100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting: kernpunten recht 1.3 (uit “De Grondslag van het Vermogens- en Ondernemingsrecht”) $3.21   Add to cart

Summary

Samenvatting: kernpunten recht 1.3 (uit “De Grondslag van het Vermogens- en Ondernemingsrecht”)

 69 views  1 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting met de kernpunten voor de toets van recht in blok 1.3 (Zuyd)

Preview 2 out of 12  pages

  • Unknown
  • April 9, 2019
  • 12
  • 2017/2018
  • Summary
avatar-seller
Dwingend recht = men mag niet van de rechtsregel afwijken

Aanvullend/ Regelend recht = recht dat alleen van toepassing is voor zover partijen zelf geen
regeling hebben getroffen

Regels van publiekrecht zijn altijd dwingend
Regels van privaatrecht kunnen dwingend of aanvullend zijn

Materieel recht = zegt iets over de inhoud van rechtsregels, eenieder verbindende
voorschriften

Formeel recht = geeft aan hoe de regels van het materiële recht worden gehandhaafd, zijn
tot stand gekomen door de regering en Staten-Generaal

Verordeningen = voorschriften van andere overheidsorganen dan de regering en Staten-
Generaal samen, die toch eenieder verbindende voorschriften bevatten (bijv. APV,
beschikkingen, AMvB)

Objectief recht = het geheel van geldende rechtsregels in Nederland

Subjectief recht = het recht van een persoon

Rangorde binnen wettelijke regelingen:
 Hogere gaan voor lagere regelingen
 Jongere gaan voor oudere regelingen
 Regelingen voor een bijzonder geval gaan voor algemene regelingen

Self-executing bepalingen = bepalingen van internationale verdragen die rechtstreekse
werking hebben

Jurisprudentie = rechtspraak, blijft van kracht zolang de rechtsregel niet opgenomen is een
wettelijke bepaling

Gewoonterecht = ‘recht’ dat is ontstaan uit gewoonten die gedurende lange tijd zijn gevolgd,
waardoor de overtuiging is ontstaan dat men zich naar deze regel moet gedragen

Ongeschreven recht = wetten die niet door daartoe bevoegde instanties zijn uitgevaardigd:
 Gewoonte
 Redelijkheid en billijkheid
 Algemene beginselen van behoorlijk bestuur

Rechtssubjecten = natuurlijke personen en rechtspersonen

, Rechtssubjecten:
Natuurlijke Privaatrechtelijke rechtspersonen Publiekrechtelijke Andere
personen rechtspersonen rechtspersonen

Mensen Naamloze en besloten Staat der Kerkgenootschappe
vennootschappen Nederlanden n
Verenigingen Provincies
Coöperaties Gemeenten
Onderlinge waarborgmaatschappij Waterschappen
Stichtingen

Handelingsbekwaam = men is in staat rechtshandelingen te verrichten

Stoffelijke goederen = zaken

Goederen:
 Zaken = vatbare stoffelijke voorwerpen
- Onroerende zaken = grond en al hetgeen erop is gebouwd of erin is geplant
- Roerende zaken = elke zaak die niet onroerend is
 Vermogensrechten = rechten die overdraagbaar zijn, ertoe strekken de
rechthebbende stoffelijk voordeel te verschaffen en verkregen zijn in ruil voor
stoffelijk voordeel

Eenheidsbeginsel = een onderdeel vormt een geheel met de hoofdzaak omdat ze zo hecht
verbonden zijn dat ze niet zonder beschadiging uit elkaar gehaald kunnen worden

Natrekking = een bepaalde zaak gaat een geheel vormen met een andere zaak

Registergoed = onroerende zaken, grote schepen en grote luchtvaartuigen, sommige
vermogensrechten (bijv. erfpachtrecht)

Niet-registergoed = alle andere goederen

Vermogensrechten:
 Absolute rechten = rechten die een rechtssubject kan uitoefenen tegenover iedereen
- Zakelijke rechten = absolute rechten die op zaken rusten
- Niet-zakelijke rechten = absolute rechten die op de voortbrengselen van de geest
rusten (bijv. auteursrecht of merkenrecht)
 Relatieve rechten = persoonlijke rechten = vorderingsrechten = rechten die een
rechtssubject slechts tegenover één persoon kan uitoefenen

Kenmerken van absolute rechten:
 Exclusiviteit = de eigenaar van het recht hoeft niet toe te staan dat een ander gebruik
maakt van zijn eigendom
 Zaaksgevolg/ Droit de suite = eigendomsrecht volgt de zaak, waar deze zaak ook is
 Gesloten systeem = er zijn niet meer zakelijke rechten dan in de wet zijn opgesomd

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller isabellewolthers. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

70055 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21  1x  sold
  • (0)
  Add to cart