100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
HANDELSRECHT samenvatting literatuur $6.14   Add to cart

Summary

HANDELSRECHT samenvatting literatuur

1 review
 127 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Behaald cijfer: 6.0. Dit document bevat een samenvatting van een deel van de voorgeschreven literatuur voor het vak Handelsrecht, zoals dat wordt aangeboden in collegejaar 2018 – 2019. - Kern van het ondernemingsrecht (m.u.v. H 7 t/m 9) - Hoofdzakenverzekeringsrecht (gehele boek) - Bescherming va...

[Show more]
Last document update: 5 year ago

Preview 10 out of 75  pages

  • April 10, 2019
  • June 2, 2019
  • 75
  • 2018/2019
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: damiankloosterman • 4 year ago

avatar-seller
Samenvatting literatuur
Handelsrecht 2018/2019
RGBHA00010
Rijksuniversiteit Groningen




SAMENVATTING
Dit document bevat een samenvatting van de voorgeschreven literatuur
voor het vak Handelsrecht, zoals dat wordt aangeboden in collegejaar
2018 – 2019.




Bronnen:

- M.J. Kroeze/L. Timmerman/J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht, Kluwer: Deventer, laatste druk
- A.M.J. van Buchem-Spapens (bewerkt door Th.A. Pouw), Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, Kluwer:
Deventer, laatste druk
- P.L. Wery, Hoofdzaken verzekeringsrecht (bewerkt door M.M. Mendel), Kluwer: Deventer, laatste druk
- P.G.F.A. Geerts, Bescherming van de intellectuele eigendom, Kluwer: Deventer, laatste druk

,Inhoudsopgave

De Kern van het ondernemingsrecht 7
Week 1 7
Hoofdstuk 1 Ondernemingsvormen 7
1.1 Bv 7
1.2 Nv 8
1.3 De maatschap en de vennootschap onder firma (vof) 9
1.4 Verschillen tussen nv/bv enerzijds en de maatschap en de vof anderzijds 11
1.5 Tussenvormen: commanditaire vennootschap (cv) en coöperatie 11
1.6 Combinatievormen: concern 12
1.7 Rechtspersoon 12
1.8 Eenmanszaak 13
1.9 Vereniging en stichting 13
1.10 Handelsregister 13
1.11 Wet op de ondernemingsraden 14
1.12 Verschillende typen nv’s en bv’s 15
1.13 Belangenpluralisme 15
1.14 Samenvatting 15
Week 2 16
Hoofdstuk 2 Oprichting 16
Inleiding 16
2.1 Nv en bv 16
2.2 Coöperatie 18
2.3 Vereniging en stichting 18
2.4 Niet-bestaande 18
2.5 Preconstitutief handelen bij andere rechtspersonen dan een nv of een bv 19
2.6 Maatschap, vof, en cv 19




1
Bronnen:

- M.J. Kroeze/L. Timmerman/J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht, Kluwer: Deventer, laatste druk
- A.M.J. van Buchem-Spapens (bewerkt door Th.A. Pouw), Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, Kluwer:
Deventer, laatste druk
- P.L. Wery, Hoofdzaken verzekeringsrecht (bewerkt door M.M. Mendel), Kluwer: Deventer, laatste druk
- P.G.F.A. Geerts, Bescherming van de intellectuele eigendom, Kluwer: Deventer, laatste druk

,Week 2 20
Hoofdstuk 3 Vermogensstructuur 20
3.1 Stortingsplicht op aandelen bij een nv en bv 20
3.2 Ingehouden winst bij de nv en bv 21
3.3 Enige balans- en kapitaalbegrippen 21
3.4 Extra verplichtingen van een aandeelhouder 23
3.5 Kapitaal- en vermogensbescherming in de nv en de bv 24
3.6 Vereniging, coöperatie en stichting 26
3.7 Het vermogen van maatschap, vof en cv 27
Week 2 29
Hoofdstuk 4 Aandeelhouderschap en lidmaatschap 29
4.1 Aandeelhouderschap bij een bv 29
4.2 Aandeelhouderschap bij een nv 30
4.3 Geschillenregeling en uitkoopregeling 30
4.4 Soorten aandelen 32
4.5 Lidmaatschap van vereniging of coöperatie 33
4.6 Lidmaatschap (partnerschap) bij een maatschap, vof en cv 34
4.7 Samenvatting 35
Week 2 36
Hoofdstuk 5 De organisatie 36
5.1 Bevoegdheidsverdeling bij een bv 36
5.2 Aandeelhoudersvergadering en besluitvorming bij een bv 37
5.3 N.V 38
5.4 Nietigheid en vernietiging van besluiten 38
5.5 Vereniging, coöperatie en stichting 39
5.6 Maatschap, vof en cv 39
5.7 Samenvatting 40
Week 3 41
Hoofdstuk 6 Vertegenwoordiging 41
Inleiding 41
6.1 Nv en bv 41
6.2 Tegenstrijdig belang 42
6.3 Vertegenwoordiging bij besluit 42

