Geslaagd met 16/20! Volledige samenvatting van het vak 'Economie' gedoceerd door prof. De Ridder in academiejaar 23-24 . De samenvatting is gebaseerd op de hoorcolleges, powerpoints en het handboek 'algemene economie'.
Inhoudsopgave aan het einde van het document!! Hanne de Jong
Prof. De Ridder AJ 2023-24
Economie
HOOFDSTUK 1: WAT IS ECONOMIE? OBJECT, DOEL EN METHODE VAN DE ECONOMISCHE WETENSCHAP
AFDELING 1: HET ECONOMISCH PROBLEEM: VEELVULDIGE BEHOEFTEN VS. SCHAARSE MIDDELEN
Probleem stelt zich wanneer we moeten kiezen tussen veel behoeften en de beperkte middelen om ze te
behartigen à beperkte middelen: tijd, geld, …
Economische goederen:
• Zowel materiële goederen als immateriële diensten
• Nuttig: ze kunnen behoeften geheel of gedeeltelijk opvangen
• Schaars [« vrije goederen = goederen die onbeperkt aanwezig zijn, waarvoor we niet moeten betalen]
• Alternatief aanwendbaar
1. Keuzes en opportuniteitskosten
Opportuniteitskost = de waarde van het beste alternatief dat men opgeeft door een keuze te maken
Voorbeeld: opportuniteitskost studeren
Kosten: Baten:
• Boeken • Diploma
• Evt. huur kot • Hoger loon
• Inschrijvingsgeld • Intellectuele verrijking
• Transport
• Vrije tijd
• Bijlessen
• Geen loon
à als je kiest om te gaan studeren, dan kost het je de lonen die je kon verdient hebben op die 5 jaar tijd, het
gaat een heel aantal jaren duren voor je die kost kan compenseren
2. Definitie economie
Economie = een sociale wetenschap die tot voorwerp het beheer van schaarse middelen heeft
à dit beheer van de beschikbare middelen behelst:
• Allocatie (toewijzing) van middelen: wat, hoeveel en hoe
• Verdeling (distributie): voor wie produceren
• Nastreven van de volledige aanwending: stabiliteitsprobleem (= zoveel mogelijk verspilling vermijden,
zo efficiënt mogelijk produceren)
3. Micro- en macro-economie
Micro-economie gaat na hoe individuen en bedrijven (individuele economische agenten) beslissingen nemen
à heeft dus vnl .betrekking op allocatie- en distributieprobleem
Macro-economie bekijkt het geaggregeerde niveau en bestudeert vraagstukken die de economie als geheel
beïnvloeden
à heeft dus vnl. betrekking op het stabilisatieprobleem
1
, AFDELING 2: HET PRODUCTIEPROCES
Productie = alle activiteiten waardoor goederen en diensten tot stand worden gebracht en op gepaste tijd en
plaats ter beschikking worden gesteld van consumenten door inzet van schaarse middelen
* Combinaties van arbeid, natuur en kapitaal resulteren
in productie
!! kapitaalgoederen komen niet direct in aanmerking voor consumptie
om op die wijze aan menselijke behoeften te voldoen, ze worden enkel
aangewend om weer andere economische goederen te produceren die
hiervoor wel in aanmerking komen à kapitaalgoederen dragen dus op
indirecte wijze bij tot de uiteindelijke bevrediging van behoeften !!
* De geproduceerde output bestaat uit consumptie-
goederen en kapitaalgoederen
* Consumptiegoederen worden geconsumeerd door
gezinnen
* Kapitaalgoederen worden geïnvesteerd door bedrijven
die terug nieuwe kapitaalgoederen produceren
3. De productiefunctie
Productiefunctie = technische relatie tussen de hoeveelheid productiefactoren (inputs) en de maximale
hoeveelheid economische goederen (output) die men daarmee kan produceren
𝑋 = 𝑓(𝐿, 𝑁, 𝐾)
X = hoeveelheid output
!! in de oefeningen werken Voorbeelden:
L = hoeveelheid arbeid
we enkel met L en K !! • X = 10L + 2K
N = hoeveelheid natuur
K = hoeveelheid kapitaal • X = L1/4K3/4
CIJFERVOORBEELD (we veronderstellen dat de hoeveelgeid N en K constant zijn):
Als de hoeveelheid arbeid (input) toeneemt, neemt ook de
hoeveelheid graan en kleding (output) toe: positief verband
tussen L en X
2
, het marginaal product wordt telkens kleiner
naargelang arbeid toeneemt (doordat er maar een
beperkt aantal ruimte of machines, … zijn)
lineair (uitzonderlijk)
AFDELING 3: DE PRODUCTIEMOGELIJKHEDENCURVE VAN EEN LAND
We nemen aan dat er in een land maar 2 goederen geproduceerd worden en er maar 5 eenheden van arbeid zijn
Wat is de (opportuniteits)kost van kleding?
* De hoeveelheid graan die men moet opgeven
om 1 eenheid kleding meer te produceren
* Je moet steeds meer graan opgeven voor 1
extra eenheid kledij
* De opportuniteitskosten van kleding nemen
toe; dit komt door de dalende meeropbrengsten
van graan
!! Alle punten onder de curve zijn economisch inefficiënt, het zal leiden tot verspilling
!! Alle punten boven de curve zijn economisch niet haalbaar
3
, Productiemogelijkhedencurve:
• Geeft alle combinaties van goederen en diensten die kunnen geproduceerd worden bij volledige
aanwending van de beschikbare productiefactoren
• Illustreert begrippen: schaarste, opportuniteitskost en keuzeprobleem
• Illustreert beheersproblemen: volledige aanwending van middelen, allocatie van middelen
Het verruimen van productiemogelijkheden van een land
à wanneer zal de productiemogelijkhedencurve naar buiten verschuiven?
• Door arbeidsverdeling (bv. specialisatie)
• Vooruitgang technologische kennis: bv. internet en AI
• Wijzigingen in economische ordening (bv. verhogen pensioenleeftijd)
AFDELING 4: CENTRALE PLANNING VS. HET MARKTMECHANISME
Hoe wordt het allocatie- en distributieprobleem opgelost?
• Centrale planning (centraal geleide economie): centraal orgaan stelt plan op: welke en hoeveel goederen
geproduceerd gaan worden en hoe
• Markt (markteconomie): vrije prijsvorming brengt wensen van vragers en aanbieders samen en stuurt
à geen plan, geen overheid die iets beslist, geen belastingen, geen subsidies, er is enkel de vrije markt
• Markt en overheid (gemengde economie): marktmechanisme met overheidscorrectie (om meer gelijke
en eerlijke verdeling te krijgen)
AFDELING 5: METHODOLOGISCHE ASPECTEN VAN ECONOMISCHE ANALYSE
De economische wetenschap steunt op een aantal hypothesen:
• Mensen reageren op prikkels homo
homo economicus
• Optimaliserend gedrag
• Ceteris paribus redenering
= als al de rest vaststaat en we gaan mar één ding variabel maken
Marginaal vs. totaal
• Marginaal = kleine veranderingen, wat erbij komt
HOOFDSTUK 2: HET MARKTMECHANISME
AFDELING 1: INLEIDING
De markt = concept van confrontatie van belangstellende vragers en potentiële aanbieders (Alfred Marshall)
• Markt = een groep kopers (vragers) en verkopers (aanbieders) die samen komen
• Mogelijk mechanisme om de economie te organiseren
o Prijs die beheersproblemen oplost
o Prijs als ‘signaal’
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hannedejong. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.60. You're not tied to anything after your purchase.