Dit is een uitgebreide samenvatting met alle stof van de lessen en alle oefenopgave met antwoorden zitten erbij in. Deze uitgebreide samenvatting is gemaakt voor het vak Economische en Juridische thema's. Dit vak wordt gegeven op Saxion, Commerciële Economie, jaar 3, kwartiel 3.
Samenvatting: Juridische thema’s
BOEK: Van Idee naar IE en wettenboek
READER: 4316
Intellectuele eigendom (boek, reader en wetboek)
Mededingingsrecht = regelt de concurrentie tussen ondernemingen
Hoever mag een ondernemer gaan in de strijd om de markt?
Publiekrechtelijk Hier treedt de overheid op wanneer je de wet overtreedt! Bijv.
Warenwet (verpakking), Prijzenwet, Mededingingswet, Colportagewet, strafrechtelijke
bepalingen etc.
Privaatrechtelijk Hier moet de ondernemer zelf in actie komen bij oneerlijke concurrentie.
Via onrechtmatige daad. Artikel 6:162 BW. “Vangnetartikel”
Via 1 van de 9 intellectuele eigendom
De 9 Intellectuele eigendommen:
1. Auteursrecht (copyright) = geeft aan de maker van een WERK van letterkunde,
wetenschap of kunst een alleenrecht op exploitatie van dat werk. Bijv. stageverslag,
theater, film, stoelen, kleding, verpakking etc.
Criterium: Je moet origineel zijn
2. Naburige rechten = geeft een alleenrecht aan:
a. De uitvoerend kunstenaar
b. De producenten van geluidsdragers
c. Omroeporganisatie
Bijv. Marco Borsato waarbij de auteursrechten bij John Ewbank.
Deze wet zal vrijwel altijd naast de Auteurswet van toepassing zijn; de meeste
geluidsdragers en uitvoeringen hebben nu eenmaal betrekking op auteursrechtelijk
beschermde composities.
3. Chipsrecht = Regelen inzake de bescherming van topografieën van
halfgeleidersproducten
Geeft aan de maker van een originele (computer) chip gedurende een bepaalde tijd een
alleenrecht op exploitatie hiervan. Computers, koffie apparaten, machines etc.
4. Octrooirecht: Geeft alleenrecht aan de uitvinder van een nieuw technische
uitvindingen. Bijvoorbeeld een paperclip of de rits
5. Handelsnaamwet = geeft het alleenrecht op het gebruik van een bepaalde
handelsnaam. Een handelsnaam individualiseert de onderneming! Bijv. Unilever
6. Merkenrecht = Geeft een alleenrecht aan de houder van een bepaald merk di gebruikt
wordt voor producten. Een merk individualiseert het product! Bijv. Unox.
a. Woordmerk (Ipod)
b. Beeldmerk (Nike met haar logo)
c. Woord/ beeldmerk (Rolex)
d. Verpakking (Jack Daniels)
e. Vormmerk (Toblerone)
f. Speciale schrijfwijze (Coca Cola)
g. Kleur (KNP is groen)
h. Slogan
, 7. Modellenrecht = Geeft een alleenrecht aan de ontwerper van een nieuw uiterlijk van
een product met een gebruiksfunctie. Uiterlijke vormgeving van producten. Hier mag
GEEN techniek in zitten dan moet je naar octrooi.
8. Kwekersrecht = geeft alleenrecht aan d uitvinder van een nieuw plantenras. Fruit,
aardappel, tulp, gras etc.
9. Databankenrecht = geeft alleenrecht aan de producent van een databank om deze te
exploiteren. Bijvoorbeeld Funda.
De bescherming waarbij de prestatie wordt beschermd, is beperkt in tijd!
De bescherming waarbij identificatie wordt beschermd, is eeuwigdurend!
Hoelang blijft dan iets beschermd:
1.Auteursrecht = 70 jaar na het overlijden van de maker
2.Naburige rechten =
3.Chipsrecht = 10 jaar
4. Octrooi = 20 jaar
Hoe krijg je een bepaald recht?
IE Onderzoeksbureau Depot Automatisch
Auteursrecht X
Naburige rechten X
Chipsrecht X
Octrooirecht X
Handelsnaam X
Merkenrecht X
Modellenrecht X
Kwekersrecht X
Databankenrecht X
,Auteursrecht
Nationaal:
Auteurswet (Europees geharmoniseerd)
Ontstaat automatisch, je bent automatisch beschermd, je krijgt automatisch
auteursrecht.
Auteursrecht tot 70 jaar na dood van de maker
Bij het Benelux depot kun je een i-DEPOT aanmaken. Je kunt dan voor 5 jaar jouw idee
vastzetten, na 5 jaar moet je het weer verlengen. Alternatief is CC proef, zij doen precies
hetzelfde als i-DEPOT. (Je krijgt bij beiden alleen een datumstempel).