2
Bronnen:

- M.J. Kroeze/L. Timmerman/J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht, Kluwer: Deventer, laatste druk
- A.M.J. van Buchem-Spapens (bewerkt door Th.A. Pouw), Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, Kluwer:
Deventer, laatste druk
- P.L. Wery, Hoofdzaken verzekeringsrecht (bewerkt door M.M. Mendel), Kluwer: Deventer, laatste druk
- P.G.F.A. Geerts, Bescherming van de intellectuele eigendom, Kluwer: Deventer, laatste druk

, 6.4 Vereniging, coöperatie en stichting 43
6.5 Maatschap, vof en cv 43
6.6 Doeloverschrijding 43
6.7 Onrechtmatige daad 44
6.8 Samenvatting 44
Hoofdstuk 7 Verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid 46
1. Verantwoordelijkheid bij een bv 46
2. Interne aansprakelijkheid van bestuurders van een bv 46
3. Externe aansprakelijkheid van bestuurders van een bv 48
4. Verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid bij de andere rechtspersonen 48
5. Verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid bij maatschap, vof en cv 49
6. Samenvatting 49
Hoofdstuk 8 Herstructurering 49
Hoofdstuk 9 Concernrecht 49
Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering 50
Week 4 en 5 50
Hoofdstuk 1 Inleiding 50
1.1 Inleiding 50
1.2 Algemeen 50
1.3 Afscherming van de boedel 50
Hoofdstuk 2 De Faillietverklaring 51
2.1 Wie kan failliet worden verklaard? 51
2.2 Hoe gaat de faillietverklaring in zijn werk? 51
2.3 Rechtsmiddelen 52
2.4 Vernietiging van de faillietverklaring 52
2.5 Opheffing van het faillissement ex. artikel 16 Fw 53
2.6 Vereenvoudigde afwikkeling 53
Hoofdstuk 3 De omvang van de failliete boedel 53
1.1 Inleiding 53
1.2 Wat valt in de boedel? 53




3
Bronnen:

- M.J. Kroeze/L. Timmerman/J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht, Kluwer: Deventer, laatste druk
- A.M.J. van Buchem-Spapens (bewerkt door Th.A. Pouw), Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, Kluwer:
Deventer, laatste druk
- P.L. Wery, Hoofdzaken verzekeringsrecht (bewerkt door M.M. Mendel), Kluwer: Deventer, laatste druk
- P.G.F.A. Geerts, Bescherming van de intellectuele eigendom, Kluwer: Deventer, laatste druk

,Hoofdzaken verzekeringsrecht 55
Week 6 55
Hoofdstuk 1 Inleiding en algemene bepalingen 55
1.1 Geschiedenis 55
1.2 Maatschappelijke betekenis 55
1.3 Burgerrechtelijke grondslag 55
1.4 Definitie en karakter 55
1.5 Onderscheidingen 56
1.6 Tussenpersonen 56
1.7 Aanvullend en dwingend recht. Verplichte verzekering 56
1.8 Herverzekering 56
1.9 Mededelingsplicht bij het sluiten van de verzekeringsovereenkomst 56
1.10 Bewijsaspecten 58
1.11 Enige bijzonderheden omtrent de premie 58
1.12 Opzegging van de verzekeringsovereenkomst 58
1.13 Meldingsplicht bij verwezenlijking van het risico 58
1.14 Verjaring 58
Hoofdstuk 2 Schadeverzekering 59
2.1 Het idemniteitsbeginsel 59
2.2 Het belang, voorwerp der verzekering 59
2.3 Belang bij een ander dan verzekeringnemer 59
2.4 Verhouding verzekerde som en verzekerbare waarde 60
2.5 Ontstaansvoorwaarde voor de schadevergoedingsverbintenis (1) – het onzeker
voorval 60
2.6 Ontstaansvoorwaarde voor de schadevergoedingsverbintenis (2) – het
waardeprobleem 60
2.7 Ontstaansvoorwaarde voor de schadevergoedingsverbintenis (3) – oorzakelijk
verband tussen voorval en schade 61
2.8 Omvang van de schadevergoedingsverbintenis 61
2.9 Risicoverzwaring 61
2.10 De bereddingsplicht 61
2.11 Subrogatie 61
2.12 Aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen 61

