatschap + 200 k (winst)
Evelien maat
BV maat gehouden door lex
Maatschap: geen zelfstandig dragen rechten en plichten
Objectieve onderneming onderneming hier gevoerd
Onderneming: duurzame organisatie van kapitaal en arbeid met oogmerk winst door deelname aan
eco verkeer
Personenvennootschap dus geen rechtspersoonlijkheid
Dus is verder niets
Niet zelf bp
Art 2: wat wel / geen belaste entiteiten zijn en hier staat geen maatschap
Hoe die 200 k belasten
Maatschap: objectieve onderneming
IB: subjectieve onderneming alleen evelien 50%
Evelien:
Wuo
Grondslag: behaalde winst 100 k
Verminderd met aftrekbare kosten, ondernemingsvrijstelling, mkb- winstvrijstelling
Mkb 14%
100
14 -/-
86
Hoogste tarief: 51.75%
86 x 51.75% = 44.505
100 – 44.505 = 55.495
Alleen ff mkb gedaan
Dit is ib
De andere (niet IB) kant
BV subjectieve bp in vpb
BV is rp: zelfstandig drager rechten en plichten
2 1 a vpb
Wat is de onderneming van de bv: art 2 lid 5 geacht met gehele vermogen
Dus alles wat in de bv zit geacht onderneming te vormen
Enkel belegging kan ook (art 13 lid 9 maar dit was hoofdregel)
Alle vermogensbestanddelen alles voor vpb
Verschil met ib:
IB: ondernemings- privé- en keuzevermogen vermogensetikettering
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller samenvattingen178. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.22. You're not tied to anything after your purchase.