Samenvatting Stuart Hall, ‘The Spectacle of the Other’, in: Stuart Hall (red.),
Representation: Cultural Representations and Signifying Practices (Londen 1997), 223-290,
waarvan 223-269.
Elena van Hattum
Introduction
Vragen: Hoe representeren we mensen en plekken die duidelijk anders zijn van ons? Waarom is
‘verschil’ zo'n aantrekkelijk thema, en zo’n betwist veld van representatie? Wat is het geheim van de
fascinatie met ‘andersheid’, en waarom is populaire representatie zo vaak hiertoe aangetrokken? Wat
zijn de typische vormen en manieren van representatie van ‘verschil’ in de populaire cultuur van nu,
en waar komen deze populaire figuren en stereotypen vandaan? ->Hall focust zich specifiek op
stereotypering en het representeren van verschil.
Hierbij wordt gekeken naar raciaal en etnisch verschil, maar Hall zegt dat wat daarover gezegd wordt
op dezelfde manier geldt voor andere vormen van verschil (als gender, seksualiteit, klasse, handicap).
Zijn focus ligt op de variëteit aan beelden in de populaire cultuur en massamedia: Zijn de repertoires
van representatie van ‘verschil’ en ‘andersheid’ veranderd of blijven de oudere intact in de moderne
samenleving? ->Verdiept zich in theorieën over de praktijk in representatie genaamd ‘stereotyping’.
Kijkt naar een aantal strategieën om representatie te veranderen, te strijden tegen ‘negatieve’ beelden
en de praktijken in representatie mbt tot ras te transformeren naar positievere. Stelt de vraag: Kan er
een effectieve ‘politiek van representatie’ zijn?
->Draait om visuele representatie. Doel: Begrip van wat representatie is en hoe het werkt vergroten.
Definitie representatie= een complexe praktijk die, vooral mbt ‘verschil’, gevoelens en attitudes
oproept en angsten in de kijker mobiliseert, op diepere manier die we niet op een simpele
manier kunnen uitleggen.
1.1 Heroes or villains?
Hoe ‘lees’ je een foto? - >Foto heeft functie in het level van de mythe (letterlijk), als op
thematisch/bijbetekenis, gevoelig level (wat er achter zit; subthema van ras en verschil.) → Betekenis
van de foto is dubbelzinnig; Dezelfde foto kan meerdere, verschillende (soms zelfs
tegenovergestelde) betekenissen hebben. Maar er is niet 1 ‘ware’ betekenis. Betekenis ‘zweeft’. Om 1
betekenis proberen vast te zetten is het werk van een representationele praktijk; probeert er 1 te
privileren. → Welke betekenis heeft de voorkeur (van degene die het uitbrengt)? ->Deze foto is
paradoxaal.
Betekenis ligt niet alleen in het beeld, maar ook in de tekst eromheen; 2 discoursen (geschreven taal,
fotografie) zijn nodig om de betekenis te geven.
-De foto laat beiden een gebeurtenis (aanduiding) zien en draagt een boodschap of betekenis
(bijbetekenis); meta-message/ mythe; over ras en verschil. Verschil wordt gemarkeerd. Verschil
betekent iets; “it ‘speaks’.”
-Elk beeld wordt ook gelezen in de context van de bredere vraag van culturele behorendheid en
verschil (voor zwarte mensen bijv. moeilijker om als ‘Nederlands’ gezien te worden).
-Racistische (seksuele) stereotypes ->Is het een grap, of heeft het een diepere betekenis? Wat
hebben seksualiteit en gender met beelden van zwarte mensen te maken? (Fanon: witte mensen zijn
geobsedeerd met de seksualiteit van zwarte mensen; bijv. grote ‘lunchbox’.) Wat is het verband
tussen deze fantasieën van seksualiteit met ras, en etniciteit in de representatie van verschil en
andersheid?
→ Mensen die op enige manier aanzienlijk anders zijn dan de meerderheid (‘zij’-wij), worden
vaak blootgesteld aan de binaire (bestaande uit 2) vorm van representatie: ze worden
gerepresenteerd als tegengesteld, gepolariseerd, binaire tegenpolen (goed/slecht,
barbaars/beschaafd, lelijk/knap, afstotend-door-andersheid/afstotend-door-vreemdheid).
Er wordt van ze verwacht dat ze beiden dingen zijn tegelijkertijd.
, -Betekenis van beelden wordt vermeert als ze in context worden gelezen, tegen of met andere
beelden. Beelden hebben van zichzelf geen betekenis. Ze stapelen betekenissen op, of spelen ze af
tegen andere; over verschillende teksten/media. ->Elk beeld heeft zn eigen, specifieke betekenis;
maar op het algemene niveau van hoe verschil en andersheid wordt gerepresenteerd in een bepaalde
cultuur of op een moment, zien we vergelijkbare representationele praktijken en figuren herhaald
worden met variaties, van de ene tekst of plaats of representatie naar de andere. →
intertekstualiteit. Hele repertoire mbt representatie van verschil=’regime of
representation’/’representational paradigm.’