4
Bronnen:

- M.J. Kroeze/L. Timmerman/J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht, Kluwer: Deventer, laatste druk
- A.M.J. van Buchem-Spapens (bewerkt door Th.A. Pouw), Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, Kluwer:
Deventer, laatste druk
- P.L. Wery, Hoofdzaken verzekeringsrecht (bewerkt door M.M. Mendel), Kluwer: Deventer, laatste druk
- P.G.F.A. Geerts, Bescherming van de intellectuele eigendom, Kluwer: Deventer, laatste druk

, 2.13 De directe actie 61
Hoofdstuk 3 Levensverzekering 61
Bescherming van de intellectuele eigendom 62
Week 7 62
Hoofdstuk 1 Intellectuele eigendom in het algemeen 62
Hoofdstuk 2 Internationale aspecten 62
2.1 Internationaal karakter 62
2.2 Assimilatie en minimale bescherming 62
2.3 Procedures, recht van voorrang 62
2.4 Intellectuele eigendom en gemeenschappelijke markt, het probleem 62
2.5 Artikel 36 VWEU en communautaire uitputting 63
2.6 Restproblemen 63
Hoofdstuk 3 Het octrooirecht 63
3.1 Inleiding, regelgeving 63
3.2 Octrooiverlening: nationaal en internationaal 63
3.3 De Europese verleningsprocedure 63
3.4 De nationale procedure 64
3.5 De materiële vereisten van octrooieerbaarheid 64
3.6 Collisie (botsing) 64
3.7 De rechthebbende, materiële bepalingen 64
3.8 De rechthebbende, procedurebepalingen 65
3.9 Lotgevallen van een verleend octrooi 65
3.10 Het monopolie 65
3.11 De voorgebruiker 65
3.12 De exploitatie van het octrooi 65
3.13 De dwanglicenties 65
3.14 Uitputting 65
3.15 Rechtshandhaving 65
Hoofdstuk 4 Het auteursrecht 66
3.1 Inleiding 66
3.2 Regelgeving, Verdragen 66
3.3 Ontstaan en duur van het auteursrecht 66
3.4 Het werk 66

5
Bronnen:

- M.J. Kroeze/L. Timmerman/J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht, Kluwer: Deventer, laatste druk
- A.M.J. van Buchem-Spapens (bewerkt door Th.A. Pouw), Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, Kluwer:
Deventer, laatste druk
- P.L. Wery, Hoofdzaken verzekeringsrecht (bewerkt door M.M. Mendel), Kluwer: Deventer, laatste druk
- P.G.F.A. Geerts, Bescherming van de intellectuele eigendom, Kluwer: Deventer, laatste druk

, 3.5 Twee anomalieën 67
3.6 De maker 67
3.7 De exploitatierechten 67
3.8 Verveelvoudiging 67
3.9 Openbaarmaking 67
3.10 Uitputting 68
3.11 Beperkingen van het auteursrecht 68
3.12 De persoonlijkheidsrechten 68
3.13 Belangen van derden, het portretrecht 68
3.14 De exploitatie van het auteursrecht 69
3.15 Rechtshandhaving 69
Hoofdstuk 5 Het merkenrecht 70
5.1 Inleiding, regelgeving 70
5.2 Soorten merken 70
5.3 Het merk 70
5.4 De verkrijging van het recht 70
5.5 Nietigheid van inschrijving 70
5.6 Duur en verval van het recht 71
5.7 Het uitsluitend recht 71
5.8 Rechtshandhaving 72
5.9 Exploitatie van het merkrecht 72
5.10 Uitputting, gemeenschappelijke markt 72
Hoofdstuk 6 De handelsnaam 72
6.1 Inleiding, regelgeving 72
6.2 De definitie van artikel 1 72
6.3 Misleidende handelsnamen 73
6.4 Conflicterende handelsnamen (artikel 5) 73
6.5 Botsing van handelsnaam en merk 73
6.6 Rechtshandhaving 74
6.7 Exploitatie van de handelsnaam 74




