De student benoemt mogelijk oorzaken van een afwijkende taalontwikkeling en verwoordt de
invloed van de stoornis op de taalontwikkeling
> slechthorendheid: hoge tonen slecht waardoor klanken als /p, t, k, s, f/ veel op elkaar lijken,
klinkerverschillen slecht, woorden met weinig klemtoon slecht waargenomen (= slechte grammatica,
m.n. voorzetsels, lidwoorden, voegwoorden)
> afwijkingen in bouw of bewegingsmogelijkheden van de spraakorganen: moeite met leren
uitspreken van klanken
> neurologische (ontwikkelings)stoornissen: afasie
> sterk onvoldoende omgevingsfactoren, deprivatie: weinig input = weinig output
> algemene leermogelijkheden (intelligentie): langzamere ontwikkeling, taalproductiefouten en
taalbegrip blijft achter, inhoud blijft eenvoudig, hak-op-de-tak verhalen
> gedragsstoornis, bv. autisme, pdd-nos, ADHD: problemen met taalinhoud en –gebruik, o.a. bij
woorden met een dubbele betekenis
> (extreem) slechte lichamelijke condities: anemie (bloedarmoede), stofwisselingsziekten
De student legt de begrippen rondom verschillende taalontwikkelingsstoornissen uit
> op zichzelf staande taalontwikkelingsstoornissen: stoornissen zonder aanwijsbare oorzaak. Zou
genetisch kunnen zijn (aanleg).
> niet op zichzelf staande taalontwikkelingsstoornissen: stoornissen die te verklaren zijn vanuit een
duidelijk aanwezige ongunstige beïnvloedbare factor, zoals de factoren hierboven
> primaire en secundaire taalontwikkelingsstoornissen:
o primair: ontwikkeling loopt vertraagd of afwijkend, oorzaak onbekend
o secundair: abnormale ontwikkeling door verklaarbare factoren (niet op zichzelf staande stoornis)
> SLI: taalontwikkeling loopt niet zoals het hoort, oorzaak is onbekend (komt niet door één van de
genoemde factoren
, > semantisch-pragmatische stoornis: doordat de semantiek verstoord is (woordvindingsproblemen
etc.) ontstaan er korte en ongrammaticale zinnen waardoor op zijn beurt weer een pragmatisch
probleem ontstaat
> pragmatic language impairment (PLI): een impairment in de pragmatiek, vaak problemen met
semantiek, heeft link met autisme en Asperger en wellicht ook met ADHD en problemen met het
leervermogen.
> dysfatische ontwikkeling: neurologische tos waarbij het kind meer begrijpt dan dat het kan zeggen
> blootstellingsachterstand: taalachterstand door onvoldoende input (blootstelling)
De student beschrijft van de Taalstandaard
> doelgroep: kinderen tussen 1;6 en 4;0, hoeven niet eens een tos te hebben
> onderzochte taaldomeinen: syntaxis, morfologie, pragmatiek, morfosyntaxis, fonologie,
spraakplanning/mondmotoriek, verstaanbaarheid, gehoor
> toepassingsmogelijkheden: is er een tos? Evaluatie van spontane ontwikkeling, interventie en
therapie, helpen bij diagnostiek
> interpretatie van de resultaten:
De student beschrijft het verloop van de normale meertalige ontwikkeling (bij successieve en
simultane meertaligheid) en benoemt specifieke kenmerken van een normale meertalige
taalontwikkeling
Simultaan: kleinere woordenschat in elk van beide talen. Conceptuele woordenschat is
leeftijdsadequaat; cumulatieve woordenschat is groter.
Sequentieel: verwerving grammatica en woordenschat kost veel tijd; verschil dagelijkse algemene
taalvaardigheden (DAT) en cognitief academische taalvaardigheden (CAT); meer grammaticale fouten
en afwijkende uitingen; interferentiefouten.
Variatie is groot door:
> verschil in aanbod in tweede taal
> leeftijd
> verbale vermogens
> niveau moedertaal
> sociale en persoonlijke factoren
> afstand tot moedertaal
Verschijnselen bij sequentiële meertalige verwerving:
> interferentie: heeft te maken met idiomen en vervoegingen (die van de eerste taal overnemen naar
de andere)
> code-mixing: woorden gebruiken van je moedertaal die (nog) niet beschikbaar zijn in je tweede taal
> code-wisseling/switching: tussen talen wisselen/switchen (binnen een uiting/gesprek)
> taaldominantie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rmanders. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.