→ Waarom is verschil zo aantrekkelijk als object van representatie? Wat vertelt het markeren van
raciaal verschil ons over representatie als praktijk? Door welke representationele praktijken krijgt
raciaal/etnisch verschil betekenis? Wat zijn de ‘discursieve formaties’, repertoires/regimes van
representatie die de media gebruikt als ze verschil representeren? Waarom wordt 1 dimensie van
verschil (ras) gekruist met anderen (gender, seksualiteit, klasse etc.)? Wat is het verband van
representatie van verschil met de vraag van macht?
1.2 Why does ‘difference’ matter?
Waarom doet verschil er toe- hoe kunnen we de fascinatie met verschil uitleggen? Welke theoretische
argumenten kunnen we hierbij gebruiken? -> 4 theorieën: 1. Taalwetenschappen (Saussure) (taal
als model hoe cultuur werkt): verschil doet er toe omdat het essentieel is voor betekenis: zonder
verschil is er geen betekenis. (we weten wat zwart betekent, doordat het niet wit is). Betekenis is
relationeel. Verschil geeft betekenis/boodschap. → Hall: Binaire tegenpolen hebben een grote waarde
omdat ze diversiteit vastleggen van de wereld, maar ze zijn ook ruw, een reductionistische manier om
betekenis vast te zetten; ze simplificeren en creëren en 2-delige structuur, waardoor alles wat
daartussen valt opgeslokt wordt. → Jacques Derrida: er zijn weinig neutrale binaire tegenpolen; 1 is
meestal de dominante; er is altijd een relatie met macht tussen de binaire tegenpolen (want wereld
wordt gezien in extremen; wit kan niet zwart zijn.).
2. Taal, maar niet Saussure: We hebben verschil nodig omdat we betekenis vormen door een
gesprek met ‘de ander’. Mikhail Bakhtin: niet objectief systeem zoals bij Saussure, maar hoe
betekenis tot stand komt door gesprek tussen 2 of meer sprekers. Betekenis hoort niet tot 1 van de
sprekers, maar komt pas tot stand door het gesprek. ->Er is een strijd over betekenis mogelijk.
Betekenis komt uit het verschil tussen de participanten van het gesprek. → Negatieve kant: betekenis
kan dus niet vastgezet worden, 1 groep kan dus niet complete macht hebben over (zijn) betekenis.
3. Antropologisch (du Gay, Hall et al.): cultuur hangt af van het geven van betekenis door ze in
verschillende posities in een geclassificeerd systeem te plaatsen. Het markeren van verschil is de
basis van de symbolische orde die de cultuur uitmaakt. Mary Douglas (Emile Durkheim, Claude
Levi-Strauss): sociale groepen leggen betekenis op aan hun wereld door het ordenen/organiseren
van dingen in een geclassificeerd systeem. Binaire tegenpolen is hier belangrijk voor, want als je
dingen wil classificeren moet je het verschil tussen deze dingen aanduiden. Verschil is dus cruciaal
voor culturele betekenis. → Negatieve kant: Als dingen niet in een categorie passen, of in de
verkeerde worden geplaatst, verstoort dit de culturele orde. Symbolische grenzen houden de
categorieën ‘puur’, wat de cultuur zijn betekenis en identiteit geeft. Het doorbreken van ongeschreven
regels (‘matter out of place’) verontrust de cultuur-> we verwijderen de ‘matter out of place’ dus;
proces van purificatie. Symbolische grenzen zijn centraal aan alle culturen. Het markeren van verschil
zorgt er symbolisch voor dat we onze cultuur definiëren, en alles wat daarbuiten valt stigmatiseren als
onpuur en abnormaal (en verdrijven). ->Paradox: Ditzelfde (dat verschil de culturele orde bedreigt)
maakt verschil machtig omdat het aantrekkelijk wordt (het is verboden, taboe).
4. Psychoanalytisch: De ‘ander’ is fundamenteel voor het vormen van je identiteit, ook seksueel. ‘De
ander’ is fundamenteel voor het ontwikkelen van de mens als subject (subjectief)-> Subjectiviteit kan
alleen ontstaan, en een idee van ‘zelf’, door de symbolische en onbewuste relatie van het jonge kind
met ‘de ander’ die van buitenaf is (anders dan) het kind zelf. (Freud, Jacques Lacan, Melanie Khan).
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elenavanhattum. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.