6
Bronnen:

- M.J. Kroeze/L. Timmerman/J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht, Kluwer: Deventer, laatste druk
- A.M.J. van Buchem-Spapens (bewerkt door Th.A. Pouw), Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, Kluwer:
Deventer, laatste druk
- P.L. Wery, Hoofdzaken verzekeringsrecht (bewerkt door M.M. Mendel), Kluwer: Deventer, laatste druk
- P.G.F.A. Geerts, Bescherming van de intellectuele eigendom, Kluwer: Deventer, laatste druk

,De Kern van het ondernemingsrecht

Week 1
Hoofdstuk 1 Ondernemingsvormen
Inleiding
De rechtsvorm wordt gezien als een hulpmiddel om een onderneming te kunnen laten
functioneren. De rechtsvormen van het ondernemingsrecht zijn dus in de eerste instantie
facilitair. Er zijn drie onderwerpen c.q. hoofdthema’s die door het ondernemingsrecht wordt
geregeld. Deze onderwerpen zijn verschillend geregeld naar gelang de rechtsvorm en dit
maakt het ondernemingsrecht lastig.
a) Interne structuur c.q. organisatierecht: de juridische organisatie en de inrichting
daarvan.
b) Vertegenwoordiging: wie mag transacties afsluiten voor de onderneming.
c) Aansprakelijkheid: ten aanzien van de functionarissen.
Ondernemingen zijn gericht op winst en het behalen van economische voordelen. Er zijn
vooral ondernemingsvormen die het toelaten om winst uit te keren aan degenen die in de
onderneming werken. Dit doel (nastreven van winst) heeft zijn gevolgen voor de inrichting
van het ondernemingsrecht.

1.1 Bv
Deze rechtsvorm is veel gebruikt in Nederland. De definitie is te vinden in artikel 2:175 BW.
Een kenmerk is dat deze een in een of meer overdraagbare aandelen verdeeld kapitaal
heeft. Daarom wordt de bv gerekend tot de kapitaalassociaties c.q.
kapitaalvennootschappen. Bij de oprichting dient in ieder geval 1 aandeel te worden
uitgegeven ter waarde van € 1,- (‘inbrengverplichting’). Worden er meer dan één aandelen
uitgegeven dan mogen deze in handen zijn van één aandeelhouder. Deze eenpersoons bv
is een legale vorm in Nederland.

Aandelen
Aandelen hebben een aantal functies:
1. Middel om vermogen aan te trekken: uitgifte van een aandeel kan ertoe leiden dat je
een tegenprestatie van de bv krijgt of meer aandelen. Deze inbrengverplichting houdt in
dat de aandeelhouder vermogen aan de bv ter beschikking moet stellen, ter grootte van
het nominale bedrag waarvoor hij aandelen neemt. Dit staat vermeld in de statuten (kan
€0,01 of €750 euro zijn).
2. Zeggenschapsfunctie c.q. stemrecht: zie hiervoor artikel 2:228 BW waarin staat dat
met een aandeel zeggenschap kan worden verleend en uitgeoefend. In beginsel levert
ieder aandeel 1 stem op. Hoe meer aandelen iemand houdt, des te meer stemmen hij in
de aandeelhoudersvergadering heeft. Afwijking hiervan kan per statuten (artikel 2:228 lid
4 BW). Ook kunnen er aandelen zijn zonder stemrecht, voor zover de statuten dit
regelen.
3. Winstverdelingsfunctie: op grond van artikel 2:216 BW heeft ieder aandeel recht op een
gedeelte van de winst. Dit wordt dividend genoemd. Afwijken kan per statuten (artikel
216 lid 6 en 7 BW).
4. Extra functie voor aandeelhouder à vermogensobject: het aandeel is een
vermogensobject, omdat deze voor overdracht vatbaar is. Aandelen zijn namelijk
verhandelbaar. Op grond van artikel 2:198 BW kan een aandeel ook verpand worden.
7
Bronnen:

