Verenigde Naties
De algemene Vergadering, waarin iedere lidstaat van de VN vertegenwoordigd is, kan zich
bezighouden met alles wat binnen het werkterrein van de VN valt en dus ook met
mensenrechten. De Algemene Vergadering kan aanbevelingen richten aan een lidstaat of
aan alle lidstaten en aan de Veiligheidsraad, maar bindende besluiten nemen.
De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, die de Algemene Vergadering heeft
aangenomen, is dus ook geen bindend besluit.
De Veiligheidsraad van de VN bestaat uit vijftal permanente leden, aangevuld met 10 andere
leden, die steeds voor twee jaar worden gekozen. Permanente leden: China, Rusland, VS, VK
en Frankrijk; kunnen besluiten blokkeren, veto. De Veiligheidsraad houdt zich in het
bijzonder bezig met de handhaving van internationale vrede en veiligheid en kan bindende
besluiten nemen. Sinds de jaren negentig van de twintigste eeuw neemt de Veiligheidsraad
uitdrukkelijk ook de bescherming en handhaving van de mensenrechten in overweging. Dat
zal met name het geval zijn indien een staat bepaalde mensenrechten als het recht op leven
op grote schaal of systematisch worden geschonden.
Binnen de VN zijn er ook organen die zich uitsluitend richten op mensenrechten.
Human Rights Council heeft de taak om systematische schending van de mensenrechten aan
de kaak te stellen en te reageren op schendingen.
Hoge Commissaris voor de mensenrechten, zijn taak is het bevorderen en beschermen van
de mensenrechten en het reageren op situaties die de naleving verhinderen. Hij heeft de
bevoegdheid aanbevelingen te doen aan andere organen binnen de VN.
Weer andere organen houden zich alleen met bepaalde mensenrechten bezig.
Zo hebben verschillende VN-verdragen op het gebied van de mensenrechten alle een Comité
in het leven geroepen dat naziet op de naleving van de rechten vastgelegd in dat specifieke
verdrag. De leden van die Comités worden geacht op te treden als onafhankelijke
deskundigen. Deze Comités hebben veelal de bevoegdheid gekregen om de
verdragsbepalingen nader toe te lichten. Voorts dienen de staten die partij zijn bij de
genoemde verdragen regelmatig aan de betreffende Comités te rapporteren over de
implementatie en de naleving van de verdragsnormen. Het Comité in kwestie kan daarop
reageren. Deze Comités hebben soms ook de bevoegdheid gekregen om uit eigen beweging
onderzoek te doen wanneer het vermoeden bestaat dat de verdragsnormen systematisch
worden geschonden.
Een aantal van de VN-mensenrechtenverdragen kent ook klachtenprocedures. We
onderscheiden statenklachtprocedures, waarvan de praktische betekenis relatief klein is, en
de individuele klachtprocedures. Bij het bestaan van deze laatstgenoemde procedure kan
het betreffende Comité een klacht beoordelen van een rechthebbende die meent dat een
van zijn in het betreffende verdrag vastgelegde grondrechten geschonden is.
Het Internationaal Strafhof is geen orgaan van de VN, maar werkt wel nauw samen met de
VN. Het is ingesteld om personen die verdacht worden van genocide, misdaden tegen de
menselijkheid en oorlogsmisdaden te berechten en beweegt zich daarmee ook op het
terrein van grondrechten.
Europa
Binnen de Raad van Europa, zijn verschillende verdragen op het gebied van de
mensenrechten tot stand gekomen. Deze kennen veelal een toezichtmechanisme.
, Het bekendste, door EVRM in leven geroepen klachtenprocedure bij het EHRM.
De algemene organen van de Raad van Europa, Parlementaire Vergadering en het Comité
van ministers, houden zich eveneens bezig met de bescherming van grondrechten onder
meer door het vaststellen van aanbevelingen op bepaalde gebieden.
Binnen de Raad van Europa is sinds een tiental jaren voort een speciale ‘Commissioner’ voor
de mensenrechten werkzaam. Deze heeft als opdracht het bewustzijn van en het respect
voor de mensenrechten te bevorderen. Daartoe kan hij landen bezoeken en over landen
rapporteren.
Op Europees niveau valt tevens te wijzen op de organen van de EU. De Commissie, het
parlement en de Raad besteden in de procedure die leidt tot vaststelling van verordeningen
of richtlijnen regelmatig aandacht aan de belangen van bepaalde grondrechten. De
rechterlijke controle binnen de EU wordt uitgeoefend door het Hof van Justitie van de EU.
Dat Hof oordeelt over de geldigheid van het gemeenschapsrecht en zal in voorkomende
gevallen de betekenis moeten vast stellen van de in Handvest EU opgenomen grondrechten
en grondrechtelijke beginselen.
Binnen de EU bestaat er voorts een speciaal Agentschap voor Fundamentele rechten dat in
jaarrapporten specifiek aandacht besteed aan het Handvest en de toepassing ervan door
nationale rechters.
Nationaal
Op nationaal niveau uiteraard eerste plaats de rechter. In de tweede plaats kunnen ook
semi-rechtelijke instituties hun oordeel baseren op grondrechtelijke normen. De
Ombudsman, die onder meer klachten behandeld over het feitelijke optreden van
bestuursorganen, kan dat optreden toetsen aan de grondrechten. Ook het College voor de
Rechten van de Mens, waarin CGB (Commissie Gelijke Behandeling) is opgegaan, heeft een
van de taken de behandeling van klachten op grond van de AWGB over discriminatie op het
terrein van de arbeid en bij het leveren van goederen en diensten. De uitspraken zijn niet
bindend, maar hebben wel soms een richtinggevend karakter. Ook op andere beiden
bestaan er specifieke organen.
De wetgever zal op moeten letten dat hij geen regels vaststelt in strijd met grondrechtelijke
bepalingen. Wetgeving kan bovendien nodig zijn indien bescherming van grondrechten in
relaties tussen burgers onderling gegarandeerd moet worden en wanneer
grondrechtbepalingen aanzetten tot prestaties van de kant van de overheid.
Ook het bestuur is aan de grondrechten gebonden en zal daar bij zijn beslissingen rekening
mee dienen te houden.
Sommige staten kennen een dualistisch uitgangspunt ten aanzien van de verhouding tussen
het internationale en het nationale recht. Het internationale recht zal eerst omgezet moeten
worden in nationale regelgeving alvorens het gelding heeft binnen de nationale rechtsorde
en er voor de nationale rechter een beroep op kan worden gedaan. Dat laat uiteraard
onverlet dat de staat wel degelijk gebonden is aan de verdragen waarbij zij partij is; het niet
voldoen aan de verdragsverplichting vormt een schending van het internationale recht.
Nederland kent geen dualistisch stelsel, blijkt uit de lezing van artikel 93 en artikel 94
Grondwet. Uit deze artikelen valt op te maken dat een ieder verbindende bepalingen van
verdragen en van besluiten van internationale organisaties heeft voorrang op nationale
wettelijke voorschriften, daaronder vallen de Grondwet, de wet en alle lagere regelingen,
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Doju. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.