Internationaal:
BC (1886, NL lid 1912). 167 lidstaten hebben dit verdrag ondertekend. De landen die
dit getekend hebben accepteren elkaars auteursrechten.
UAC (1952, NL lid 1967)/ 100 lidstaten hebben dit ondertekend. Er zijn bij de UAC
formaliteiten:
o Copyright notice
o Naam rechthebbende
o Datum eerste openbaarmaking
Amerika heeft eind jaren 80 UAC ondertekend. Sinds die toetreding is BC het meest
van belang. UAC is van belang als een land de UAC wel heeft ondertekend en de BC
niet.
Auteurswet (art.1 AW) uitsluitende recht van de maker van een werk van letterkunde
wetenschap of kunst, om dit openbaar te maken en te verveelvoudigen.
Schema beantwoording Auteursrechtvraag:
1. Wie wordt beschermd?
De maker, tenzij ….. (art. 2 en 7 AW)
2. Wat wordt beschermd?
Het werk (letterkunde, wetenschap, kunst)
o Origineel?
o Waar genoemd in art. 10 AW (lid 1 sub … of lid 2)?
3. Welk rechten heeft de maker?
Exclusieve recht om het werk te verveelvoudigen en openbaar maken
+ uitleg op welke manier er inbreuk op deze rechten wordt gemaakt
4. Beperkingen?
5. Wat kan men eisen bij inbreuk?
, Stap 1: Wie wordt beschermd? DE MAKER!
a. De werkelijke/oorspronkelijk maker
o Soms heb je meer dan 1 maker (je spreekt dan van gezamenlijk auteursrecht)
o Art. 5 AW: Verzamelwerk
VB: de simpele verzamel CD, 538 maakte altijd de Hitzone CD’s. Die artiesten
zelf hebben auteursrecht op hun eigen muziek, maar zij vroegen de artiesten
of de artiest op de CD mocht komen. Daar moest 538 natuurlijk voor betalen
aan de artiest. Onder leiding van Hitzone 538, namelijk de verzameling CD.
Radio 538 had het auteursrecht op de Hitzone CD.
o Art. 6 AW: maken kan een ander zijn dan de vervaardiger
VB: de architect ontwerpt het huis maar de aannemer maakt het. Van wie is
het auteursrecht? Van de maker/ontwerpen want de aannemer voert uit.
Zelfde geldt voor Walt Disney, al die sprookjes worden getekend maar Walt
Disney heeft auteursrecht op alle films etc. Walt Disney is dus de
auteursrechthebbende.
b. De fictieve maker je wordt als maker aangewezen maar je staat buiten het
creatieve proces.
o Art. 7 AW: werkgeversauteursrecht Indien de arbeid in dienst van een ander
is gericht dan wordt de maker aangewezen die de opdracht heeft gegeven.
(Beperking in de wet: je moet doen wat jouw taak is)
VB: als medewerker programmamaker van BNN verzin je een nieuw
programma. Wie is de auteursrechthebbende? Bij BNN want de medewerker
is in dienst bij BNN.
VB: KLM piloot heeft nieuwe pakjes ontworpen voor de stewardessen. KLM
vond het mooi en nam het in productie. Van wie is het ontwerp? De rechten
liggen bij de piloot want zijn taak is niet om dit voor KLM te ontwerpen.
o Art. 8 AW: de rechtspersoon VB: grafisch ontwerper maakt nieuw logo voor
bedrijf, geen afspraken gemaakt over de rechten, en art. 8 zegt dat degene die
als eerste het logo naar buiten brengt de rechten heeft.
c. Rechtsverkrijgenden (art. 2 AW) lid 1 het auteursrecht gaat over bij
erfopvolging en is vatbaar voor gehele of gedeeltelijke overdracht. Je kunt dus je
rechten als maker overdragen of verkopen of iemand een licentie geven.
o Overdracht Lid 1 je verkoopt je rechten
o Je moet daarvoor een akte opmaken lid 3
o Erfopvolging
Bij deze stap moet je aangeven wie de maker is en wie dus de rechthebbende is. Hoe zorg
je dat je de goede maker aanwijst op de toets?
Tentamen tip stap 1
- Wie is de oorspronkelijke/werkelijke maker. Wie heeft het werk gemaakt?
Tenzij…..
- Was de maker in dienst? Dan is de werkgever de rechtshebbende Art. 7 AW
- Is er sprake van overdracht? Is het verkocht? Dan is de koper de rechtshebbende
art. 2 AW
- Is er sprake van erfopvolging? Art.2 AW zegt dat de erfgenaam dan de
rechtshebbende is.
Als je er 1 tegenkomt die goed is dan hoef je de andere stappen niet te doen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller SanneRulof. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.71. You're not tied to anything after your purchase.