- M.J. Kroeze/L. Timmerman/J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht, Kluwer: Deventer, laatste druk
- A.M.J. van Buchem-Spapens (bewerkt door Th.A. Pouw), Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, Kluwer:
Deventer, laatste druk
- P.L. Wery, Hoofdzaken verzekeringsrecht (bewerkt door M.M. Mendel), Kluwer: Deventer, laatste druk
- P.G.F.A. Geerts, Bescherming van de intellectuele eigendom, Kluwer: Deventer, laatste druk

,Een bv is besloten, omdat de door haar uitgegeven aandelen op naam staan en overdracht
niet vrijelijk kan plaatsvinden. Wil een aandeelhouder zijn aandelen overdragen dan dient hij
deze aan te bieden aan de medeaandeelhouders (artikel 2:195 lid 1 BW). Statuten kunnen
anders bepalen, maar de wet stelt hieraan grenzen in artikel 2:195 BW.
Dit is de blokkeringsregeling. Overdracht van aandelen moet per notariële akte en er dient
een aandeelhoudersregister bijgehouden te worden (artikel 2:194 BW).

Aansprakelijkheid
Dat de bv zo populair is, komt doordat de aandeelhouders in beginsel niet aansprakelijk zijn
voor hetgeen in naam van de bv is verricht: “een aandeelhouder is niet persoonlijk
aansprakelijk voor hetgeen in naam van de vennootschap wordt verricht en is niet gehouden
boven het bedrag dat op zijn aandelen behoort te worden gestort in de verliezen van de
vennootschap bij te dragen” (artikel 2:175 BW).

Algemene bepalingen
Naast de specifieke bv-bepalingen (artikel 2:175-274 BW) zijn ook de algemene bepalingen
van boek 2 BW van toepassing. Als voorbeeld dient het feit dat de bv vaak gebruik maakt
van gevolmachtigden. Hierop is artikel 3:60 e.v. BW van toepassing. Ook kan een bv een
onrechtmatige daad ex. artikel 6:162 BW plegen.

Modernisering van het bv-recht
Het doel van de moderinsering is dat Nederlandse ondernemers zo geen reden meer
hebben om in buitenlandse rechtsvormen te vluchten. Een verandering is de afschaffing
van het minimumkapitaal van € 18.000. Zodoende wordt de toegang vergemakkelijkt. De
blokkeringsregeling is komen te vervallen. Zodoende kunnen statuten onder het nieuwe
regime stemrechtloze- en winstrechtloze aandelen invoeren.

1.2 Nv
De rechtsvorm is vooral geschikt voor grote ondernemingen, omdat deze voor het
aantrekken van het vermogen vaak van de diensten van de effectenbeurs Euronext
Amsterdam gebruik maken. Een nv kent een in aandelen verdeeld maatschappelijk
kapitaal (zie artikel 2:64 BW). Dit is een verschil met de bv, omdat het maatschappelijk
kapitaal voor de bv facultatief is.

Aandelen
Er kan worden volstaan met uitgifte van één enkel aandeel. Ook de nv is een
kapitaalassociatie en aandelen hebben dezelfde functies als bij de bv: aantrekken
vermogen, winstverdeling en stemrecht. De aandelen hoeven niet op naam te zijn en mag
dus aan toonder uitgeven die vrij overdraagbaar zijn. Ook is er geen
aandeelhoudersregister.

De naam
De naam ‘naamloze’ vennootschap is misleidend, omdat een nv wel degelijk aandelen op
naam mag uitgeven (artikel 2:82 BW). Als een nv aandelen op naam uitgeeft, moet het
bestuur wel een register bijhouden (artikel 2:85 BW).




