Methoden en technieken van onderzoek in de sociale wetenschappen
Institution
Rijksuniversiteit Groningen (RuG)
Dit document bevat 29 voorbeeld tentamenvragen antwoorden, voor het vak: methoden en technieken van onderzoek in de sociale wetenschappen.
(Een vak van de pre-master orthopedagogiek SPO te Groningen)
Methoden en technieken van onderzoek in de sociale wetenschappen
All documents for this subject (1)
1
review
By: Marloes1111 • 3 year ago
Seller
Follow
chrnos
Reviews received
Content preview
Methoden en technieken
Tentamenvragen a.d.h.v. de colleges + antwoorden
1. Bij een samenhangsvraag onderzoek ik de vergelijking van twee groepen:
de experimentele en de controlegroep.
Juist of onjuist?
2. Een onderzoek met een puur theoretische relevantie wordt ook wel
fundamenteel onderzoek genoemd.
Juist of onjuist?
3. De replicatie-eis veronderstelt dat een onderzoeksverslag een peerreview
heeft ondergaan.
Juist of onjuist?
4. In hoeverre hangt een ongezond eetpatroon samen met de
prestatiemotivatie van Nederlandse leerlingen in het voortgezet
onderwijs?
Wat voor soort vraag en onderzoek is deze vraag?
5. Wanneer wordt een toetsingsonderzoek gebruikt? Kies het juiste antwoord.
a. Als er een theoretisch raamwerk is.
b. Als er een hypothese gevormd kan worden.
c. Als er een verschil vraag gesteld wordt.
d. Zowel a, b en c.
6. Cross-sectioneel survey onderzoek heeft één meting tijdens één bepaald
meetmoment bij verschillende groepen mensen.
Juist of onjuist?
7. Bij een onderzoek worden deelnemers door de computer geselecteerd en
opgebeld. De computer bepaalt at random een begindeelnemer en belt zo
elke 10e deelnemer van de lijst. Dit is een:
a. Enkelvoudig aselecte steekproef
b. Systematische steekproef met aselect begin
c. Gestratificeerde steekproef
d. Tweetrapssteekproef
8. Hoe worden deelpopulaties genoemd?
9. Wat is het tegenovergestelde van het inperken van een populatie naar een
bruikbare steekproef?
10.Kan een meting valide zijn als de meting niet betrouwbaar is?
Ja of nee?
11.Een selectieve non-respons is een probleem voor de validiteit.
Ja of nee?
, 12.Hoe noemen we het effect dat je door eerdere vragen de rest van de
vragenlijst anders gaat beantwoord?
13.Kenmerkend voor de regulatieve en empirische cyclus is dat ze beide:
a. het hulpverleningsproces willen professionaliseren.
b. gefocust zijn op theoriegericht onderzoek.
c. gericht zijn op het veranderen van verschijnselen.
d. essentiële aspecten van empirisch onderzoek expliciteren.
14.Proces- en productonderzoek zijn voorbeelden van:
a. proces = summatieve -; product = formatieve evaluatie
b. product = summatieve -; proces = formatieve evaluatie
c. beiden zijn vormen van formatieve evaluatie.
d. beiden zijn vormen van summatieve evaluatie.
15.Met welke fase v.d. empirische cyclus kan het proces van
operationaliseren worden vergeleken?
a. evaluatie.
b. deductie.
c. toetsing.
d. inductie.
16.Wat houdt publication bias in?
a. Een artikel is niet peer-reviewed.
b. Er zijn verschillende conflicts of interests
c. Er is een scheeftrekking in de steekproef beschreven.
d. Er wordt te eenzijdig gerapporteerd.
17.Care-as-usual is hetzelfde als?
a. Equipose.
b. Een controlegroep waar geen interventie mee wordt uitgevoerd.
c. Een controlegroep waar een andere interventie mee wordt
uitgevoerd.
d. Een interventie zonder vernieuwende elementen.
18.Uit een eerste meting blijkt dat veel kinderen hoog hebben gescoord op de
begrijpend leestest. Welke storende factor kan mogelijk een bedreiging
vormen voor je uitkomst?
a. Regressie-effect
b. Testeffect
c. Groeieffect / rijping
d. Instrumentatie
19.Als ouders vaker hebben gebruik gemaakt van hulpverlening kan er een
gevaar optreden voor de uitvoering van het onderzoek. Welk gevaar? Er
kan sprake zijn…
a. van een reactief effect optreden.
b. van een testeffect.
c. van een interactie door vertekening
d. van mutiple behandeling inferentie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chrnos. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.