Hoorcollege: bio-elektriciteit
Celmembraan
➢ Bevat:
- Cholesterol – maakt membraan vloeibaarder of minder
vloeibaar
- Cytoskelet – met eiwitten in het membraan – stevigheid
- Glycoproteïne – aan t eiwit
- Glycolipide – direct aan t membraan
- Integraal eiwit – ionkanaal
➢ Bescherming tegen buitenwereld
➢ Handhaaft [ ] – hierdoor ook energiebron
➢ Zorgt voor transportwegen
Functies membraaneiwitten
➢ Cel-cel herkenning
➢ Signaalverwerking
➢ Intracellulaire hechting
➢ Hechting cytoskelet
➢ Enzymvorming
➢ Membraan tansport (oa ionkanalen)
➔ Selectieve permeabiliteit afhankelijk van grootte, vorm en lading
Transport
➢ Diffusie (passief) – met concentratiegradiënt mee (kost geen E)
dmv ionkanalen, carriers, osmose, uniport (1 richting)
➢ Actief – tegen concentratiegradiënt in (meteen ATP verbruik)
Na/K-pomp (antiporter – ene in, andere uit)
➢ Secundair actief – energieverbruik uit elektrochemische gradiënt van Na+
contransport van Na en glucose – glucose glipt stiekem mee (symporter)
kost E, omdat Na terug wordt gepompt met ATP
➢ Vesiculair – actief – dmv endo- en exocytose
Cel krimpt in hypertone omgeving
Cel zwelt in hypotone omgeving
Membraanpotentiaal
➢ Binnenzijde van membraan is negatief gelladen tov
buitenzijde – (trans)membraanpotentiaal
➢ Lekkanalen – openstaande K en Na kanalen
➢ Concentratiegradiënt voor K en NA
- Positieve gradiënt: Na+ de cel in ENa≈ + 70mV (hier onder, dan instroom Na)
- Negatieve gradiënt: K+ de cel uit EK≈ - 90mV (hier boven, dan uitstroom K)
, ➢ Rustpotentiaal – efflux van K+ = influx van Na+ ≈ -75mV
hangt af van het aantal K en Na lekkanalen (we hebben gem meer Na-kanalen)
Verstoring rustpotentiaal
➢ Extra in-/uitstroom van Na/K
dit komt door receptor-gestuurde of spanningsafhankelijke ionkanalen
➢ Receptor-gestuurde ionkanalen
- Op dendrieten en soma (normaal dicht)
- Produceren een ‘graded potential’ als reactie op neurotransmitter
Graded potential – kan leiden tot actiepotentiaal
➢ Variabel in grootte en duur
- Na-kanalen open – depoli
- K-kanalen open - hyperpoli
- Groter als meer kanalen open
- Langer als kanalen lang openstaan
➢ Ontstaat op dendrieten of soma
➢ Verzwakt tijdens voortgeleiding naar axonheuvel
- Ionen lekken weg en verliezen E door intracellulaire weerstand
Van graded potential naar actiepotentiaal
➢ Als genoeg depoli (> - 60mV) om drempelpotentiaal te overschrijden →
actiepotentiaal
➢ Spanningsafhankelijke Na-kanalen gaan open en zorgen voor extra depoli
Spanningsafhankelijke Na-kanalen
➢ Zitten op axon en axonheuvel
➢ Activatie- en inactivatiepoort – dit reageert op veranderingen in het
membraanpotentiaal (snel) – tijdelijke Na-instroom
Spanningsafhankelijke K-kanalen
➢ Zitten op axon en axonheuvel
➢ Alleen activatiepoort
- In rust – gesloten
- Openen bij depoli (relatief traag)
- Sluiten bij repoli (relatief traag)
Actiepotentiaal
➢ Een vrijwel verwaarloosbaar chemisch effect (elektrisch natuurlijk wel groot) ([ion]
veranderd nauwelijks)
,Hodgkin en huxley hebben nobelprijs door bekijken vh gedrag van ionkanalen dmv voltage
clamping
verzameling aan differentiaalvergelijkingen (beschrijven tijds- en
spanningsafhankelijkheid)
Voortgeleiding actiepotentiaal
➢ Verzwakt niet, omdat het steeds opnieuw vormt
➢ Snelheid ≈ 0.5-10 m/s
➢ Er zijn terugstromende ionen, deze doen alleen niks (ze zitten in refractair stukje)
Sprongsgewijze voortgeleiding
➢ Myelineschede – ionen kunnen hierdoor niet weg lekken
➢ Snelheid > 100 m/s
➢ Kost minder E – Na/K-pomp hoeft niet hard te werken
Structuur neuron
Overdracht van actiepotentiaal
➢ Gaat stapsgewijs dmv synaps
Hoorcollege: hart en circulatie I en II
Hartzakje – pericardium (hierin al het hartspierweefsel)
LV wijst naar linkerkant, hart wel in t midden
RV is dunner – bloeddruk in pulmonaire circulatie is laag, dus minder druk opbouw nodig
, AV-kleppen – tussen A en V – mitralis en tricuspedalis
SL-kleppen – tussen V en bloedvaten – aortaklep en pulmonalisklep
Hartcyclus
va diastole – E-D-B-A-C-F
Bij diastole is de druk in de aorta groter dan in de V
(anders kleppen open)
➢ Vulling vd ventrikels (druk hoger dan in aorta)
20% is door atrial kick
➢ Eind vulfase – atrium trekt samen
➢ Tijdens inspanning vullingsfase korter (hogere
HR) - atrium draagt dan 20% bij
Isovolumetrische contractiefase – het moment dat hartcellen
samentrekken
Als de druk in V groter is dan de druk in de aorta – opening vd aorta
kleppen – ejectiefase
Icutus cordus – het geluid van de terugslag/ejectie (ontstaat door druk van
bloed op het hart)
Isovolumetrische ontspanningsfase
➢ Druk in V neemt af, aorta klep sluit
➢ Druk V > druk A → vullingsfase
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller irislmaas. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.