8
Bronnen:

- M.J. Kroeze/L. Timmerman/J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht, Kluwer: Deventer, laatste druk
- A.M.J. van Buchem-Spapens (bewerkt door Th.A. Pouw), Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, Kluwer:
Deventer, laatste druk
- P.L. Wery, Hoofdzaken verzekeringsrecht (bewerkt door M.M. Mendel), Kluwer: Deventer, laatste druk
- P.G.F.A. Geerts, Bescherming van de intellectuele eigendom, Kluwer: Deventer, laatste druk

, 1.3 De maatschap en de vennootschap onder firma (vof)
De maatschap
Deze rechtsvorm is een obligatoire, wederkerige overeenkomst tot samenwerking van
twee of meer personen. Het sluiten van de maatschapsovereenkomst is in beginsel
vormvrij. Het doel is het behalen van vermogensrechtelijk voordeel dat aan de vennoten
ten goede komt (winstverdeling). Men werkt samen voor een gemeenschappelijke rekening-
en doel. Iedere vennoot is gehouden iets in te brengen (lees: waarde aan de maatschap ter
beschikking stellen).

Resumerend strekt de maatschap tot een actieve samenwerking van de maten die erop is
gericht om door middel van hun inbreng voor gemeenschappelijke rekening voordeel te
behalen dat aan hen allen ten goede komt.

Er zijn twee vormen van de maatschap:
1. Stille maatschap: naar buiten blijkt niets van gezamenlijke beroeps- of bedrijfsuitoefening.
Komen vooral voor in: agrarische sector.
2. Openbare maatschap: is voor derden wel duidelijk kenbaar naar buiten. Denk hierbij aan:
advocaat of chirurg die onder een gemeenschappelijk naam het beroep uitoefent. Van ‘een
gemeenschappelijke naam’ is sprake als er één naam is. Hiervan is geen sprake indien
slechts de namen van de vennoten onder elkaar worden vermeld op het briefpapier van de
onderneming.

De vof
Dit is wanneer een maatschap onder gemeenschappelijke naam (als eenheid) een
onderneming of bedrijf uitoefent. De vof kent hoofdelijke verbondenheid van de vennoten
(artikel 18 Wetboek van Koophandel, hierna: K). De vennoten zijn voor gelijke delen
aansprakelijk voor de verbintenissen van de maatschap (artikel 7A:1680 BW).

Het samenwerkingsvereiste in vof en de maatschap
De vennoten dienen op voet van gelijkheid samen te werken. Een vennoot mag niet in een
ondergeschikte positie verkeren ten opzichte van de andere vennoot(en). Het
samenwerkingsvereiste is een bijzonder karakter van de maatschap en de vof.
Samenwerking veronderstelt een duurzame relatie.

De verplichtingen uit de vennootschapsovereenkomst lopen niet over en weer, maar
evenwijdig c.q. parallel. Deze vorm van overeenkomst wordt intuitu personae (lees: omwille
van de persoon c.q. hoogstpersoonlijk) aangegaan. Men sluit een
vennootschapsovereenkomst niet met een willekeurig iemand af en daarom worden een
vof/maatschap personenvennootschappen genoemd.

De praktijk: uitoefening van beroep- of bedrijf
In de praktijk wordt de maatschap vaak gebruikt voor de gezamenlijke uitoefening van het
beroep. Denk hierbij aan: chirurgen of advocaten. Onderling worden dan winsten en
verliezen verrekend. De inbreng is dan vooral het ter beschikking stellen van arbeidskracht.
Ook is gezamenlijke uitoefening van het bedrijf denkbaar, zoals loodgieters- of
schildersbedrijven vaak doen. Zij gebruiken hiervoor dan vaak de vof.




9
Bronnen:

- M.J. Kroeze/L. Timmerman/J.B. Wezeman, De kern van het ondernemingsrecht, Kluwer: Deventer, laatste druk
- A.M.J. van Buchem-Spapens (bewerkt door Th.A. Pouw), Faillissement, surseance van betaling en schuldsanering, Kluwer:
Deventer, laatste druk
- P.L. Wery, Hoofdzaken verzekeringsrecht (bewerkt door M.M. Mendel), Kluwer: Deventer, laatste druk
- P.G.F.A. Geerts, Bescherming van de intellectuele eigendom, Kluwer: Deventer, laatste druk

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dm95. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.14. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

81849 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.14  2x  sold
  • (1)
  Add to cart