Q3: Intra- en extraperitoneaal
Als er een bloeding bij een orgaan dat intraperitoneaal ligt ontstaat dan kan er een grote
inwendige bloeding ontstaan omdat er veel bloed in de buikholte past. Bij een bloeding van de
nier (extrapertioneaal) kan er lang niet zoveel bloed weg en zal de bloeding snel vanzelf stoppen.
De rode lijn op de onderstaande afbeelding is het pariëtale peritoneum. Daar waar het vlies om de
oerdarm heen loopt is het visceraal peritoneum. Daar waar de twee vliezen bij elkaar komen is het
mesenterium of de ophangband. Via dit mesenterium lopen bloedvaten en lymfevaten naar en van
het orgaan. Ligt een orgaan intraperitoneaal dan moeten de bloedvaten dus via een mesenterium
(of ligament) naar het orgaan toe. Je kunt dus stellen dat: die organen die een mesenterium
hebben intraperitoneaal liggen, en omgekeerd. Het peritoneum is dus één doorlopend vlies met
twee verschillende namen. Alles wat binnen de rode lijn ligt (de hele oerdarm) ligt oorspronkelijk
intraperitoneaal. Alles buiten de rode lijn ligt dus van oorsprong extraperitoneaal. Dit zijn de aorta,
blaas, oesophagus, (bij)nieren, ureteren, prostaat, vena cava inferior, het rectum en de gonaden
(toekomstige ovarium en testis).
Pagina 1 van 5
, In de bovenbuik is er naast een dordaal mesenterium (mesogastrium) ter hoogte van de maag ook
een ventraal mesenterium. Uit het dorsale mesenterium ontstaat uiteindelijk het mesenterium van
de dunne darm en een deel van het colon en het omentum majus. Uit het ventrale mesenterium
ontstaat het omentum minus en het ligamentum falciforme hepatis. In het dorsale mesenterium
ontstaat de milt en in het ventrale mesenterium ontstaat de lever.
De oerdarm gaat groeien. Er is echter niet zo veel ruimte in de buikholte en de darm gaat dus ook
kronkelen. Op sommige plaatsen komt de darm dicht tegen de rand aan te liggen. Daar verdwijnt
het mesenterium waardoor dat gedeelte van de darm eigenlijk ook extraperitoneaal komt te
liggen. Dit noemen ze secundair extraperitoneaal. Dit gebeurt bij de pancreas en duodenum en
het colon ascendens en descendens.
Pagina 2 van 5
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller de99. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.